Een Indo in Australië Gesprek bij tramhalte Dit is onze tweede brief van een Indo in den vreemde. Arnold zwerft door heel Australië, soms werkloos, maar meestal in allerlei soorten baan tjes, van fabrieksarbeider af tot mestopschepper in een dierentuin en assistent-hypnotiseur toe. Hij ontplooit daarbij een fantastisch aanpassingsver mogen zonder nochtans zijn oorspronkelijke aard te verliezen. Scherp bepaalt hij steeds weer zijn niveau tegenover de mensen met wie hij werkt. Zijn Hollandse trots (en historisch besef) houdt hij, alsmede zijn vaak met Maleise en Indische woorden doorspekte levensbeschouwing. Al ont wikkelt hij de fut van een werkman, hij houdt de ietwat verfijnde geest van de Sinjo en blijft bij voorbeeld hardnekkig lezen en studeren. Corres pondeert b.v. met de beroemde Amerikaanse schrijver Henry Miller. Als wij denken aan ons verwende verzekeringsvolle veiligheidsleventje in Holland en we zien zo'n jongen dood in z'n eentje een wild werelddeel doorkruisen, dan gaat het petje af, ja? Kaiser-Walsh-Perini Junction Shaft camp Snowy Mountains. Austr. A GAYMANS Beste Ma, Voorlopig zit ik hier dan weer in een camp 60 miles from nowhere, midden in the mountains en op het eind van een vreselijke bush-road. Gisteren kwamen Fred, Monty (een andere Dutchman) en ik per trein in Cooma (270 mijl van Sydney) aan. Bij de employment office van Kaiser-Walsh ston den drommen kerels te wachten. Ook hier is er meer aanbod dan vraag. Sommige van die gasten stonden daar al 68 weken, dag in dag uit voor noppes. (Arnold vertelt dan hoe hij met veel opschepperij toch een job krijgt en gaat verder:) Nu heb ik een job als sand plant attendant. D.w.z. ik moet samples van sand en rock in verschillen de grootte testen. Dat spul gebruiken ze voor de concrete. Ik moet de percentages vocht, dust, etc. bepalen. Een easy job en betaalt ook goed; 10 shilling per uur. Ik zit hier met allerlei nationali teiten: Jugoslaven, Italianen. Russen, Grieken, enz. Je ziet hier practisch geen één Aussie. Er is hier niets behalve het kamp, de shaft en de quarry. Helemaal beneden, op de bodem van deze vallei of kom, is de shaft (mijnschacht). Met de lift ga je door een grote koker 400 feet recht naar beneden en dan kom je uit in de tunnel die vanaf Tumut Pond door de bergen heen naar Adawina- by Dam geboord is. Deze tunnel is 14 mijl (22 km.) lang. Het is een geweldige tunnel zeg. Er ligt o.a. een dubbele spoorlijn in, waarover de wagons rijden om het materiaal te vervoeren. De St. Gothard is er een peulschilletje bij. 't Kamp waarin ik zit, is wel goed. Ieder heeft zijn eigen kamertje. De barakken zijn verwarmd en iedere barak heeft zijn eigen W.C.'s en showers, Het eten in 't cookhouse is verd.mde goed. Niet alleen voor een kamp, maar ook ver geleken bij een doorsnee hotel of restaurant. Je kan altijd uit vier, vijf spijzen kiezen en 't is overvloedig. Om me heen kijkend zie ik echter altijd plenty kerels, die borden vol eten laten staan. Ik geloof dat t komt omdat die lui gewend zijn aan een bepaald soort eten en niet „ver satile zijn (veelzijdig veel verschillende zaken kunnen appreciëren). Overigens is ons idee dat die lui het van huis uit niet zo goed gewend zijn, foutief. Ik heb overal gemerkt -- en zelfs in Holland is dat zo, denk ik dat arbeiders véél royaler en duurder eten en rakoeser zijn dan b.v. de mid denstand. (Volgt een uitebreide en goed geducumenteerde beschouwing over de gunstiger levensomstandig heden voor de arbeider dan voor de „white collar- worker" in Australië. Maar terwijl Arnold ten volle opgaat in dit werk, speurt zijn geest naar nieuwe terreinen van avontuur en ondernemings lust). In de krant van vandaag las ik een interessant stuk over de nieuwe exploratie van de Common wealth Aluminium Corporation in de Cape York Peninsula, 't Noordelijkste puntje van Australië, dat tot nog toe nog practisch unexplored en woest is en nog niet eens in kaart gebracht (kort geleden is er no'g een Aborigine-tribe gevonden, die nog nooit blanken hadden gezien, nog naakt rondlie pen en kangeroes jaagden met „waddie" en boo- meran). Daar nu zijn grote ertslagen bauxiet ge vonden. 