Een Indisch meisje in Amerika Trip naar Las Vegas 18 Toen wij aankwamen in Vegas, num mer één wat wij doen is de benzine tank van de car helemaal vol vullen en nog 5.00 voor benzine onder de carmat verstopt. Deze idee komt van Si Clem. Hij zegt: "biar oewangnja habis, maar autonja brengt ons sure thuis". Ik moet zeggen Si Clem some times bodok, maar deze keer pienter. In de restroom van de station wij an dere shirt aangetrokken en onszelf ver frist, want onze tactiek is: "hit and run" en dus we don't need een motel- room. Bilangnja we don't need een room, maloe immers om te zeggen oewangnja voor motelroom ister niet. Si Clem en ik eerst nonton en kat uit boom kijken, maar niet lang daarna wij ook aarzelend aan de Black Jack table gezeten met ieder 3.00 uit onze zak in front of us. Het ging voor een tijdje goed met onze syteem, you know, naek en toeroen tot one moment Si Clem kreeg een Ace en een 2 als tweede kaart. Hij houdt de twee kaar ten krampachtig in zijn handen. Toen het zijn beurt was hij vroeg om een kaart. Hij kreeg een 4 open en daarna nog een 4. Clem vroeg nog een kaart; hij kreeg nou een 10. Clem was druk bezig met denken en vroeg nog een kaart, de dealer gaf hem een 5. In Praten zoals je dat het lekkerst vindt, dat mag in Tong-Tong en ook in "De Indo" het orgaan van de Indo Community Center in California. Daar heeft zich in de loop der jaren een bepaald soort "sleng-petjo" ontwikkeld van Ne derlands - Indonesisch - Ameri kaans dat alleen door ingewijden gesnapt wordt. Literaire experts go home, you snap nul van dese! En als U net als Bep Vuyk veron derstelt dat ons petjo uitsluitend gesproken wordt in de "onont wikkelde, lagere milieus", forget it boeng vraagt die vent of ik High School heb?" Ik zei: "Wah, pajah jij, zie je dan niet dat je al dood bent, toch al over de 21. Hij denkt, je ken niet tellen." Clem zijn gezicht al helemaal roewet en toen zegt hij: "Oh, deze spel één en twintigen, ik denk één en dertigen, je weet toch wel dat spel van Holland." Frans en ik staan op en verlaten de Black Jack table. Geirriteerd zegt Frans tegen Clem: "Jij betoel betoel maak ons verlegen hier en die mensen denken dat wij petjo's zijn, die de sekola Djaroe niet eens hebben door gelopen en niet tot 21 kunnen tellen!" Clem probeerde zichzelf nog te ver dedigen, maar Frans en ik wilden niet meer luisteren, onze eergevoel betoel aangetast. Wjj hebben daarna nog een gezellige gokavond gehad, maar zijn toch broke naar huis gegaan. En tot slot ik moet jullie nog vertellen, dat wij de car nog de laatste 300 meter tot mijn huis hebben moeten dorongen, want de benzine was habis. (Uit: "De Indo", Californië) Si Frans is onze djago, hij al twee maal in Las Vegas geweest en dus al allround en professional. De hit en run systeem is door hem geinventeerd. Hij zegt: "Geef niks, als wij groot hitten, wij doen precies als de big shots, ieder een eigen room in Cesars Pa leis". Si Clem en ik pas voor de eerste keer in Las Vegas. In Downtown aangekomen wij meteen naar Golden Nugget en Frans niet te lang, al bezig aan de Black Jack table. totaal lagen al vier kaarten open op tafel, in totaal al 23 punten. De dealer wachtte geduldig tot Clem zijn kaarten zou open leggen, denkende, deze man heeft een beetje meer tijd nodig om te tellen. Tot grote verbazing van de dealer vroeg Clem nóg een kaart. Frans en ik keken elkaar aan en de dealer kon het niet meer inhouden en vroeg sarcastisch aan Clem: "Do you have High School?" Clem keek ons vragend aan en vroeg: "Waarom Wat doe ik eigenlijk hier? Ik heb nooit naar Amerika willen gaan, hoe komt 't dan dat ik hier zit, voor 't raam van mijn eigen huis (met hypotheek), in Zuid California, in december 1974? De tuin ziet er echt aardig uit nu. De Japanese Maple staat in rode herfst tooi, kijk hoe doorzichtig de blaadjes kleuren in de schuine zonnestralen! Die oranje en goudgele massa's Mari golds staan er nog goed voor, en ze zijn werkelijk erg gemakkelijk, geen kunst aan. Gelukkig dat we toch de moeite ge nomen hebben dat grindpad langs ons huis aan te leggen. De grond was kei hard, en we hebben met ons drieën op onze knieën dagenlang moeten spit ten (boy, wat een pijnlijke ruggen had den we toen) om het pad uit te diepen. Wat waren we blij toen we de hoek van het huis naderden, onze taak leek eindeloos! Het doet echt denken aan ons huis in Degolan. Wat een heerlijk huis was dat, een tiental km buiten Djokja tegen de helling van de Merapi gelegen. Paps had toch wel gevoel voor huizen bouwen: de ruime kamers, de grote ramen, die heerlijke voorgale rij waar je een prachtig uitzicht had op de glooiende oprijlaan die als het ware op de Merapi toeliep. Ja, ons grindpad doet me denken aan die breed uitge spreide oprijlaan. Maar, ik ben hier in Amerika, niet in voor-oorlogs Indië! Wat doe ik hier? Doe ik eigenlijk iets? Laat ik met me doen? Kan ik iets doen? Ik ben nu veertig. Is dat oud? Ik voel me niet oud, hoe voel je je als je oud bent, anders? Grijze haren heb ik altijd gehad, wel, misschien heb ik nu wel meer. Nic vindt het leuker staan als ik mijn haar een spoeling geef. 'n Kliederwerk, maar ik zal er weer aan moeten beginnen. Morgen misschien. Oh, kijk wat een vlinders opeens. Drie, vier, nee meer, jammer dat er geen mooie grote gekleurde bij zijn. Flu weelachtig zwart, met regenboog veeg jes hier en daar, en dan die dreigende grote ogen die je zo fascinerend kon den aanstaren op de wijde vleugels. Nee, die heb je hier niet. Maar kijk hoe die witjes dartelen, op en neer en om elkaar heen, oh, daar heb je onze Siamees. Dit is lekkere koffie. Ik mag de ramen wel eens een goede beurt geven, die vervelende smog maakt alles zo grauw. Is dat belangrijk? Is wat ik doe belangrijk? Ben ik van In donesië helemaal naar Amerika geko men om ramen schoon te maken? Mike gaat al bijna naar high school, dat duurt vier jaar. Hij is pienter, misschien krijgt hij wel een scholarship. Dat be tekent dat hij over 4 jaar uit huis gaat. Ik hoop 't zo voor hem, hij doet zo zijn best, een lieve jongen. Maar dan blij ven alleen Nic en ik over. Is dat ge noeg? Gek, 't lijkt of ik Nic nu meer (lees verder volgende pagina bovenaan) 4»

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1975 | | pagina 18