"Indonesië in opkomst" Net verschenen: Indonesië in opkomst "INDONESIA" Prachtige kleurenillustraties, con crete informatie en toelichting over het immense eilandenrijk dat velen van ons zo goed heb ben gekend. Maar kennen wij het nog? Inheemse cultuur, de mo derne ontwikkelingen, econo mische en sociale problemen worden door Prof. H. F. Neu- bauer, Pr. W. Roll en Pr. H. Uhlig vrij uitvoerig uiteengezet. Ned. bewerking Dr. M. M. J. van Bal- gooy, Drs. M. W. Blok. 96 foto s in kleur en overzichtskaart. Prijs 79,50 plus porto 4,75. (3 termijnen mogelijk!) biografie, die zijn Weduwe Sophia Raffles aan zijn nagedachtenis wijdde. De vele lof, die zij hem op bijna iedere bladzijde toezwaait, hindert niet, waar zij zijn bezoek aan de grote gevangene beschrijft, waarbij zij vermoedelijk op eigen aantekeningen van haar overle den echtgenoot zal zijn teruggaan. Raffles had op Java tijdens zijn bestuur grote dingen gedaan, het landrentestel sel ingevoerd, gepoogd een verlicht bestuur in te voeren, land en volk ern stig bestudeerd, van welke ijver zijn "History of Java" het resultaat zou zijn. Hierdoor zal zijn zelfvertrouwen niet weinig zijn toegenomen. Hij aarzelde dan ook niet om bij zijn aankomst Hudson Lowe te vragen, om de ex- keizer een bezoek te mogen brengen. Dit werd toegestaan, mits hij hem slechts als "generaal" en niet als "kei zer" toesprak en vooral niet, wanneer "Buonaparte" tijdens een gesprek zijn hoed ophield, zijn hoofd ontblootten. Met deze kleine pesterijtjes slaagde Sir Hudson Lowe er in het leven van zijn doorluchtige gevangene nodeloos zuur te maken. Er moest natuurlijk ook toestemming van de ex-keizer gevraagd worden, maar deze werd vlot verleend, of schoon de balling zich juist voorge nomen had, enige dagen geen bezoe kers te ontvangen. De hoge rang van Raffles deed hem echter op dit besluit terugkomen. De volgende dag, dus de 19e mei, reed Raffles met enige Engelse officieren van zijn gevolg naar Longwood, en trof er Napoleon in de tuin aan. De kei zer had de tact, zijn hoed steeds onder de arm te houden, zodat zijn gasten gerust hun hoofd konden ontbloten. Ook bleek het in het gesprek niet noodzakelijk om de keizerstitel en wat daarmede samenhangt te gebruiken, wat weer een bewijs van tact van de zijde der Engelsen was. Het gesprek kon dus een vlot verloop hebben. Overigens gedroeg Napoleon zich weer als vanouds: hij overstelpte zijn be zoekers met een stroom van vragen, hetgeen Raffles "not only not dignified or graceful, but absolutely vulgar and authoritive" vond, dus: "niet enkel on waardig of onaardig, maar volstrekt grof en autoritair" vond. Doch zo was nu eenmaal Napoleon's gewoonte, die hij zelfs op St. Helena niet afgeleerd had. Men kent het oor deel van zijn minister Talleyrand over zijn meester, nadat deze hem eens, én terecht, de huid had volgescholden: "Hoe jammer, dat zo'n groot man zulke slechte manieren heeft!". En de vicom- te de Talleyrand wist wat goede manie ren waren, want hij was nog een edel man van het Ancien Régime. De vragen werden nu in zulk een tempo op de afgetreden luitenant-gouverneur van Java afgevuurd, dat deze nauwe lijks tijd had om op de ene te antwoor den, of er kwam al weer een nieuwe vraag. Eerst wenste de keizer de juiste uit spraak van Mr. Raffles' naam te weten. Waar was hij geboren (R. was als zoon van een scheepskapitein aan boord van een schip op de rede van Jamaica ge boren), hoe lang was hij in Indië ge weest? (in 1805 was hij naar Penang vertrokken). Had hij de expeditie ter verovering van Java in 1811 meege maakt? (Neen). Wie kommandeerde toen? En toen Napoleon verteld was, dat dit Sir Samuel Auchmuty was, scheen hij zich die naam te herinneren en maakte tegen Las Casas, zijn adjudant, enige opmerkingen aangaande deze persoon. Hij vroeg ook naar de grootte van de toen ingezette strijdmacht (12.000 man) en de gebruikte regimenten. Ook infor meerde hij, of Mr. Raffles het eiland Java aan de Hollanders had terugge geven, of dat hij eerst door een andere gouverneur was afgelost? Gelijk menig lezer zich nog uit de klassieke Eykman en Stapel (de kleine) zal herinneren, heeft Raffles de pijnlijke taak der over gave van Java aan de gehate Dutchmen overgelaten aan zijn opvolger, John Fendall. De keizer scheen goed op de hoogte van de waarde en het belang van het eiland Java te wezen maar stelde toch een paar wonderlijke vragen, zoals: hoe de (Javaanse) Koning van Java zich daarbij had gedragen? Blijkbaar was hij onvoldoende ingelicht omtrent de raadselachtige vier zelfbestuurders der Vorstenlanden. Toen Mr. Raffles het hem echter uitlegde, was hij zeer opmerkzaam en vroeg toen, of de DISCO-BOETIEK (Ch. W. Beer) Grote sortering Ind.Grammofoon platen en Casettes - IMPORT Verkoop Balinees Houtsnijwerk v.a. 65,Schilderijen etc. etc. Wyttenbachstraat 21 - Amster dam-O. Tel. 020-92 38 96. kruidnagelteelt op Amboina het nog goed deed, en of de Specerij-eilanden ook aan de Hollanders teruggegeven zouden worden (dit gebeurde pas'in 1817). Hij informeerde toen naar de naam van het schip, waarmede Raffles repatri eerde (de Ganges), waarmede het ge laden was (koffie) en welke koffie be ter was, die uit Java of die uit Bourbon (thans: Réunion, in de Indische Oceaan, een Franse kolonie). Nauwelijks waren deze vragen gesteld, of Napoleon wendde zich tot Raffles' gezelschap, vroeg hun namen, waar of ze gediend hadden, of ze wel eens gewond of krijgsgevangen geweest waren, hoe lang ze in Indië geweest waren, en nog verschillende andere kwesties. Daarop keerde hij zich weer tot Mr. Raffles, en scheen in diens medede lingen over Java belang te stellen. Ver volgens wendde hij zich opnieuw tot een der heren van diens gezelschap, en stelde hem soortgelijke vragen als aan de anderen. Met een lichte buiging van het hoofd duidde hij ten slotte aan, dat de audiëntie in de tuin afgelopen was, en terwijl zijn gasten met een buiging afscheid namen, vertrókken zij, terwijl Napoleon zijn wandeling voort zette. De Britten begaven zich nu naar het huis van Las Casas, waar hun een koude maaltijd wachtte. Hun gastheer sprak onderwijl met de hoogst mogelij ke lof over zijn meester en scheen diens tegenwoordige toestand bitter te betreuren. Het gesprek duurde zó lang, dat de gasten zich nog moesten haas ten om op tijd aan boord van hun schip te komen. Doch de Ganges zou zeker niet zonder Sir Thomas Stamford Raff les zijn vertrokken. Het bezoek aan St. Helena bood Raff les en de zijnen nog dagen lang stof tot conversatie. Inderdaad, een zéér bijzonder man had een waarlijk gróót man ontmoet. 7

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1974 | | pagina 7