Makassars Roem door Dr. H. J. de Graaf Eens was Makassar's naam overal bekend. Dit was niet te danken aan de dap perheid van zijn inwoners, ook niet aan hun vaardigheid om te paard de snelle herten na te jagen, evenmin aan hun eigen letterkunde, die zich zelfs de weelde van een eigen schrift veroorlooft. Neen, Makassar dankt zijn roem aan de daar voortgebrachte Makassar-olie! Dit was geen aardolie, waardoor Tarakan, Balik- papan Wanakrama en dgl. in het geheugen bleven hangen, doch een plantaar dige olie, gewonnen uit de vruchten van de koesambi-boom. Men sprak wel eens prozaisch van koesambi-vet. Indonesië is zeer rijk aan vetten en oliën, bestemd voor tal van doelein den. Alleen al in de Encyclopaedie van Ned.-lndië worden niet minder dan 81 soorten oliën en vetten opgesomd, afgezien nog van 117 aromatische of vluchtige oliën. Enkele zijn algemeen bekend, m.n. de klapperolie, waarmede de Javaanse schonen heur haren verzorgen. Bij het lezen van Noto-Soeroto's dichtbundel: De Geur van Moeders Haarwrong, denk ik er wel eens aan, want niet iedereen waardeert deze reuk. Wij hebben nog de kajoe-poetih-olie, de palmolie, de ricinus- of wonderolie, en wat niet al meer. De bevolking wint deze oliën of vetten voor tal van doel einden: als voedsel, als geneesmid del, als brandstof, als toiletartikel voor huid of haar. In mijn bronnen wordt de winning vrij primitief genoemd: persen of koken, waarbij een groot gedeelte in de verwerkte bladeren of vruchten achterblijft. Doch de verwerking der koesambi- noten moge primitief zijn, zij is zeer geraffineerd. Reeds ds. Valentijn ver meldt in zijn dikke boek de vruchten van de "Coessambi-boom", waaruit men olie perste, "die meest tot zal ving, nevens andere welriekende oliën gebruikt en voor een der beste ge rekend wordt". Hij geeft ook een af beelding van de boom (XVI). Van deze verfijnde winning der Ma- kassar-olie bezitten wij een breedvoe rige beschrijving (3 blzn.) van de hand van de taalgeleerde dr. B. F. Matthes, de onvermoeide afgevaardigde van het Nederlands Bijbelgenootschap. Ter voorbereiding zijner Bijbelvertalingen (Makassaars en Boeginees), stelde hij woordenlijsten op, ten slotte zelfs een compleet Makassaars woordenboek. Daarbij placht hij het niet te laten bij het stomweg vertalen door één Hol lands woord, doch hij poogde het voorstellingsvermogen zijner lezers te helpen door beschrijvingen of zelfs afbeeldingen, dus zo iets als in de Franse Larousse, met zijn talloze plaat jes. Wij zullen deze beschrijving ver kort overnemen uit de Bijdragen van het Kon. Instituut van 1872. "De zoo beroemde Mangkasar-olie wordt gemaakt uit de pit van de vrucht der Schleicher trijucha BI.", aldus begint dr. Matthes zijn verhaal. Met deze deftige Latijnse naam wordt de koesambi-boom aangeduid. De pit ten worden eerst behoorlijk in de zon gedroogd en daarna al dan niet ge braden, fijn gestampt. Vervolgens doet men ze in een van gespleten bamboe, of van de middennerf van het lontar- blad gevlochten peperhui?, en kookt ze in de wasem. Zijn ze lang genoeg gekookt, dan wordt het sap door mid del van twee stukken hout er uit ge perst. Om uit de aldus verkregen olie de echte Makassar-olie te krijgen, be- krom inoia, MACASSAR OIL. Patronized by their Royal Highnesses PRINCESS DUKE WALES, SUSSEX, And ino*t of the \o(iilUyy MACASSAR Oil. FOR THE HAIR. Een der eerste advertenties voor Makassar-olie in Engeland, 1 Novem ber 1811. dient men zich van een toestel, be staande uit een aarden pot met dek sel, waarin men de olie met verschil lende sterk riekende zaken doet. Die laat men daarmede