Dromen over laatste pleisterplaats KIMM Indische spekkoek Stort 15,op giro 158225 en U ontvangt een spekkoek van ca. 500 gram, in speciale ver pakking, franco thuis. "KIMM", Joh. Verhulststraat 98, Amsterdam-Z. Tel. 020- 72 84 61 (Vervolg: Boekbespreking) drukt. Het zijn de brieven van R. A. Kartini die thans opnieuw het licht zien. Inderdaad: een fenomeen met een zeer uitzonderlijk karakter. De regents dochter Kartini, die nu al zo vele jaren geleden een Nederlandse schoolop leiding genoot kan men bewonderen om de ideeën die haar tijd ver vooruit waren, maar bepaald niet minder om het voortreffelijk Nederlands dat zij schreef, ofschoon ze haar vaderland nooit verlaten heeft. Niet alleen haar schoolopleiding ves tigde de band met het Westen, maar vooral haar bewondering voor hetgeen de westerse vrouw in haar strijd om gelijkberechtiging reeds had bereikt. Het mag dan, volgens haar moderne zusters, de Dolle Mina.s, nog veel te wensen overlaten, in Kartini s tijd was de positie van de vrouw in het Westen oneindig ver vooruit op die van de Javaanse vrouw zelfs wanneer zij stamde uit een zo vooruitstrevende familie als die van haar vader, de toenmalige regent van Japara. Zij richtte zich met onverdroten ijver spe ciaal op de ontwikkeling van het on derwijs, de kritiek van haar eigen man nelijke en vrouwelijke standgenoten niet schuwend. Zij wist zich daarbij verzekerd van de steun van haar fa milie, in het bijzonder van haar beide jongere zusters, en tenslotte van die van haar echtgenoot. Aan haar leven kwam helaas een eind toen zij pas 25 was, maar haar denkbeelden zijn ook na haar dood blijven groeien en bloeien. Deze vijfde uitgave van haar brieven, thans aangevuld met enige nog niet tevoren gepubliceerde, is verzorgd en ingeleid door Elisabeth Al lardnaar de door mr. J. H. Abendanon verzamelde originelen en uitgegeven door Ge Na- brink, Amsterdam. Een document dat zijn waarde ook na bijna een eeuw niet heeft verloren. JHR. Verkrijgbaar in de Boekhandel Tong Tong. Prijs 24,80 plus porto 3,25. Op zoek naar een tempat voor toenggoe mati "Maar het liefst zou ik in Soekaboemi wonen!" Met deze bekentenis besluit mevrouw F. van Zanten-Hasselmeijer haar a™e in Tong Tong van 1 september 1975, p. 4 - Soekaboemi, favor.et! Hoe kan het anders. Ik hoor het koor der Soekaboemelaars met deze loftuiging van harte instemmen. Ik doe daar echter niet aan mee. Mijn herinnering aan Soekaboemi is en blijft gemengd. Naast veel goeds is mij namelijk ook bijgebleven het rond lopen met een loodzwaar hoofd in een middaghitte, die overvalt en futloos maakt. Zo'n kritiek op dit veel geprezen bergplaatsje kan men enkel verwach ten uit de hoek van die hoog verhe ven wezens, die duizend meter en meer boven de zeespiegel leven en die van de toppen van hun Olympus neerzien op de minder bevoorrechten, - al bewonen die dan ook waarlijk lachende landouwen. Oordeelt U zelf maar. In de blauwige verte: de bergen van de Djampangs. Daarvóór: de scherpe contouren van de Goenoeng Kentjana. Tussen mijn arendsnest en deze hori zont: 'n golvende glooiing bedekt met theetuinen, doorsneden door zwaar be boste ravijnen, waarvan enkel de aan eengesloten toppen der bomen als donkere tinten het lichtgroen van het geplooid tapijt van de thee-aanplant onderbreken. Heel ver - nog juist zicht baar - de terrassen van in de zon blikkerende sawahs, hier en daar een kampoeng, een opkringelende rook pluim en voor het overige slechts grijsblauwe nevels. Boven mij ruisen de tjemara's Dit