De aardbeving in het Padangse van 1926 Ik en Bentiet Geachte Redactie van Tong Tong Vandaag de Tong-Tong van 1-12 ont vangen en met veel genoegen de bele venissen van Mevrouw Ziesel-Schmid- hamer in Padang en Fort de Koek ge lezen. Nu weet ik zeker, dat ik haar als kind gekend heb, want ik heb er zelf ge woond in 1920 en daarna van 1922- 1928. Reuze leuk, hoe ze alles be schrijft, dan zie je alles voor je gees tesoog weer verschijnen, o.a. die Fran se vlieger met z'n tweedekker, de A- penberg, het zwembad Soengei Brand, waar we wel 's Zondags met groepjes naar toe gingen en tussen de middag in de prieeltjes de meegebrachte nassi goreng! beving gemerkt! De schokken kwamen ook met grote tussenpozen. Onze ou ders waren blij, dat we vroeg terug waren. Mevrouw Barkey had ervoor gezorgd, dat we wat vroeger konden eten, omdat mijn Moeder, mijn broertje en ik 's middags terug zouden gaan naar Padang. Mijn Vader en de zusjes zouden een paar dagen later komen. Toen we met de auto onderweg waren, begonnen de bevingen weer, maar on der het rijden merkte je daar niets van. Totdat, vlak bij de Aneikloof, grote stukken rots van de bergwand loslieten en op de weg vielen, zodat de chauf feur wel moest stoppen. Hij eruit, om poolshoogte te nemen; meteen kwam er een lading aarde naar beneden bo- Moeder, die ook doodsbenauwd was. De kali onder ons was verdwenen; je zag alleen grote keien in de diepte liggen! Onderweg kwam je groepen uit de be volking tegen, die in paniek vluchtten, waarheen wisten ze waarschijnlijk zelf niet. Er was overal ook een vreselijke ra vage. Het station van P.P. was inge stort, rails waren verbogen en half in de grond gezakt. Het huis van de fam. Barkey was van hout, op palen, wat een geluk was, want de stenen huizen waren ingestort, 's Avonds durfden de mensen niet in hun huis te slapen, zaten op stoelen en de kinderen op matten in de tuin. Geen pretje, want het was erg koud! Ik meen, dat die bevingen twee of drie dagen hebben geduurd. Via Fort-de-Kock zijn we langs de oude weg (met ontelbare haarspeldbochten!) naar Padang gegaan. Onvergetelijk was het oponthoud in Manindjau, waar de controleur ons hartelijk ontving. Hij ver telde, dat het (zeer grote) meer op een gegeven ogenblik leeg leek te lopen; alle vissers die erop voeren meezui gend. Toen wij er waren, lag het in al z'n pracht weer in het zonlicht te glan zen! Zo, dit was dan mijn verhaal over de grote "aardbeving"! G. Koopman-Job Wegens moeilijkheden bij drukkerij binderij nu pas uit Prijs f 13,50 f 2,— porto. Aan het strand bij Poelau Pisang bij Padang. (Foto du Marchie Sarvaas) Maar als Mevrouw Ziesel de aardbe ving van 1926 noemt, moet ik haar toch zeggen, dat die niet veroorzaakt werd door een uitbarsting van de Merapi, maar dat het een z.g. tectonische be ving was. Een verschuiving van de aardlaag. Toen dat gebeurde op een ochtend was ik met mijn familie gelogeerd in Pa- dang-Pandjang bij de familie Barkey. Wij, kinderen, waren in het zwembad. Opeens werd het water helemaal bruin. Het cementen bad kreeg nl. water van een bergmeertje. De beheerder van het bad kwam aangerend en joeg ons allemaal het bad uit. We moesten ons meteen aankleden en naar huis. Grote verontwaardiging bij ons, want in het water hadden wij niets van de ven op de auto, die tegen de ravijn berm werd aangedrukt!! Mijn Moeder in paniek, broertje brul len en baboe "poesing"! Gelukkig man keerde de chauffeur niets en kon hij ons met veel moeite uit de auto krij gen. Te voet zijn we verder gegaan. We werden erg goed opgevangen door een kapala kampong van een klein ge hucht. De chauffeur ging over de spoorbrug terug naar Padang-Pand- jang om hulp te halen. Een paar uur later kwam hij terug met mijn vader en langs diezelfde "weg" gingen we te rug, naar P.P. Jaren heb ik nog nachtmerries gehad over die tocht. Ik had last van hoogte vrees, de spoorbrug had geen leunin gen, ze hadden wel planken op de rails gelegd. Op handen en voeten kroop ik erover! Mijn Vader zorgde voor mijn 15

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1975 | | pagina 15