Abonnee worden van
Tong-Tong
Wie NU abonne wordt voor 1975
krijgt
alle nummers tot 15 Januari
gratis
betaalt 39,ook al wordt
de prijs volgend jaar hoger.
krijgt een leuke premie
Aanbreng(st)er ontvangt onze
mooie Tong-Tong suikerschep
"Pa vroeg alleen maar een Tong-Tong om
te lézen!"
ABONNEES AMERIKA
ATTENTIE
Uw abonnement
(luchtpost 23,-; zeepost 16,-)
kunt U per check voldoen aan:
(verhoogd i.v.m. de koersdaling!)
Roy Steevensz, c/o East-West
House, 7357 Franklin Ave., Holly
wood, California 90046.
Indien U Uw Tong Tong niet hebt
ontvangen of Uw exemplaar be
schadigd is, en U een ander
wenst, kunt U zich ook wenden
tot Roy Steevensz.
Naar Den Haag schrijven duurt
lang I
Een luchtopname van het zo vertrouwde Des Indes
van een straatnaam waardig werd be
vonden - namelijk een heer Chaulan -
werd er een hotel in gevestigd, dat al
aanstonds de naam van Hotel des In-
des kreeg. Ook de naam dus is veel
ouder dan het gedenkboek zou doen
vermoeden. En zijn reputatie was ook
reeds in het midden van de 19de eeuw
die van een eerste-klas hotel dat zijn
weerga niet vond in de kolonie. De
exploitant, een Fransman en oud-sol
daat die nog onder Napoleon had ge
diend en Cressonnier heette mengde
zich gaarne onder de gasten, dronk
(met hen) een stevige borrel en zorgde
aan de borreltafel voor de inwijding
van de baartjes in de geheimen van de
koloniale samenleving. Helaas wordt
van hem getuigd, dat "met de avond
zon ook zijn nuchterheid onder ging"
maar ja, dat was geen bezwaar
voor zijn gasten, die meestal aardig
konden meedoen.
Na de dood van Cressonnier kwam een
Chaulan aan het hoofd van het hotel
te staan en werd de naam gewijzigd in
Hotel de Provence, dat deel van Frank
rijk waar de oude Chaulan geboren
was.
In 1888, 17 jaar na de dood van Cres-
sonier die er zo'n duidelijk stempel op
had gedrukt kwam het hotel in handen
van Jacob Lugt, .die zijn sporen in het
gevecht had verdiend: hij was Ridder
in de Militaire Ridderorde 4e kl., die in
Batavia al een logement had gedreven.
Naar aanstonds bleek was hij niet al
leen bedreven met de wapens, maar
ook een bekwaam zakenman. Hij was
de grondlegger van het hotel zoals wij,
oud Batavianen, het gekend hebben.
Hij breidde het grondbezit uit en bracht
tal van verbeteringen aan. Bij dit alles
kan men zich nauwelijks voorstellen
hoe hij de nodige fondsen verwierf:
ofschoon toen reeds een "elite hotel",
bedroegen de kosten van logies met
ontbijt slechts vijf gulden en de be
kende gratis borrel moet de winstmarge
ook nog aanzienlijk gedrukt hebben.
Maar het ging dan ook tenslotte mis met
Lugt, ofschoon zijn ondergang niet te
wijten was aan de exploitatie van het
hotel, maar als gevolg van naar men
zegt, een aantal verkeerde speculaties.
Lugt was verplicht het hotel te ver
kopen, zij het dat zijn schulden van zo
danige omvang waren dat hij nauwe
lijks enige pecunia overhield na de
voltooiing van de transactie: de rest
ging op aan zijn schulden. Zoals Ge-
link zegt: "de uiterst droog en sober
gestelde acte (van overdracht van het
hotel met alles d'rop en d'ran aan de
nieuw-opgerichte NV Maatschappij Ho
tel des Indes) schetst de ondergang
van een man, wiens eertijds zo goede
zakenblik, durf en energie het tenslotte
hebben moeten afleggen tegen de gril
len van Fortuna". Een broer van Lugt
werd directeur van Des Indes; de ta
rieven bleven op het thans haast onge
looflijk klinkend bedrag van f 5,ge
handhaafd. Men mag nu blij zijn als
men voor het tienvoudige een redelijk
onderdak krijgt in Jakarta. Zeker niet
in één van de grote hotels!
Onder de doeltreffende leiding van het
nieuwe consortium kwam het hotel tot
grote bloei. Het herbergde niet alleen
vrijwel alle belangrijke buitenlandse
bezoekers, maar bijv. ook de Soesoe-
hoenan en de Sultan, beiden vergezeld
van groot gevolg. Des Indes werd het
verzamelpunt van de Bataviase elite
en wie in Indië iets voorstelde of meen
de voor te stellen moest er gelogeerd
hebben wanneer hij de hoofdstad be
zocht.
Aan dit glorieuze beeld kwam zelfs
geen eind toen de crisis van de der
tiger jaren uitbrak. Wel aan de renta
biliteit van de onderneming. Na 1930
is geen dividend meer uitgekeerd. Maar
de gasten bleef het aan niets ontbre
ken. Het hotel was een prestige-object
geworden. Aan de verzorging van de
nog altijd talrijke gasten mocht niets
ontbreken. Des Indes bleef een sociaal
middelpunt.
De Japanse bezetting maakte praktisch
een eind aan dit trotse beeld. Daarna
kwam de bersiapMaar nog in 1948
bij de uitgave van het jubileumboek
bleken de eigenaren optimistisch, of
schoon zij toen de bui toch wel heb
ben moeten zien aankomen.
Nu is dit alles voorbijSic transit
gloria mundi!
JHR.
13