cHit een 0ud iSckoo leakier Mijn tante Cornelia Raket is te Semarang geboren op 3 april 1868, waar haar vader op dat moment president was van de wees- en boedelkamer. Zij had als klein meisje enkele zeer gelukkige jaren, waar zij later nog steeds aan bleef denken, maar ook viel er een schaduw over haar jeugd. Haar vader werd plots zo ernstig ziek, dat men hem om genezing te bekomen naar een beroemd spe cialist in Rotterdam verwees. Het hele gezin Raket ging daarom aan boord van de "Patria" in het jaar 1879. Cornelia was toen nog geen 11 jaar oud. De lange reis geschiedde rond Kaap de Goede Hoop; bij Sint Helena kre gen ze te kampen met windstilte, en daardoor arriveerden ze zo laat in Nederland, dat de beroemde dokter daar juist zelf was overleden! Vader werd nu ook snel zieker en overleed op 10 juli 1879. Moeder bleef nu al leen over met de 6 kinderen, die in leeftijd varieerden van 6 tot 14 jaar. Zij gingen, samen met de baboe Sa rina, die uit Indonesië was meegeko- men, in Delft wonen. Maar de vele zorgen en al het werk, alsmede de klimaats verandering hadden Moeder's gezondheid sterk aangetast. Zij werd ook zwaar ziek en stierf 7 maanden na haar echtgenoot aan pleuris. Zo werden Cornelia en haar broers en zusjes wezen. De kinderen werden nu ondergebracht bij verre familiele den. De meisjes kwamen bij de fami lie Fabritius te Wageningen en de jongens bij de familie Spijker in Maarssen. Gelukkig waren alle kinderen erg op passend en goed gemanierd en ze studeerden zeer ijverig, mede door de goede zorgen van hun voogden zijn ze allen goed terecht gekomen. Cor- nalia en haar twee zusters zijn allen onderwijzeressen geworden. Zowel deze drie, als haar broers gingen op den duur terug naar Indië, waar ze carrière maakten. Cornelia had een grote voorliefde voor vreemde talen, waarvoor zij ook hoogbegaafd was. Frans, Duits en Engels kende zij tot in de perfectie. Na haar studie aan de normaalschool was zij geruime tijd in Engeland om zich vooral in de taal te bekwamen. Daar vatte zij een grote bewondering voor dat land op, een liefde die haar hele leven blijft bestaan. Nog een andere liefde koestert zij, haar Engel se dominee wordt haar idool; zij blijft echter smachtend en aanbiddend met haar hopeloze liefde zitten want zij wil de predikant niet door een huwelijk van zijn roeping als man Gods doen afwijken. Ze vereert hem in alle stilte. Tijd om te trouwen heeft Cornelia ook niet, want, eenmaal in Indië, is het onafgebroken hard werken, net als haar zusters, die ook nimmer in het huwelijk zijn getreden. Zij zijn alle drie onafgebroken bezig, werkend in een leven van nimmer eindigende opoffe ring Bijzonder is, dat Cornelia ons dit alles zelf vertelt. Als meisje van 10 jaar begint ze aan boord van de "Patria" te schrijven in een oud schoolcahier. Ze vertelt op gevoelige wijze alles wat ze beleeft en ze blijft dat volhou den tot ze er niet meer toe in staat is, bijna 60 jaar lang. Men kan haar vol gen in de kleine en grote vreugden, in het vele verdriet, dat haar leven kenmerkte. De slagen van het verlies harer ouders, en van de vele naaste verwanten. Wat bleef bestaan waren haar ongelooflijke geestkracht en doorzettingsvermogen. Cornelia Raket Ze krijgt reeds op 20 jarige leeftijd last van haar ogen. Ze bezoekt dok toren en specialisten, en ook charla tansDoch alles is te vergeefs, de kwaal verergert langzaam maar zeker. Het memorandum spreekt van de on gelooflijke moeilijkheden, die ze moet overwinnen om te kunnen lezen en studeren. Tijdens haar studie tekent ze landkaarten met een dergelijke fijnheid en precisie, dat het lijkt alsof ze gedrukt zijn, ze krijgt er een tien voor! Zo zet zij door, slaagt, gaat naar Indië en wordt een buitengewoon be kwame lerares. Ze wordt overge plaatst, werkt op verschillende scho len, op het laatst is ze lerares aan de "stijve" Carpentier Alting Stichting te Batavia. Honderden leerlingen profi teren van haar kennis en inzicht. »wMh- i.fV"»""""*" 'M,,. Het tragische overlijden van haar jon ge neef John Raket, die op 27 jarige leeftijd in een fabriek in Hengelo ge wond wordt en daarna anderhalf jaar in het ziekenhuis moet lijden, alvorens de dood hem genadig wegneemt, snijdt de liefhebbende tante door de ziel. Ze heeft van alles geprobeerd om de jongen te redden, ze wil de beste professoren inschakelen, maar de mens verliest. Cornelia wankelt en gaat twijfelen aan de rechtvaardigheid in de wereld. Verliest ze daarbij ook haar geloof? Dat weten we niet. Haar geliefde neef wordt in Zutphen begraven, waar Cornelia meerdere malen heengaat om zijn graf met bloe men te sieren. Intussen begint voor haar een andere periode. Zij cijfert zichzelf helemaal weg, bekommert zich nog slechts om het geluk en welzijn van haar broers en zusters en hun kinderen en, ook in hoge mate voor haar leerlingen, voor wie zij een soort tweede moeder wordt. Velen kennen haar nog. In de oorlog is zij in Nederland, zij ondergaat de diepe armoede en de honger en woont op een klein zijka mertje in Den Haag. Ze is totaal al leen. Door het geven van lessen tracht ze nog wat bij te verdienen om in leven te kunnen blijven. Haar ge zichtsvermogen is sterk afgenomen. Haar familie is sterk uitgedund, de weinigen die nog over zijn, zitten onder de Japanners in kampen op Ja va. Ondanks haar nagenoeg blind zijn, blijft ze trouw in haar cahier schrij ven. Met behulp van een lineaaltje tracht ze recht te schrijven, maar het wordt tenslotte een onontwarbaar gekriebelhet memorandum was steeds bijgehouden, maar het komt langzaam tot een eind in een onlees baar gekraswie zal ooit het ge duld hebben om die laatste bladzijden te ontwarren? Wanneer ik, na de bersiap periode naar Nederland wordt geëvacueerd, vind ik tante Cornelia in Den Haag. Ze zit daar, lichamelijk totaal ver zwakt, doch geestelijk nog sterk. Ze toont zich overgelukkig dat er een neef uit Indië is gekomen en haar komt opzoeken, ze neemt hem in ver trouwen en zegt zachtjes: "Met mij is het gedaan Arme lieve tante, zij regelt haar na latenschap, een aantal oude aandelen, die al tientallen jaren van geen enkele waarde meer zijn. Gelukkig beseft zij dat niet meer, ze denkt nog een ka- (lees verder volgende pagina onderaan) 10

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1976 | | pagina 10