Soeharnos Conceptie3
UITGAVE VAN DE ST IC H TIN O N Z E BRUG'
- ONDER REDACTIE VAN MEVR. A. G. de GRAVE
Soekarno's conceptie is op een formidabele mislukking uitgelopen. Voor het
land is dit een zegen. Want Soekarno's politiek fiasco redde Indonesië van
een communistische overheersing.
/r\ E geweldige ophef, de tam-tam, de geheim-
zinnigheid over deze trouvaille op het gebied
van „geleide democratie', konden niet verhinde
ren dat de oernceptie viel als een baksteen. De in
timidatie door de bedrijvers der „straatpolitiek",
toegepast op de voorzitters der religieuze partijen,
de verfpotter,-ocrlog konden de conceptie er toch
niet doorhalen. De voorzitters gingen niet door de
knieën, doch het grote eilandenrijk, de eenheids
staat Indonesië viel uitéén: Sumatra, Celebes,
Eorneo, werden autonome gebieden en de laatste
berichten meldden dat ook de Pasoendan
(Preanger) nu haar autonome rechten opeist.
De regering Sastroamidjojo heeft hedenmorgen
H maart haar mandaat aan president Soekarno
teruggegeven en Soekarno heeft kort daarop de
staat van oorlog en beleg voor geheel Indonesië
afgekondigd.
Zo staan de zaken. In plaats van eenheid, heeft
Soekarno's conceptie de verbrokkeling in de hand
gewerkt. Inplaats van binding, heeft het ontwrich
ting gebracht. Moeten wij dit aan Soekarno wijten?
Ten dele. Soekarno heeft zijn invloed overschat,
zijn volk onderschat en de communistische inten
ties te min geschat.
Nimmer tevoren trad zo helder aan het licht, hoe
lichtvaardig Bung Karno over de religieuze inslag
van het volk denkt. Anders zou hij nimmer een
in wézcn Islamitisch volk communistische tenden-
zen opdringen in een „conceptie" welke beslis
sende uitspraken zal doen over het parlement. Als
volksmenner weet hij het sentiment van de massa
als een meesterlijk psycholoog te bespelen, doch
hij ziet over het hoofd dat dit volk, politiek-rijp
geworden door zijn reeds 7 jaren onafhankelijke
politieke status, over regeringszaken en econo
mische problemen diep heeft nagedacht. Het staat
niet langer kritiekloos als een gretige puber te
luisteren naar de beeldrijke fascinerende woorden
stroom van zijn president, doch het vraagt zich
af: „Wat hebben ons deze jaren gebracht? En
wat zal een „geleide democratie" met een nationale
of revolutionaire raad, waarin Bung Karno met
een partijtje communisten zitting zullen hebben om
adviezen uit te brengen aan onze volksvertegen
woordiging ook als die er niet om zou vragen
ons te bieden hebben? Wat is een volksver
tegenwoordiging nog waard met een overkappend
lichaam als Soekarno's conceptie, waar de com
munisten wel de boventoon zullen voeren?"
ISSCHIEN zou Soekarno's conceptie er nog
doorgekomen zijn, indien Hatta aan de sa
menstelling had deelgenomen. Doch Hatta, de be-
zonkene, de stroeve denker, heeft met koele nauw
keurigheid de voor deze conceptie onweerlegbaar-
logische analyse gegeven, die de doodsteek bete
kende voor Soekarno's onherkenbare (gevaar
lijke) plannen.
Sober, scherp door de strakke formulering con
stateerde de voormalige vice-president:
„Naar mijn mening heeft Soekarno beslissende de
tails verwaarloosd daarom schuilt de zwakheid
van het plan in zijn eenvoudigheid."
En hij vervolgde:
„Het denkbeeld van de president kan alleen in
praktijk worden gebracht, als alle in het parle
ment vertegenwoordigde partijen hetzelfde doel
zouden nastreven.
