Cb 101 33 E. W. MULLEK KOBOLD 1 e JAARGANG, JULI 1956 No. 1 UITGAVE VAN DE STICHTING „ONZE BRUG" - ONDER REDACTIE VAN MEVR. A. G. de GRAVE „c.Bezinningf 9 Oproep Synode Ned. Herv. Kerk aan het Nederlandse volk inzake Nieuw-Guinea U; (KEEK mnnsaai. Op vrijdag 22 juni kon men in Nederland geen krant opslaan of aan bovengenoemde oproep was de nodige aandacht en plaatsruimte be steed. En terecht. Als iets een tere zaak geacht kan worden, zowel bij de Nederlandse regering als bij het Nederlandse volk, (de Synode richt haar oproep niet alleen tot de leden der Hervormde Kerk), dan is het zeker wel Nieuw Guinea. Wij kunnen ons niet indenken dat de Synode zich niet gerealiseerd zal hebben, dat deze oproep'' de nodi- en reacties zou opwekken. En stellig enige beroering te weeg zou brengen niet alleen in Nederland! Deze zal ongetwijfeld eveneens zijn weg vinden in de Indonesische pers en in Indonesië hevig opzien baren. Dat daar de nodige politieke munt (ten nadele van Nederland!) uit zal worden geslagen is zonder meer duidelijk. De slotopmerking van het com mentaar dat het Algemeen Dag blad op deze synodale oproep dan ook geleverd heeft, luidende: ,,Zij bemoeilijkt slechts de poli tiek onzer regering en schaadt ons aanzien in het buitenland over een zo belangrijke kwestie als Nieuw Guinea is, dat zélf te zijner tijd zal behoren te beslissen wat haar toe komst zal zijn" kunnen wij daarom ten volle onderschrijven. Ondanks dat deze oproep, die in dit licht bezien, een beslist on-Ne- derlandse, on-vaderlandse [strekking heeft, kan zij blijkbaar toch gemak kelijk onder allerlei bijzonder edel- klinkende motieven aan ,,de gelo vige man" gebracht worden. (On willekeurig denken we daarbij aan de waarschuwingen in de Bijbel te gen de valse profeten). Eén der motieven is volgens de Synode: de verandering in de we reld in de laatste halve eeuw, niet alleen door de snelle ontwikkeling van techniek, verkeer en maatschap pelijke organisatie, maar niet min der door die wereldhistorische be weging, die wij ,.het ontwaken der volkeren in Azië en Afrika" noe men. He^ standpunt van de A. A.-Con ferentie (1954) te Bandoeng en van de Alg. Verg. der V. N. ten aan zien van Nieuw Guinea zijn haars inziens een duidelijk bewijs dat de opvatting van Indonesië door een groot deel van de wereld wordt ge deeld. Dat zij op grond van deze (A.A.meerderheid dus juist is en Nederland ten aanzien van haar (plichts- en rechts-) opvatting fou tief zou zijn is een conclusie die wij hier gemakkelijk uit trekken kunnen. Immers, volgens de Synode zijn de gronden waarop Nederland haar mening baseert niet steekhoudend en het is haars inziens zelfs aan zeer gerechte twijfel onderhevig of de ware belangen van de bevolking (bedoeld wordt natuurlijk alleen de autochtone bevolking) hiermede ge diend zijn en vooral het opwerpen van een Nederlandse taai-barrière tussen Nieuw Guinea en zijn natuur lijke (Westelijke) buurstaat Indo nesië zou een kunstmatig isolement doen ontstaan en een afsnoering van Indonesië bewerken. De Synode acht de vraag of de mening dat ons bestuur ten goede zal komen aan het bestaan van de bewoners van Nieuw Guinea wer kelijk gerechtvaardigd is. ,,Het jong ste verleden zou ons wat beschei den moeten maken", luidt haar merkwaardig advies. Er is h.i. reden ons af te vragen ,,of Nieuw Guinea voor ons Ne derland) geen ,,win"-gewest is waar onze zelfzucht niet gericht is op ma terieel gewin maar op het najagen van hoge idealen, op het behouden van een rest van de glorie van het vroegere imperium en op een deel hebben ,,aan de politieke machtsvor ming in verre streken". Dan gaat de Synode verder: ,.Het is niet de taak van de Kerk een oplossing (voor deze kwestie) aan te wijzen. Maar in het licht van het tot dusver gezegde mag en moet de kerk wel uitspreken, dat een op lossing niet kan bestaan in een voortzetting van de bestaande aan vechtbare en onzekere situatie. Ne derland zal bereid moeten zijn zijn aanspraken om alleen op eigen ge zag Nieuw Guinea te besturen te laten vallen en toe te stemmen in een regeling van dit bestuur in een zodanige overeenstemming met de volkerengemeenschap, dat zowel de bes e behartiging van de bcvolkings- bclangen als de grootst mogelijke staatkundige stabiliteit redelijkerwijs gewaarborgd is", aldus de oproep. ..Wij doen een beroep op de leden van de Hervormde Kerk. maar ook op het gehele Nederlandse volk, om zich los te maken van geliefkoosde denkbeelden en van vaste, ver trouwde, maar gevaarlijke sche ma's". Als wij dit alles zo eens rustig op ons laten inwerken, dringen zich bij alle argumenten wie wij tegen deze gedachten zouden kunnen te berde brengen, drie vragen in ons op: 1Als het najagen van hoge idea len door de Synode in dit verband gebrandmerkt wordt als zelfzucht, zij het van niet-materiële aard, dan wordt hiermede o.i. tevens de basis weggeslagen van haar eigen zen- dingsiaak in dit land en in Indonesië niet alleen, maar in alle verre stre ken waar zij het Protestants Chris tendom ingang wil doen vinden. 