SURABAYA, HEDEN EN VERLEDEN iSSilB broeders Leslie Miller, Willie en Loed Jahnll! Wat typisch! U noemde de naam Hermanus. Ik droeg hem op een brancard op 2 september van Nong- pladuk 1 naar II. In het jaar 1944! 's-A- vonds kregen we een bombardement te verwerken van de Amerikanen waar de honden geen brood van lusten. Boetje Hermanus bleef ongedeerd! 3) Gerrit de Raadt volbracht zijn roem ruchtige duivels-ren van Batavia naar Soerabaja met een Rudge kopklepper Gerrit is in aantochtik hoor zijn motor ronkenGerrit "blies" met de Rudge langs de tambaks even buiten Soerabajadonderde over de wegsneller, sneller, nog snel ler. Eindelijk was hij in zichtde motor pruttelde nog evenstopte. Gerrit rukte de stofbril van z'n gezicht. Dodelijk vermoeid. Zwart geblakerd door stof en door de zon. Hij staarde de enthousiaste verwelkomers wezen loos aan. "Hallo lui"was alles wat hij kon zeggen. En toen viel si Gerrit van z'n stokje. 4) De oude schouwburg! Het heette daar niet voor niets: Comedieplein! La ter werd dit schouwburg gebouw ge sloopt en er kwam de H.V.A. voor in de plaats. 5) O ja!! Er waren ceremoniemeesters en opperceremoniemeesters. En wij mochten dansen met een rood lintje of met een blauw lintje. Als de rode lamp jes gingen branden dansten alleen de cavaliers met het rode lintje in hun knoopsgat. Of anders de blauwe, want samen dat ging niet. Er waren teveel dansers. Maar toen al waren we cor rupt en we probeerden EN een rood En een blauw lint te bemachtigen. Om maar door te kunnen gaan met zwie ren! En onze Indische meisjes met hun kidang-figuurtjes die konden dansen!!! Dwars door de zaal heen liepen dan de ceremoniemeesters met strikken op hun smoking van een grootte om er bang van te worden! Ze keken erg wantrouwend en soms heel vals! Heer lijk hè? 6) Moeder van der Steen? Heer Boekholt, ik heb eens de grote eer gehad in een van haar stukken (opvoering in de Stadstuin van Soera baja) te mogen meespelen in een on belangrijk rolletje. Ik zal u vertellen de zaal gilde van het lachen! Mijn eigen moeder en mijn zus zaten in de zaal en die hoorde ik boven alles uit gieren van de pret. Niet omdat het spel zo denderend was maar doodeenvoudig omdat alles zo beroerd gespeeld werd door ons, amateurs. Als ik u vertel, mijn medeminnaar was Frans Keulemans in een officiersrol en z'n snor viel op het toneel toen hij een liefdesverklaring moest afsteken! Ik schijn mijn "bemin de" op een dermate fanatieke wijze besprongen te hebben dat men later zei: ,,Je leek wel een tijger!!!" Moeder van der Steen! O ja. Ze woon de vroeger op Plampitan. Daar oefen den we soms. Heer Boekholt, dat was 't. G. H. Bartman Pasar Besar, ter hoogte van het gebouw van de Raad van Justitie. Rechts Toko Hoffman, op de achtergrond Grimm. (Uit: Oud-Soerabaia, G. H. von Faber) Kort geleden is de Kotomadya (v/h Stadsgemeente) Surabaja in samen werking met het leger gereed gekomen met het uitbaggeren van de Kali Pegi- rian: 60.000 m3 lumpur hebben ze eruit gehaald en de kosten bedroegen Rp. 25 miljoen. Onwillekeurig denk ik hier bij aan de jaren omstreeks 1920, toen die kali nog niet gekanaliseerd was. In de regentijd kon het zo heerlijk ban- djiren. Wij liepen dan op zelf gemaakte stelten; er was toen nog weinig ver keer op de weg. Nu ik dit zit te tikken, komen andere beelden als in een calei doscoop tevoorschijn. Ik zie de