een hele of halve maand doortrekken. Daarna wordt de pot op een bakje geplaatst, waarin men vuur doet, waarop allerlei geurige bloemen en houtsoorten gelegd wor den, alsmede de testiculi van de civet kat en van het muskusdier (mêmoe). Daarmede wordt de olie berookt, die daarna nog een beroking ondergaat met dupa (wierook) en istanggi (idem). Men ziet het, deze bewerking is zeer langdurig en ingewikkeld. Men zou bijna denken, dat deze bereidingswij ze aan een koninklijk hof is bedacht, want de kleine man mist hiervoor tijd en gelegenheid. Dat deze Makassar-olie inderdaad in Zuidwest-Celebes geproduceerd werd bewijst b.v. de uitlating van de Engel se reiziger Trelawny, die in 1832 bluf te, een twintig jaar geleden op zijn tochten in Makassar het echte olievoortbrengende extract van een vruchtboom te zijn tegen gekomen, die sedertdien "so notorious in Euro pe" is geworden. En omstreeks het midden der vorige eeuw bracht ds. Budding, de veel reizende schoolin- specteur ook een bezoek aan de ba kermat der beroemde Makassar-olie. Doch hoe is de Makassar-olie zo ver buiten haar vaderland zo beroemd ge worden? Deze roem wordt toegeschre ven aan een zekere Alexander Row land, over wie ik tot dusverre slechts weinig ben te weten gekomen. In 1809 publiceerde hij een boekje, getiteld: "Essay on the Human Hair, with Remarks on the Virtue of Ma cassar Oil", dus: een opstel over het menselijke haar met opmerkingen o- ver de kracht der Makassar-olie. Hier vermenigvuldigen zich de vragen. Hoe was deze Rowland aan zijn Makassar- olie gekomen? Had hij haar uit Ma kassar gehaald? Hoe had hij haar goede eigenschappen leren kennen? Waarom hebben wij Nederlanders, die al sedert 1669 in Makassar gevestigd waren, de deugden dezer olie niet eerder leren kennen? Op al deze vra gen kunnen wij voorlopig geen ant woord geven, doch twee jaar later blijkt Rowland de Makassar-olie reeds in de handel te hebben gebracht. Dit blijkt uit een advertentie die hij in 1811 plaatste. De inhoud luidt als volgt. UIT INDIA, MACASSAR OIL, BE SCHERMD DOOR HUNNE KONINK LIJKE HOOGHEDEN DE PRINSES VAN WALES EN DE HERTOG VAN SUSSEX, en de meeste ADEL. MA CASSAR OIL VOOR HET HAAR (voor zien van het wapenteken van de Prins van Wales met de spreuk: Ich Dien). Vooreerst iets over de hoge person- nages, beschermers der Makassar O- lie. De Prinses van Wales, gemalin van de enigszins beruchte Prins van Wales, later koning George IV (1820- 30) was een Brunswijkse en heette Carolina. Haar spoedig mislukte hu welijk met de vorstelijke losbol was net gesloten. Veel netter was zijn broeder Augustus Frederick, hertog van Sussex, de fatsoenlijkste der zo nen van de krankzinnige George III (1760-1820), voor wie de Prins van Wales als Regent het bewind voerde. In elk geval was het een uitstekende aanbeveling." De wijdlopige advertentie vervolgt dan: "De deugden dezer Olie, getrok ken uit een boom op het eiland Ma kassar in Oost-lndië is boven alle lof verheven, dénk zij de bevordering der haargroei, zelfs op kale plekken, tot een prachtige lengte en dikte. Zij voorkomt uitvallen of verkleuren, ter wijl zij de krul verstevigt, er een on waardeerbare glans en geur aan geeft, het haar onbeschrijfelijk aantrekkelijk maakt, en de groei van bakkebaarden, wenkbrauwen enz. bevordert. Bij slot van rekening is zij het eerste product ter wereld om het haar van dames, heren en kinderen te herstellen. Zulk een beroemdheid heeft zij verworven, dat zij dagelijks vereerd wordt met de begunstiging van het Koninklijk Huis, 6

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1976 | | pagina 6