SOEMBER BRANTAS EEN GELUKKIG MENSENLEVEN IN DE GOENOENG "En zal ik dit oord, dat eens het mooiste werk, de gelukkigste tijd van ons leven gaf, niet meer zien, mijn innerlijk oog, mijn sterke herinnering zal blijven houden: beelden uit een bewogen, goed geleid bestaan, voor ons, ach voor ieder, die daar mocht komen. Een leven van hoge waarde". Met deze bewogen zinnen besluit Me vrouw E. Klay-Bickes "Soember Bran- tas", het verhaal van haar leven. Een getypte en gestencilde bundel, bij el kaar gehouden door een goedkope plastic spiraal, maar een stuk proza zo boeiend en aangrijpend, dat juist deze eenvoudige uitvoering het tot een van de uniekste uitgaven maakt die ik ooit onder ogen kreeg. Het begon met een kort briefje: "Ik zend U mijn op schrift gestelde herin neringen over Soember Brantas waar ik van 1917-1942 heb gewoond en ge werkt tot ik er verdreven werd. Ik heb dit verhaal geschreven voor mijn kin deren en kleinkinderen, opdat zij niet zullen vergeten en zullen weten wat Soember Brantas voor ons betekend heeft." Welke Oost-Javaan kent de naam Soember Brantas niet? Wie in Djoeng- go, Selecta, Songgoriti, Batoe, logeer de, maakte natuurlijk ook tochten te paard, te voet of met de auto. En dan stuitte men altijd op de begrenzing aan Soember Brantas. Je zag in de verte koeien grazen op een "alpenweide", paardenstallen, je ontdekte elders kof- fiestruiken, een kina-aanplant. Maar vooral rook je de bloemen, de bittere lucht van de bergbloemen: margrieten, chrysanten, asters, anjelieren en je kon ze zien, in nette rijen in bamboe- rekken, gesteund en opgehouden. Huisjes, werkloodsen op verschillende plekken op het land. Centraal het huis van de familie Klay. Wie waren zij, hoe waren ze er gekomen? Ik wist het niet. Waarom zou ik het weten? Als stadskind-met-vacantie-in-de-ber- gen had je alleen te doen met zwem men, wandelen, spelen, eten, grote mensen hadden zo hun eigen bezig heden. "Oma Eddy", zoals de kleinkinderen haar noemen woont nu ergens in Gel derland in een bejaardentehuis. Ze is 88 jaar, een vrouw met een opmerke lijk heldere geest en een herinnerings vermogen waar iemand van een halve eeuw jonger, jaloers op zou kunnen zijn. Het leven dat ze nu leidt, werk loos, zonder enige spanning en in spanning is in lijnrechte tegenstelling tot het leven dat achter haar ligt. Jaren die een opeenvolging waren van ar beid en arbeidsvreugde, avontuur, spanning, experimenten, maar ook van voldoening, dankbaarheid, liefde. Maar bovenal GELUK, in de ruimste zin van het woord. "Waar Niek en ik de moed vandaan haalden om in die veelbelovende "suikertijd" het werk, dat hij als fabrikatiechef bij Kooy en Co., de rug toe te keren, tegen alle advie zen in van trouwe vrienden en zijn ouders, 5800 voet hoog, tussen bos en bergen, ver van de bewoonde wereld, waar geen dessa meer was, te beginnen, terwijl onze 3 kinderen nog niet op school waren?" Vier jaren geleden begon Eddy Klay haar leven op papier te zetten. Al schrijvend herleeft ze elk moment, Soember Brantas, zoals iedere Oosthoeker het wel heeft zien liggen. Een uitgestrekte bloemen- en groentenkwekerij, paardenstal len, melkerij, een nederzetting in de bergen. Omzoomd door koffie, kina. Later kwam er een bungalow-dprp voor vacantiegangers. Het was een plek voor werken en bestaan voor honderden mensen, blank en bruin. herinnert ze zich elk detail uit dat leven in de bergen. In Djoerang Kwali, zoals het stuk grond heet dat ze voor f 8000,met veel moeite kochten. De naam "djoerang kwali" duidt op de komvormige (kwali) vallei tussen de Andasmoro en het Welirang-Ardjoeno complex. Ze vertelt over het huis dat ze aantrof fen en dat hun nieuwe huis zou wor den, de jacht op hardnekkige vlooien, die de honden van de vorige eigenaar hadden achtergelaten. Over de eerste voorbereidingen tot het vormen van een veestapel, de groenten en bloe- menkweek. De eindeloze reeks van ups and downs met al die wonderlijke dingen in de bergnatuur die ze nu pas goed leerde kennen. Haar kinderen, haar -vrienden, maar ook haar tegenstanders spelen in alle beschrijvingen een voorname rol. Oma Klay herinnert zich ook de avon turen buiten Djoerang Kwali, de picnic b.v. aan het Zuiderstrand dat bijna op een drama uitliep. Ze vertelt over jagen en vissen, geeft een boeiend relaas over het zakelijke wel en wee van hun onderneming. Over het dra ma met het eerste stuk stamboekvee, de paarden, de kwekerij. Ze noemt namen, vertelt met nooit grof worden de openhartigheid over de meest pe nibele zaken. Want dit alles, het hoort bij het leven van de familie, Nico en Eddy en de kinderen Gerrit, Willy, Zus en Mien. Nico en Eddy Klay. Pionierswerk met alle risico's en tegenslagen, liever dan het ge regelde, verzekerde bestaan in de suiker. 8

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1976 | | pagina 8