't Is toevallig de plek, waar Australië voor het eerst ontdekt was door Jansz in 1606, die met het jacht Duyfken de kust waarnam en nooit beseft heeft wat een schat hij in de hand had. Het krantenartikel zegt verder: „Now, after 351 years, the Dutch are back again". Want het zijn Hollandse experts, die bezig zijn met de sur vey van de nieuwe ertshaven, die daar aan de Al batros Bay aan de Batavia River aangelegd zal worden, 't Stikt daar in de buurt van Hollandse namen, zoals Cape Keerweer en 't Hoogh Eylandt. In elk geval wil ik maar zeggen dat deze nieuwe exploratie mij danig interesseert. De werkers, die daar het eerste werk doen, zitten natuurlijk in de primitiefste omstandigheden, maar verdienen het meest. Die kerels maken 60 pond per week en zo. (Uiteraard is Arnold, eertijds een vrij verfijnd jongmen sin Den Haag, een heel ander physiek type geworden, gehard, gespierd en ijzersterk. Deze nieuwe status geeft hem veel voldoening en hij kan niet nalaten er steeds weer over te schrijven: Volgens mij laten wij moderne mensen niet genoeg aan het lichaam over. We stellen niet voldoende vertrouwen in ons lichaam en zitten veel te veel te rommelen met truitjes en kachels en pillen en poeders. Nogal logisch dat je op het laatst ner gens meer tegen kan. In het algemeen eten wij 50 pet. te veel en heeft ons lichaam 60 pet. te weinig oefening. Dat betekent: koerang stofwisse ling, bloedsomloop en dus koerang resistance. Ik ben geen „body-building-fanmaar het is een feit dat die B.B.'s over het algemeen veel gezon der zijn. En ook heeft 't definitief een psychologi sche invloed. Wanneer ik geregeld train, voel ik me veel beter en opgewekter en minder introvert zal ik maar zeggen. Nou Mama mia, ik kap er weer eens mee. Doe de groeten aan de een en andere en tot schrijfs en tot ziens Arnold. „Lo Li!" „Hallo, Patjol!" „Jou krantje ik krijh al lang." „Zo, en hoe vind je het?" „Broert!" „Waarom?" „Ah, net als voetbalkrantje, seh!" „Ja, maar we hebben geen geld voor meer en mooier papier." „Papier laat maar, alsmaar lekker om te sien." „Hoe dan!" „Naaa, op de foorkan, je beuk portret van Marilyn Monroe met zwempak!" „Nou, nee. Als je zoiets wilt, neem dan De Lach! Wij zoeken het toch meer de culturele, de se rieuze kant uit." „Apa boleh boewat! Dan je plaats portret van mooie meisje met diploma in haar chan. Ein Milo! Naaaa! Ja of niet! Schooncheit en wetenschaap!" „Ach, maak nou geen gijntjes, Tjol. We hebben al moeilijkheden genoeg. Iedereen wil zijn mening van zijn krant en als het niet zo kan, dan maar niet. Zo schieten we nooit op en krijgen we nooit iets van ons allemaal samen. Jij neemt Onze Brug natuurlijk niet!" „Eééé! Wél tierlijk! Gotong rojong toh. Jaarabon- mèn ik neem. Niet so „H m, dat valt me alweer mee van je, Tjol!" „Ah, wij vallen wel mee, allemaal. Laat maar een beetje gek hier, een beetje dokdokken daar, maar val wel mee ah!' „Ja, we komen er ook wel. Daar ben ik van over tuigd!" „Maar als vluhher, ganti naam-nja eers. Als Onze Bruh, niet hoet." „Zo, wat stel jij dan voor?" „Stamboel!" „Ach, duvel op!" „Dah Li!" ARABISCH SPREEKWOORD: „Onderwijs een man en je onderwijst een enke ling. Onderwijs een vrouw en je onderwijst een familie." KLEIN EN TOCH GROOT Onder de honderden radio-zendstations in de Ver. Staten zouden de neger-zendstations met al de bekende ras-vooroordelen weinig kans kunnen ma ken, als niet de qualiteit van buitengewoon ge halte zou zijn Dat bewijst het radio-station WDIA van Memphis, dat enige jaren geleden begon als een vrij onbekend „blank" radio-zendstations, maar na de inschakeling van neger-artisten (steeds meer) uitgroeide tot een van de grootste, invloed rijkste en rijkste zendstations van het Zuiden der V.S. Luisterden in den beginne niet meer dan een dikke millioen luisteraars naar WDIA, thans bestrijkt het duisterbereik een „volk" van niet minder dan 17,3 millioen. Merkwaardig is dat de directie en leiding nog steeds in handen zijn van blanken, maar hun instelling tegenover de neger kunst is eerlijk en ruim. WDIA is niet alleen be kend om zijn artisten als Theo Wade (Tan Town Coffee Club, Wheelin on Beale), maar ook om zijn liefdadigheidsprogramma's. Als de gekleurde man, maar iets eerlijks van zich zelf brengen kan en van goede kwaliteit,- dan is er altijd een groot gehoor en een grote markt voor! CHINEES VERHAAL. Er was eens een arm gezin, bestaande uit man en vrouw, grootvader en zoon. Nu was de groot vader al zo oud, dat hij niet meer werken kon. Ook was hij zo zwak en beverig dat hij veel van zijn kostbare eten morste. Op een dag zei de va der tegen de zoon: „We zullen grootvader maar wegbrengen. Hij is hier toch alleen maar tot last. Maak van hout en vlechtwerk een draagbaar." Aldus geschiedde en men tilde de half verlamde grootvader op de baar en vader en zoon droegen hem het bos in, waar hij achtergelaten zou wor den en de hongerdood sterven of door wilde die ren verslonden zou worden. De oude man werd diep in het bos onder een boom neergezet en va der en zoon aanvaardden weer de terugtocht. Daar zag de vader dat de zoon de draagbaar weer meenam. „Waarom doe je dat?" vroeg hij, De zoon antwoordde: „Om hem te bewaren voor wanneer u ook zo oud geworden bent dat u niet meer kunt werken en morst bij het eten.Bedacht zaam tilde de vader zijn vader weer op de baar en welgemoed gingen de drie huiswaarts. (Strekking: heden, vergeet het verleden niet op dat de toekomst u ook niet vergeten zal.)

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Onze Brug | 1957 | | pagina 4