Herinneringen aan ons
voormalig Nederlands Oost-lndië
BOROBUDUR
6
IN DE WERELDBRAND 1940- 1945 (II)
Een qroot aantal doden en gewonden; verschrikkelijk getroffen was de loods
vlak bij de explosieven-opslag, waarin de R.K.-zusters waren ondergebracht
maar ook vluchtende mannen, vrouwen en kinderen, alsmede de geïnterneerde
militairen konden ternauwernood ontkomen en/of enige beschutting vinden
tussen en in groeven, in het koraal-massief. Het was een vreselijke ervaring en
een ontzettende aanblik! Ik zag stervenden, verminkten en doden, o.m. eenAus-
straliër, wiens rechterbeen was afgerukt en wiens laatste woorden waren: give
me a cigarette"En ik had er geen
Kan men zich voorstellen, wat het be
tekent mede-geinterneerden na deze
raid aan te treffen dood, maar ook
vreselijk verminkt, ernstig gewond,
stervende meestal in coma! Zij werden
begraven in een massagraf, ik weet niet
waar en hóe
Het Japanse commando vond het toen
toch wel nodig om ons over te brengen
naar elders: het vierde kamp in
Ambon, de Advent-kerk; daar zijn we
enkele dagen gebleven, nog steeds
niet vrij van bombardementen. Maar
men was al "opgelucht" als men in
een "loopgraaf" vlak achter de kerk
het aansuizen van de bommen hoorde
en even daarna de grond-trillingen
voelde van de inslagen: dan was alles
weer even voorbij, - de bommen waren
niet óp ons gevallen
Men was eigenlijk apatisch geworden
na die verschrikkelijke middag op
TAN TOEI. Ikzelf had erge kiespijn en
dr. Julius heeft die kies toen maar -
op een voorbeeldige manier, zij het
uiteraard zonder verdoving - met één
ruk getrokken, terwijl Ruibing mijn
hoofd (achterover) vasthield, 's Nachts
was de na-pijn wel nauwelijks te har
den, terwijl ik niet kon slapen boven
op het doopvont van deze kerk. En
och, wat had dat eigenlijk te beteke
nen!
Naar Celebes overgebracht
Het werd al spoedig duidelijk, dat al
thans de Ambon-ellende voorbij was:
we werden op het Japanse motorschip
"Rio de Janeiro Maru" gestouwd in het
ruim met een mitrailleur in de enige in/
uitgang. Bestemming Makasser, merk
ten we later, tevens kennelijk met de
bedoeling in Zuid-Celebes de burger-
geinterneerden van Oost-lndonesië te
concentreren in een vrouwen- (Kampili)
en een mannenkamp (Paré-Paré). De
"Rio de Janeiro Maru" was vóór de
oorlog een passagiersschip - Japan -
Brazilië v.v. - na de zeeslag bij Midway
(juni 1942) deed het dienst als bevoor
radingsschip.
De reis verliep buitengewoon vlot in
het vrijwel steeds zigzaggende schip
in de Banda- en Java-zee. Er was eens
- onder ons, want wij konden niets zien,
wél horen - enige onderdrukte paniek,
toen het geluid van overvliegende
vliegtuigen te beluisteren was; het was
"gelukkig" een jap.
Wij werden uitgeladen in Makassar en
voorlopig ondergebracht in arrestanten
cellen, met zo'n 20 man op enkele m2.
Dat duurde echter niet zo lang en toen
ging het in vrachtauto's naar de mili
taire (ex-KNIL) kazerne in Paré-Paré,
in feite het "beste" onderkomen, dat
wij hebben gekend vóór de volgende
catastrofen. Ca. 130 man sterk kwamen
wij op 25 maart 1943 in Paré-Paré aan.
Nadat wij op het centraal gelegen gras
veld voor een langdurig en érg zonnig
appèl waren verzameld, volgde weer
visitatie en veel van het weinige, dat
men nog had, werd ons afgenomen. Er
waren wel enkele uitzonderingen, zo
als later bleek. De inhoud van enkele
koffers is - na het overlijden van de
eigenaren - nog geveild; sigaren en
kleding gingen toen "op de bon" goed
van de hand.
Van deze tijd, tot einde oktober 1944,
herinner ik mij, dat o.a. de keuken
goochelaren, de tuin-, buiten-, haven-,
hout- en w.c.-ploegen met werkelijk on
blusbaar optimisme en arbeid "bergen
werk - letterlijk en figuurlijk - hebben
verzet. De kampleiding berustte bij ds.
Bikker, bijgestaan door pastoor Thijs-
sen.