te zien, dit te ondergaan, dat doet je wat! Dan vergeet je als "broekie" onder de planters de zure opmerkin gen van je baas en de kwaadaardige Klatsch van naijverige collega's Dan voel je je één met het beste, dat dit land te bieden heeft: de goddelijke natuur. Ik mag niet klagen over de huizen en pondokjes, waarin ik mijn vele In dische jaren heb mogen slijten. Steeds was het lot mij goedgunstig. Wat hun ligging betrof, kon ik vaak niet beter wensen. Toch gold ook hier: Lest, best! Ik gedenk vol dankbaarheid mijn bilikken paleisje, mijn woonstee in de maanden vóór Pearl Harbour. Ik placht er mijn ontbijt van ham and eggs te nuttigen op het grasveld achter de veranda. Dit veld vormde de grazige kam van een voorgebergte, waarvan de hellingen zó steil waren, dat van de zware begroeiing slechts enkele boomtoppen boven ons weitje uitsta ken. Een apenkolonie had deze krui nen als speelplaats gekozen. Daar kwamen zij. Reeds uit de verte hoor de je het gekraak van takken. Je zag de takken buigen en zwaaien. Dan plompten het dozijn donkere gestal ten neer in het overdadige groen, dat mijn tuin omringde. Kijk eens, wat een tronies! - En zij, van hun kant, maar loeren naar dat witte wezen, dat zich zo juist stond in te zepen en nu doen de is de baard te krabben. Is dit witte wezen eenmaal van het toneel ver dwenen - in de kamer mandi staat de teil met lauw water klaar - dan verschijnt de djongos, die buiten de tafel dekt. Heeft echter dit andere wit te wezen ook maar net zijn hielen ge licht, dan zien de brandals onder de apen hun kans schoon. Eén sprong, één stormloop en foetsie is mijn sisir tjaoe, mijn mata sapi en alles wat eet baar is. Wat jammer, dat ik zo'n roof overval nooit op de gevoelige plaat heb vastgelegd! Maar laten wij verder kijken dan de boomkruinen. Verder en hoger. Daar hangt het décor. Daar staan de cou lissen in verbijsterende grootsheid. Zeven vulkaantoppen tel ik. Van Tje- remé tot de broeders: Pangerango en Gedeh. Toppen en vele hellingen. Op zo'n tafereel raakt een mens niet uit gekeken. Ik ben niet langer "sadja sadja". Nee, ik ben ik plus dit mach tige land, dat mij omgeeft, omhult, doordringt. Lezers! Hoort U de stemmen van pro test? "Bij mij was het heus nog veel mooier. Geloof mij of niet, maar waar ik woonde, dat kon je rustig een aards paradijs noemen. Bij mij in Atjeh, op Bali, op Ternate, Lèlès of Batoe En ga zo maar door. Van Gogh, de neef van Vincent - met zo n naam zit je wat het visuele betreft in de goede hoek - Van Gogh zei mij in het Jap penkamp: "Als je een plek zoekt voor het slijten van je levensavond, zoek die dan aan zee". Wat een heerlijke toekomstdroom! Ziet U ook al, die zons-op- en ondergan gen, dat dagelijks zich herhalende wonder van kleuren en lijnen? Waar zal het zijn? Op welke tandjoeng valt onze keuze? Even de kaart erbij halen. Een oude voor-oorlogse kaart van Java. Bij Tong-Tong gekocht. Ik loop met mijn vinger langs de kustlijn en monster alle namen. Ja hoor! Daar is het. Geen twijfel aan. Wij hebben onze tempat voor toenggoe mati ge vonden. Semarang - richting Pekalongan, Ken- dal, Weleri. Vóór Grinding naar de kust. Gempolsewoe. Nog enkele kilo meters en dan eindigt de weg en onze tocht bij het "Landhuis". Wie van de T.T.-lezers uit Semarang of omgeving onderzoekt eens of ons "Landhuis" er nog staat en of dit inderdaad het dorado is, waar ik van droom. Wie weet, mag ik er dan eens komen logeren. SI ANOE 16

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1976 | | pagina 16