het geluk van het jagen (I) Het kapitale hert van Kramat Gadjah KIMM Indische spekkoek Ontmoeting met "De jacht behoort tot het zuiverste repertoire van het menselijk geluk José Ortega Y Gasset. Jachtbelevenissen op Oost-Sumatra. door J. G. A. la Bastide De^orT'stond nog laag; maar het beloofde een hete dag te worden. Op datzelfde ogenblik stonden mijn vriend Radèn Marsidi (kommandant van de politiepost te L.P.) en ik, benevens het oude kamponghoofd van Kramat Gadjah, ca. vier kilometer noordelijk en aan de oever van de Sungai Galang, te wachten op de sampan die ons naar de overkant zou brengen. De rivier was in dit jaargetijde een twin tigtal meters breed. Traag stroomde het licht koffiekleurige water aan onze voe ten voorbij. De lage zon toverde be koorlijke glimlichtjes op door de wind veroorzaakte golfjes. Zo nu en dan verried een plotseling verschijnende en weg-ebbende kring de aanwezigheid van een naar lucht happende goerami. Een tiental meters benedenstrooms van ons waren een paar jonge Javaanse vrouwen bezig met de was en met baden. (Indonesische vrouwen in het algemeen, en Javaanse in het bijzonder, zijn altijd erg zindelijk). Toen zij mij zagen kijken (ik was toen nog op een leeftijd dat men dan ook echt kijkt!), trokken sommigen haastig en onder luid gegichel de sarong op tot boven de borsten; anderen doken eenvoudig tot aan de kin onder water. Vervolgens begonnen zij luid en pla gend in het Javaans te konverseren "De Radèn heeft een blanda-vriend meegenomen!" "Moet je naar zijn smerige kleren kij ken" (mijn jachtpak!) "En zijn bleke benen!" Hilariteit. "En hij heeft bijna geen haar op z n hoofd!" (Ik was helaas al vroeg ka lend!) Het kommentaar ging allengs dieper in op de gebrekkige kwaliteiten van mijn uiterlijk voorkomen. Raden Marsidi, die heel goed wist dat ik uitstekend Javaans verstond, ver keerde in een moeilijk parket. Aanvan kelijk vertoonde hij een diepgaande be langstelling voor een paar vogels in de bamboestoel boven ons hoofd. Stort 12,50 op giro 158225 en U ontvangt een spekkoek van ca. 500 gram, in speciale verpakking, franco thuis. "KIMM", Joh. Verhulststraat 98, Amsterdam-Z. Tel. 020-72 84 61 KIMM staat ook op de Pasar Malam TE ZWOLLE. Ik bleef, mij verkneuterend, staan wachten. Het kommentaar ging intussen onver minderd door. Bij een heel speciale opmerking mijn (onzichtbare) anatomie betreffende en die de meisjes kennelijk bijzonder veel plezier verschafte (ge tuige luide lachbuien) had ik er op kunnen zweren dat Marsidi s van na ture lichtbruine gelaatskleur, meer een donker roodbruine tint kreeg. Tenslotte loste hij de moeilijkheid op diplomatieke wijze op door mij, even eens in het Javaans en met luide stem, te manen om zodadelijk voorzichtig in de sampan te stappen, daar het maar een wankel vaartuig was, en het water diep. (Dit laatste met een venijnige blik naar het, plotseling met stomheid ge slagen groepje schonen!). Ik anwoordde beleefd Inggih Radèn keek naar het rijtje O's van de open monden der meisjes en kon maar met moeite mijn lachen inhouden. Even later kwam de sampan en de overtocht bleek inderdaad geen sinecure te zijn. Wij zaten met z'n vieren in een vaar tuig dat bedoeld was voor twee, zodat de bovenrand van het scheepje geen twee vingers boven het water uitkwam. Heelhuids aan de overkant echter, kon ik niet nalaten de dames aan de andere kant toe te wuiven en vriendelijk goe dendag toe te roepen. Marsidi zei niets, maar keek mij verwijtend aan. Vier kilometer ten zuid-westen schar relde het reuzenhert van Kramat Ga djah langzaam onder de schaduw van de waroe vandaan, de dichte riet- en struikwildernis in en begon zich op z n gemak te goed te doen aan de hier en daar opstekende jonge lalangspruiten. Een kudde wilde varkens schrok met hun typisch gesnuif op en verwijderde zich, gepaard gaande met hef bekende piepende gegil der jongere dieren, dieper het struikgewas in. Een grote ever bleef echter even uitdagend staan de uitstekende witte houwers blinkend in de lichtstraaltjes die door de dichte riethalmen en ander gebladerte wisten door te dringen. Het reuzenhert dacht niet; het kon niet denken; maar toch zakten de scherpe punten van zijn formidabele gewei naar beneden. De ever vond het achteraf verstandiger zijn kudde te volgen. Het hert liep langzaam knabbelend door. Met zijn scherpe, witte hoektanden scheurde hij lange repen bast van de spaarzame dunne stammetjes woud opslag, hier en daar boven het riet en de struiken oprijzend. Met de dikke zwarté kwast van zijn korte staart sloeg het heen en weer tegen de in secten. Iets verderop legde het dier zich op nieuw ter ruste in de schaduw van een gempol (Ficus septica), met de bedoe ling de komende ergste hitte hier ver der door te brengen tot ver in de na middag. Rustig herkauwend bleef het nu liggen, slechts af en toe met wijd open neusgaten de zwakke wind con trolerend. Pawang Rachmat Dul Manap Na de veerman een fooi te hebben ge geven gingen wij weer op pad; Raden Marsidi voorop, dan ik, en daarachter het kamponghoofd. Ik kende Marsidi al jaren; een lange, magere man met een beschaafd ge zicht, en ietwat treurige ogen. Hij sprak vloeiend Nederlands, tenminste als hij zulks verkoos. Op dit ogenblik verkoos hij echter Maleis. Over zijn schouder zei hij: "De pawang met zijn drijvers wachten op ons bij een afgesproken plaats, nog een tien minuten verderop. Ik knikte. Aan deze kant van de rivier was het landschap volledig veranderd en het was inderdaad of wij in een andere wereld kwamen. Na het natte sawah- landschap in de omgeving van de kampong Kramat Gadjah, thans; Riet en nog eens riet! Bijna manshoog golf den de mes-scherpe halmen zachtjes in (lees verder volgende pagina, 1e kolom) 20

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1975 | | pagina 20