Met zeker ook bijzondere waardering
en dank van het hele kamp moeten
toch wel genoemd worden Hips, Van
der Goot, Linck, Hartman, Kalff, Baan,
Been ("cabaret"), Ruibing, Baay (des
tijds N.O.I.-kampioen schaken en ook
een goede bridger), De Ceuninck van
Capelle, Mulder (in "Bodjo" overleden),
Coblijn, Pöttger, Kettenis en last but
not least mijn slapie Scipio.
Apart noem ik nog vooral dr. De -Moor,
geassisteerd door dr. Goedbloed, die
mij nog zoveel kinine hebben kunnen
geven, dat ik van een "malaria tropica"
genezen de ziekenboeg kon verlaten
(op de "doden-barak" in Bodjo kom ik
nog later terug). Dr. Julius, die even
eens - in het bijzonder voor de Moluk-
door A. J. Bernet Kempers
Een prachtig boek over dit unieke bouw
werk met 280 afbeeldingen, dat een
uitgebreide beschrijving geeft, met his
torische achtergronden en de tegen
woordige strijd om het behoud ervan.
32,50 f 3,25 porto
kense geinterneerden - onschatbaar
veel heeft gedaan, werd aanvankelijk,
met dr. Marseille, naar Kampili gediri
geerd; laatstgenoemde is daar tot het
einde gebleven, dr. Julius keerde terug
naar Paré-Paré, waar hij toen geen
medisch werk meer heeft verricht, maar
in de hout- en haven-ploegen hard
werkzaam is geweest. Ook gaf hij cur
sussen op verschillend gebied en gaf
hij leiding aan een groep jongeren, die
het later ver gebracht hebben in de
na-oorlogse problemen-wereld; tot aan
zijn dood hebben zij het contakt met
hem onderhouden.
Het moreel werd hooggehouden
Tot de mannen, die evenzeer veel heb
ben bijgedragen tot een goed moreel
in het kamp moet ook genoemd worden
pater Vughts O.F.M. De majoor van
het Leger des Heils Woodward heeft
kans gezien (hij behoorde ook tot de
keuken-ploeg, i.e. de "uien-pellers",
voor zover er nog uien waren...) een
"dagboek" bij te houden, waaraan en
kele gegevens in mijn relaas - toeval
lig - konden worden ontleend.
Jan Hatumena heeft uitzonderlijke en
moedige prestaties geleverd op sokkel-
gebied (ik kom hierop later nog terug);
voorts de R.K.-broeders, die op het ge
bied van tuinieren grootse kwaliteiten
hebben getoond, terwijl in het kruiden
tuintje gewoekerd werd met de voort
brengselen ten bate van de zieken.
Markante mannen waren ook De Haas
(ex-detachementscdt. Veldpolitie-So-
rong (N.G.), die, hoewel hij behoorde
tot de oudste geinterneerden, zo'n op
merkelijk gaaf, wit gebit had (géén
protese) dat hem gevraagd werd, hoe
hij dat had klaargespeeld; zijn ant
woord, voor allen gevleugelde woorden
was "m'n leven lang, elke ochtend
een geklutst eitje met cognac"...... Van
zich spreken deden ook de "peintres
uit Bali: Bonnet en Hofker, die buiten
gewone tekeningen, etsen en zéér bi-
zondere vergrotingen vervaardigden
van o.a. nog door begenadigden door-
alles-heen geredde pasfoto's van hun
dierbaren Ik wil toch ook nog me
moreren de activiteit van pastoor Fran-
kenmolen (N.G.) - die ik na de oorlog
nog éénmaal ontmoet heb (helaas, erg
kortstondig) op het C.S. te Amsterdam
- die het gepresteerd heeft met een
doe het-zelf-apparatuur nog enkele
druppels uit toch wel volkomen uitge
perste klapper, die we heel sporadisch
konden bemachtigen voor de keuken,
te halen; het is me nog steeds een
raadsel, hoe hij dat presteerde
Maar de ellende, de honger en ziekten
bleven, met de wandluizen (niet te be
strijden) en de uiteindelijk toch ver
dreven ratten, als je hurkende op het
toilet zat... En dan; enkele maanden
was de kampedt. de Japanner Jamadji,
een sadist! Hij kreeg later een andere
"conduite", toen hij cdt. werd van het
vrouwenkamp "Kampili Deze, zijn
mentaliteits-verandering is voer voor
psychologen! Ik kan weinig zeggen
over het vrouwenkamp; er is summier
aandacht besteed in het overigens toch
wel prachtige werk "EEN ERESCHULD