omgeving van de Raad van Justitie op Pasar Besar, die nu een plein is geworden met de befaamde Tugu Pahlawan (Heldenmonument). Op de plek, waar nu het Gouverneurskan toor is, stonden toen drie bioscopen: Sirene op de hoek van Djoharlaan; Olympia in het midden en Rialto. Links van de R.v.J. stond een vierde, Royal Standard. In vergelijking met de tegen woordige cinema's waren het maar pri mitieve optrekjes met een orgel of hoogstens een strijkje, d.w.z. een piano plus een viool, lain tidak. Onze film helden waren Francis Ford, Stingaree, Maciste e.d. gewoonlijk in een serie van maar liefst 24 delen. Daar kon je maanden lang van genieten, telkens tegen de luttele prijs van 30 cent in klas kambing (half geld vanwege de schoolpet.) Voor actrices als Mary Pickford, Clara Bow en zo hadden we niet de minste belangstelling. Als er op het doek vuistgevechten te zien waren, dan had je het getrappel op de plan kenvloer vergezeld van een fluitkoor, waardoor de muziek als het ware ver stomde. Tegenwoordig fluiten ze voor wat anders. De kleine woningen achter de oude Toko Hoffman zijn getransformeerd in dito winkeltjes. In het voormalige pand van Hellendoorn is nu een meubelzaak; op het platje staan een paar snoepten- tjes. De huidige Marine-cantine was toen froeher het taartjespaleis van Grimm van wie vooral de saucijzen broodjes zo vermaard waren. Waar nu de Brandweer staat, stond toen de oorspronkelijke pasar. Daartegenover de Siamese tweeling HCS/Derde- school. Die staan nu nog in originele staat, maar natuurlijk met heel andere namen. De hedendaagse Pasarturi staat op oud-voetbalvelden (Thor, Excelsior, etc.) Ook het Jaarmarktterrein was des tijds een voetbalveld. In de buurt stroomde een riviertje, dat doorliep langs Kapasari (Kaliondo rivier met ladders). Het gebied ten westen van Kedungdoro was een en al sawah, vandaar de naam Sawahan. Dat was dan een brokje Surabaja van rond een halve eeuw terug, dat ikzelf meemaakte. In OUD SOERABAIA ging von Faber niet dieper in het verleden dan de 14e eeuw tijdens het bewind van Hajam Wuruk of liever de 17e als hij de stad pas recht uitvoerig onder de loupe begon te nemen, heel begrij pelijk trouwens. Maar onlangs heb ik in Balai Pustaka gelezen over het ONT STAAN van Surabaja, hetgeen mis schien ook interessant is. Ziehier wat ik fragmentarisch heb opgetekend. In de 9e eeuw was de plek, waar Su rabaja nu ligt, nog zee of door zee omspoeld. Dat zal wel uitkomen; denk maar aan de moerassige streek van Sedaju in het noorden en Porong in het zuiden, waar de huizen nu nog bij tijd en wijle onder water staan. De gro te weg, die de Brantasrivier kruist, hebben ze door ophoging thans ban- djirvrij gemaakt. In de 10e eeuw werd de Brantasdelta gevormd en pas in de 13e eeuw is dit land geworden met vele riviertjes. Als bewijs hiervan heb ben we in Surabaja nu nog namen als Kaliasin, Kalisosok, Kalibutuh, Kalian- jar, Kaliondo, Kalisari, Kalibokor, enz. Gedeelten, die nog onder water ston den kregen de naam van KEDUNG. Denk maar aan de straatnamen als Kedungdoro, Kedunganjar, Kedungru- kem, Kedungtarukan, Kedungsari e.d. De ontwikkeling hangt ten nauwste samen met de opkomst van het vor stendom Singosari. Voordat Ranggu- wuni vorst werd, stichtte hij de haven- (lees verder volgende pagina)

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1974 | | pagina 9