Er bestaat echter een princi pieel verschil
tussen de doelstellingen van de religieuze en na
tionalistische partijen die een rechtvaardige en wel
varende Indonesische staat nastreven en het uit
eindelijke doel van de communistische partij, die
in wezen een onderdeel vormt van een interna'
tionale beweging die een wereldrevolutie beoogt.
„Soekarno zal altijd roepen tot eenheid", zo ein
digde hij bitter, „maar zijn droomwereld botst met
de werkelijkheid. Wat in het verleden is geschied
gebeurt ook thans weer."
N hiermede heeft Hatta ongewild en on
bewust een gave karakteristieke penteke
ning gegeven van de scherpe contrastering tussen
Soekarno en hemzelf. Soekarno, de revolutionair
in hart en nieren, onberekenbaar, impulsief, ruste
loos zoekend naar nieuwe „concepties", bouwend
op zijn briljante dynamische redenaarstalenten,
volksmenner, jongleur met levenswaarheden en
uitspraken uit de wereldliteratuur, uit de Koran
zowel als uit de Bijbel de internationalist die zich
evengoed thuis voelt bij de Amerikaanse „doc
trine" als bij Chroesjevs gewaagde, rauwe uit
spraken en snijdende humor en Hatta, even
vurig nationalist, maar 'beheerst, man van de rede.
Precies als Nasser weegt Soekarno slechts af,
wat hem het meeste voordeel brengt, want on
danks de grandeur waarmede de president deze
bijna vorstelijke visites brengt, is hij zich pijnlijk
bewust dat hij in geleende vliegtuigen reist.
Soekarno maakte één fatale fout. Hij heeft de tijd
niet verstaan. De tijd die ook voor Indonesië
en voor het Indonesische volk niet stil heeft ge
staan. Hoe pijnlijk en diep getroffen moest hij
de vereerde held van de Indon. jeugd, van de
Pemoeda's zich niet gevoeld hebben toen een
delegatie te Soerabaia hem dringend verzocht
niet over ..politiek" te spreken op hun Jeugd-
congres, omdat zij anders unaniem de zaal zullen
verlaten. De jeugd, de Bamboe-roentjing jeugd
van weleer heeft hem, hun eigen Boeng Karno
bclèt om over zijn „conceptie" ook maar 1
woord te zeggen. Zijn rede die op een uur was
bepaald, nam slechts een kwartier in beslag.
Q EDER die Soekarno kent. zal begrijpen dat
'dit échec hem meer heeft gedaan dan de chaos
in de gehele archipel, die hij niet heeft kunnen
verhinderen. Dat het er reeds lang broeide, dat
men genoeg kreeg van corruptie en „centralisme"
is voor insiders geen geheim. De wijze echter
waarop zich deze revolte tot dusver als een
bloedeloze politieke ontwrichting voltrekt, mag de
ernst en de diepte van het conflict niet ver
doezelen.
De sterke aandrang om Hatta opnieuw tot een
nauwere samenwerking met Soekarno te brengen,
getuigt van een gegrond vertrouwen in de poli
tieke integreteit van deze ernstige figuur van
weinig woorden. Hatta de realist, de ruim-denken-
de econoom die het zwaartepunt van zijn politiek
streven heeft gelegd op de economische vrijmaking
van Indonesië, beseft dat Indonesië de tweede
fase van de politieke strijd is binnengetreden.
Ook Hatta heeft zijn droom over een machtig In
donesië als eenheidsstaat, doch zijn „conceptie" is
op de harde werkelijkheid gebouwd. Beiden zijn
zij de erkende vrijheidsstrijders van Indonesië,
Soekarno de geboren leider van een revolutionaire
politiek Hatta de bezonken leider met verant
woordelijkheidsgevoel die de verworven nationale
vrijheid consolideert, stabiliseert.
Soekarno is de nationale held van de eerste fase
Hatta de realistische econoom met de westers
getrainde geest doch Mohammedaans-religieuze
ziel, de leider die zijn tijd beidt.
14 maart 1957. A. H. Führi-Mierop.