Journalistieke Herinneringen (XIII) TOKO MAS INDONESIA De "regeringskrant" die niet van de grond kwam. Het conflict, dat Belonje als hoofdredacteur van Het Dagblad de (journalistieke) nek brak kwam voort uit een communicatie-stoornis, die nu, na bijna dertig jaar, haast volkomen onbegrijpelijk is. Belonje, gedreven door zijn journalistiek vol komen aanvaardbare instelling, wilde een krant maken die weergaf wat er in de europese gemeenschap leefde; de financier wilde juist een krant, die de lezers zou overtuigen van de noodzaak, hun leven te beteren. Die lezers immers verzetten zich fel tegen het regeringsbeleid. Wie nog herinneringen, heeft aan de bersiap die een haast onvoorstelbare ellende over zovelen bracht weet in welk een wanhopige toestand zich de europese gemeenschap in Indië be vond. De bevrijding, die geen bevrij ding bracht verscheurde het weefsel van hoop en verwachting dat aanstonds na de japanse capitulatie nog zulk een aantrekkelijk perspectief bood. Het af glijden naar een volkomen chaotische situatie was zeer snel gegaan. De kloof tussen rebellerende Indonesiërs en de Nederlanders die zich tot in het naakte bestaan bedreigd gevoelden werd steeds groter. Wie was daarvoor ver antwoordelijk? "De regering natuurlijk!" maar die regering had zelfs geen vingers om een vuist te maken en be greep dat slechts een overeenkomst met de Republiek een eind zou kunnen maken aan bloedvergieten, moord en plundering. Dat dit logische standpunt uiterst impopulair was bij duizenden, die zich in lijf en goed bedreigd wisten is duidelijk. Belonje nu maakte zich tot tolk van de grote menigte van Neder landers, terwijl de regering, de finan cier van zijn krant, juist beoogde de emotionele uitbarstingen te bedwingen. Zij bevond zich tussen twee vuren: aan de ene kant de Republiek In volle op stand tegen haar gezag, aan de andere kant de Nederlanders, die het conflict wilden uitvechten, wat uit de aard van de zaak niet mogelijk was. Zelfs later, toen de indische Regering over vol doende troepen beschikte, zou nog weer eens blijken dat men met bajo netten kan vechten maar er niet op kan zitten. Het Dagblad was begonnen als een uitgave van een nieuw-gevormde groep samengesteld uit de Regerings Voor lichtingsdienst, de NIROM en de direc ties van de twee belangrijkste bata- viase bladen van vóór de oorlog: de Unie, die de Javabode uitgaf en de NIDEUM die het Bataviaasch Nieuws blad publiceerde. Daar geen van de participanten over voldoende middelen beschikte, kon de groep haar werk zaamheden alléén vervullen dank zij het feit dat de regering alle kosten voor haar rekening nam en een drukkerij (Kolff) tot haar beschikking stelde. Het was trouwens op haar initiatief dat de groep tot stand was gekomen. Deze en andere bijzonderheden ontleen ik aan een onlangs verschenen folder, die de totstandkoming aankondigt van een microfilm-uitgave van Het Dagblad (als het u interesseert: deze microfilm is vervaardigd door en verkrijgbaar bij de Inter Documentation Comp. A. G. Potstrasse 14 te Zug, Zwitserland). De introductie is geschreven door de his toricus P. Drooglever - een der mede werkers aan de uitgave der Officiële Bescheiden onder leiding van prof. S. L. van der Wal. Hij schetst de situatie- kort maar duidelijk - als volgt (en ik vertaal uit het Engels): "Fysiek en psychologisch verbeterde de toestand van de nederlandse groep slechts zeer langzaam (in 1945/46). Verlangend naar het herstel van recht en orde en een terugkeer naar vóór oorlogse waarden hadden velen van (Juwelier en diamantair) Specialiteit Indonesische gouden sieraden 22 en 24 Karaats Juwelen 22 Kr. goud gezet met briljanten, markiesringen, slag- ringen, tiffanyringen, etc., mar kieshangers, markies-oorknop pen. Ook losse briljanten ver krijgbaar (BTW vrij). Lid vereniging Beurs voor Dia manthandel Amsterdam: daarom goedkoop. Zelfimport: armbanden, ringen, kalung, oor knoppen etc. origineel Indone sische modellen. Albert Cuypstraat 142, Amsterdam - Tel. 020 - 71 87 28. Na 18.00 uur tel. 020 - 44 17 94. hen grote bezwaren tegen de rege- rings-politiek, die ten doel had tot een overeenkomst met de Republikeinen te komen. W. Belonje, tevoren hoofdre dacteur van het sociaal-democratische dagblad de Indische Courant en na 1938 van Het Nieuws van den Dag voor N.l. was één van hen. Hij uitte zijn en hun gevoelens in zijn redactioneel be leid, dat er in hoofdzaak op gericht was, het gouvernement, de Britse ge allieerden en de indonesische republiek te critizeren". Aldus Drooglever, die ik erkentelijk ben voor het feit, dat hij in kort bestek een aantal data en gegevens heeft ver zameld, die mij niet meer in details voor ogen stonden. Ik mag wel één kanttekening maken bij zijn korte schets. Mijn bezwaar geldt zijn kwali ficatie van de Indische Courant als een sociaal-democratisch blad. Zij was wel het orgaan van (europese) werkne mers, opgericht door de Suikerbond, de vakvereniging van hen die de staf uitmaakten van de suikerfabrieken op Java. Als zodanig had het blad wel een bijzonder karakter, maar in het alge meen was het bepaald niet "progres sief" zeker niet in socialistische zin. En dat was ook logisch. Want voor het gros der geëmployeerden was de voort zetting van de koloniale verhouding een even vanzelfsprekende noodzakelijk heid als voor hun "kapitalistische" bazen. Onafhankelijkheid voor Indone sië, of ook maar voor Java alleen was vóór de oorlog voor de meeste Euro peanen nog een onvoorstelbare zaak. Een calamiteit, die niet alleen de ko loniale ondernemers maar ook de em ployees, behorende tot de staf der ondernemingen zou treffen. De echte sociaal-democraten, zoals Stokvis en Cramer zouden zich in hun graf om draaien wanneer zij vernamen dat eige naren en redactie van de Indische Cou rant een socialistische krant uitgaven! Het is wel zo dat de eerste hoofdre dacteur van de Indische Crt. een over tuigd marxist was: D. M. G. Koch. Maar juist zijn ervaring met het voeren van de hoofdredactie bewijst nog eens te meer dat er geen sprake was van een socialistische tendens. In zijn korte biografie van Koch, die trouwens meer essayist was dan journalist schrijft J. H. W. Veenstra ("Batig Slot", verzamelde bijdragen over indische figuren van Koch): "Maar een revolutionair werknemers blad, wat Koch ervan (van de Indische Courant) wilde maken, kon het onmo gelijk zijn. Suikeremployees voelden zich nu eenmaal geen "arbeider" en na een verbeten gevecht met de bonds- bestuurders kreeg Koch alweer zijn ontslag". In het bondsbestuur had inderdaad ook nog een socialist zitting; N. Vijlbrief, later lid van de Eerste Kamer voor de PvdA, maar hij was in de eerste plaats vakbondsman en had van zijn socia listische gedachten meer verdriet dan plezier in deze kring. Belonje volgde Koch op en zijn redac tievoering beviel de lezers veel beter. 6

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1975 | | pagina 6