2. Als het ..deel hebben aan de politieke machtsvorming in verre streken van de wereld" een dermate kwalijke zaaK is dat de Herv. Kerk het gehele Nederlandse volk hier over tot bezinning opwekt, en zij in feite bepleit om Nieuw Guinea maar aan Indonesië over te dragen, dan vragen wij ons af of zij ditzelfde breven naar politieke machtvorming dan wèl goedkeurt in Indonesië?! Want wie onzer onderscheidt niet glashelder de ware motieven die In donesië en alle A.A.-machten achter Indonesië onvermoeid doen hameren op overdracht dezer natuurlijke be scherming van het Westerse land Australië en het in te lijven bij het Oosterse blok. Is déze politieke machtsvorming, zo uiterst gevaarlijk voor ons eigen Westers-Christelijk-Democratisch nationaal en internationaal bestaan, naar de mening van de Hervormde Synode dan wèl getolereerd?! 3. Ten slotte vragen wij ons af: Heeft de Synode zich de moeite ge troost hieromtrent de gevoelens van de autochtone bevolking in Nieuw Guinea te onderzoeken? Met welk religieus gezag bekleed maakt zij deze tot object van haar politieke opvatting ten deze? Wij betreuren het ten diepste dat een dermate hoog college als de Ge nerale Synode der Hervormde Kerk in Nederland zich op dit politiek zo tere vlak heeft begeven. Geeft zij hierdoor zelf niet aanleiding de sleu tel van deze merkwaardige oproep tot bezinning die zich nergens ba seert op de Bijbel zelve, te zoeken in de door haar gebezigde woorden: ,,Het kan onze Kerk, die door sterke banden gebonden is met de Kerk van Indonesië en Nw. Guinea niet onverschillig laten dat er tus sen Nederland en Indonesië omtrent deze aangelegenheid een diepgaand geschil bestaat." De Synode der Nederl. Hervorm de Kerk meent de plicht te hebben zich over deze zaken uit te spreken. Men is geneigd zich af te vragen of wellicht de goede omvangst van de president van Indonesië door de Paus te Rome dit plichtsgevoel niet een weinig geprikkeld heeft. In ieder geval heeft de Generale Synode met deze oproep in Indone sië ongetwijfeld nieuwe goodwill voor haar Kerk aldaar gekweekt. Bepaald niét voor Nederland. Van zelfzucht en hoge idealen gesproken! A. d. GRAVE. Uit Hollandia ontvingen wij op 27 juni het volgende telegram: protesteren met gemeenschap sterk tegen a-nationale uitspraak synode punt vernemen exponenten papoea's in beroering en eveneens niet accoord punt. hoofdbestuur nieuw guinea verbond OPROEP GENERALE SYNODE, Opschudding onder autochtonen. In aansluiting op het bovenstaand telegram, ontvingen wij ondervolgend bericht, ontleend aan het periodiek van het Kantoor van Voorlichting en Radio-omroep" te Hollandia ,,En hier is het nieuws" van 29 juni j.l.: Na publikatie op maandag jl. ran de oproep van de Generale Synode van de i\ederlands Hervormde Kerk werd er Dinsdagavond inderhaast een vergadering belegd voor vooraan staande autoditonen in Hollandia. waaromtrent wij vernemendat de oproep onder hen grote opschudding heeft veroorzaakt, zich uitend zowel in heftige verontwaardiging als diepe verslagenheid. Unaniem is men diep geschokt door het feildat de Nederlands Hervorm de Kerk over het lot harer adepten buiten hen om beschikt. In deze ern stige situatie wil men een goed over wogen besluit nemen. Men is thans bezig met vergaderingen om te komen tot het vaststellen van een vaste ge dragslijn. SIGNAL HILL - HOLLANDIA NIEUW GUINEA voor wie genegen is te verklaren, dat bovengenoemde met hem werkzaam is geweest bij het gevangeniswezen - Afdeling Cheribon - in de jaren Apri| 1939 tot en met Maart 1942 en daarna. Dit i.v.m. benodigde verklaringen t.b.v. Rehabilitatie - uitkering Indische Oor- logsslachtoffers. (Advertentie)

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Onze Brug | 1956 | | pagina 1