Djambi werd Jan Baay Veel wrijving tussen Hollanders en werd Orang Zeep genoemd Indo*s ontstaat eigenlijk door een volslagen gebrek aan begrip van Indische of Indonesische zeden, ge bruiken en taal. Oorzaak is altijd een grote mate van doodgewone bot heid, gepaard aan overdreven zelf ingenomenheid, een soort betweterig domineetje willen spelen over an deren. Dit verschijnsel is overi gens net zo oud als Indië! Reeds Coen kon af en toe furieus uitva ren tegen deze grove bedillerig heid en klaagde in brieven aan de Heren XVII over deze "lyeden van opgheblasen ende onvreedtsamen quaden gemoet", die hij een andere keer zelfs noemt "plompe, onbesne dene ydioten'M Door volmaakt gebrek aan begrip van oosterse toestanden en talen ontstonden immers vaak nodeloze twisten, aardrijkskundige vergis singen en een lachwekkend levens patroon, schadelijk voor een norma le gang van zaken. Om enkele voorbeelden te noemen: Djambi werd genoemd Jan Baay, Djoe- ana Johanna, Sidokari Soetekerry, Bawean De Baviaan, Poelo Penida Bandieteneiland, Wetar werd Etter, Depok De Bock; in India: Tutecoriin Zoete Krijn, Tirupapaliyur Tiere- populier, de papbjan (of tolhuis) van de regent van Jacatra heette Paep Jan, enz. In persoonsnamen en titulatuur: "Jang dipertoean" (Hij die als Heer over ons gesteld is) werd Jan de Petoewan, Kiai Mas Dipaningrat werd Kee Maes de Penninghraet, de Groot-Mogol van India Aurangzeb Geisha"s heetten Keesjes en de Boeginezen Bokkinezen; het vooraanstaande ge slacht van Ternate Tomagola werd Tamme Mogollen genoemd; Soendane- zen Sondaars. In namen van voorwerpen, vruchten en zo: Djangkrik heette Jan Kriek, Kakap kaalkop, Matjan Maat Jan, pakean pakje an, de op Ternate groeiende bira castilla (soort tarwe - bira= rijst, castilla Spaans) heette biercasteelen. Dan hebben we woorden als oor lam, dat afkomstig is van orang lama, want oudgasten waren gewel dige jeneverdiinkers (tegen malaria en andere ziekten), en snoeshaan van Soesoehoenan, enz. x Hier lachen we natuurlijk allle- maal om, maar het is duidelijk (en het was vroeger ook duidelijk) dat grapjes alleen en geen ernst, inzicht en begrip erbij in vele za ken aanleiding moet geven tot mis verstanden en zelfs haat en nijd. Nog steeds heeft de gemiddelde Hol lander de Indo "wel in zijn zak": die kent hij wel. En laat ons wel wezen: menige Indo vindt het wel I lekker zo in die zak. Al blijft dat jammer, want voor de man met wat minder plebejische natuur is er in de wereld der In do's en Indonesiërs veel te be wonderen. Een Hollander van fij nere natuur (en die waren en zijn er toch heus wel genoeg), dicht te in het begin van de 17de eeuw dit versje op de Indische schonen,

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

American Tong Tong | 1964 | | pagina 2