"HET MEISJE UIT INDIE"
is er weerTweede druk
De beste verhalen, schetsen, herinneringen uit de eerste 10 jaargangen
van Tong-Tong, uitsluitend door vrouwen geschreven, werden destijds
door uitgeverij Moesson gebundeld en uitgegeven.
De eerste oplaag was binnen een mum van tijd uitverkocht. Op herhaald
en veelvuldig verzoek is "Het meisje uit Indië" nu herdrukt en we
verwachten het eind Juli van de drukker.
Een juweeltje uit de Moesson-serie, een boekje voor iedereen!
9,50, porto 1,70
knipt en aan een Javaanse aannemer
voorlegde. Deze bekeek de foto lange
tijd, zei toen: "Inggih!" en ontwierp
een Italiaanse fin-de-siècle villa met Ja
vaanse ornamenten; Herr Finckelmayer
gaf er, misschien niet zeer oorspron
kelijk, de in elk geval goed klinkende
naam SANS SOUCI aan. Vanaf het
bordes keek de trotse bezitter op de
stad neer die hem groot gemaakt had;
ver achter de stad hing de rookpluim
van de Goenoeng Lawoe en daar weer
achter, haar gouden stralen voor zich
uitwerpend, rees de zon, terwijl Herr
Finckelmayer, een maatschappelijke
reus temidden van Java's oer-reuzen,
zijn eerste kopje gloeiend hete koffie
dronk, hem door Wongso, zijn trouwe
huisjongen, op een blaadje geserveerd
zoals het hoorde. Wongso had hem
van het eerste begin af aan gediend en
deelde nu in de glorie van zijn heer.
Ja, Heinrich Finckelmayer was onge
twijfeld een persoon van gewicht ge
worden, een der zuilen waarop de So-
lose samenleving steunde. Hij smaakte
de voldoening zich tot voorzitter van
enige plaatselijke verenigingen te ho
ren benoemen en tot penningmeester
van de Sociëteit, een eer die mee
bracht dat hij bij de Sinterklaasviering
geacht werd prijzen voor de tombola
ter beschikking te zullen stellen en
dat hij, uiteraard na de eerste ambte
lijke autoriteiten en de garnizoens
commandant, zijn naam hoog op de
intekenlijsten voor liefdadige doelein
den moest plaatsen. Dit alles in aan
merking genomen, gevoegd bij het feit
dat hij, hoezeer ook nog aan zijn ou
de vaderland verknocht, uit utiliteits
overwegingen de Nederlandse natio
naliteit had aangevraagd en verkregen,
was het wel even een teleurstelling
voor hem dat de ene Koninginnever-
jaardag na de andere voorbijging zon
der dat zijn onweerlegbare verdien
sten aan de gemeenschap met een
Koninklijke onderscheiding werden ge
honoreerd.
Nou ja, enfin. Wat is tenslotte ook zo'n
lintje in je knoopsgat? Word je er be
ter van? IJdelheid der ijdelheden. Het
gaat in deze wereld uiteindelijk om
macht en invloed. Om geld dus. En
het geld bleef hem toestromen.
Toen ik Herr Finckelmayer - in de
vroege dertiger jaren - leerde kennen,
was hij niet langer het bedrijvige man
netje van eens; hij had zich de rustige
waardigheid van een gezeten burger
aangemeten. Hij liep toen ook al tegen
de zestig; zijn zwarte haar grijsde bij
de slapen. Terwijl wij samen een apé-
ritief dronken op zijn bordes met het
weergaloze uitzicht, vertelde hij me dat
zijn vrouw er steeds weer bij hem op
aandrong het wat kalmer aan te doen;
dat kon hij zich ook veroorloven, want
zijn zaken rustten in vertrouwde han
den. Maar het druiste wel wat tegen
zijn nauur in: van huis uit was hij een
nogal actief man.
Hij had mij uit mijn hotel laten afhalen
door zijn indrukwekkende Amerikaanse
wagen: geüniformeerde chauffeur plus
"k'rnet". Ik was getoucheerd door zijn
tegemoetkomendheid jegens een Ne
derlandse romancier van wie hij, zoals
tijdens ons gesprek bleek, nooit iets
gelezen had. Ik complimenteerde hem
met zijn vorstelijk landhuis; waarop hij
er prijs op stelde, mij ook de achter
tuin te laten zien, mij zijn beide rij
paarden te tonen, prachtig glanzende
dieren met schichtige, overgevoelige
ogen. Binnen een omheining graasden
kleine Javaanse reeën, rondom een
hoge til fladderden en koerden duiven;
hij wees mij op de verschillende ras
sen: pauwstaarten, raadsheren, Hol
landse krappers. In kunstig gevlochten
bamboekooien hield hij ook de in
heemse duiven: tekoekoers en perkoe-
toets - die vormden echter meer de
liefhebberij van zijn Javaans perso
neel.
Zijn vrouw bleek een speciale liefde
voor orchideeën te koesteren; toen ik
die bewonderde, kwam zij er zelf even
bij, maar zij moest gauw weer weg om
toezicht te houden op de Europese
maaltijd die ik zou krijgen opgedist.
Haar man onthulde mij daarna hoe en
waar hij zijn Emilie had gevonden.
Dat was dan zo gegaan: in zijn eerste
Indische jaren had hij het te druk ge
had om aan trouwen te denken. Pas
toen hij dit buitenhuis had betrokken,
was hij er zich van bewust geworden
dat hem een vrouw ontbrak die de lei
ding over zijn huishouden zou nemen,
zijn gasten zou ontvangen en hem op
representatieve wijze zo begeleiden op
recepties en festiviteiten. In Solo was
zo'n vrouw niet te vinden; hij had dus
een advertentie in een Duits dames
blad gezet: gutsituierter Herr im bes
ten Mannesalter, wohnhaft in Nieder-
landisch-lndiën,,, nou ja, enzovoorts.
Hij moest er achteraf zelf om lachen.
Hij wist niet of ik in dat opzicht toe
vallig ook mijn ervaringen had, maar hij
was van verbazing acherover gevallen
over de stroom brieven die hij op zijn
opzettelijk sober gehouden annonce
ontving. Er was zelfs een barones bij
geweest! Toen hij al die brieven ech
ter stuk voor stuk eens nader doorlas,
bleek overal een addertje in het gras
te schuilen. Foto's leken hem gere
toucheerd, geflatteerd te zijn, opdat ze
met de opgegeven leeftijd zouden
kloppen! Hij had het spelletje door:
was zo'n trouwlustige dame hier een
maal goed en wel gearriveerd, dan kon
hij haar moeilijk als onbestelbaar te
rugsturen. Daar rekenden ze op! De
Baronin bleek een - na een diep tra
gisch huwelijk - gescheiden dochter te
hebben, die graag wilde meekomen om
in het verre Indiën haar doorgestane
ellende te vergeten. Mama zelf gaf
voor, even in de 40 te zijn! Hoe jong
was ze dan al wel getrouwd? Het viel
moeilijk uit te maken of de ingesloten
foto - een knappe vrouw, toegegeven -
van haar of van haar dochter was!
Hoe dan ook, bij al die brieven was er
niet een geweest die zijn hart sneller
had doen kloppen. Selbst ist der Mann,
had hij tenslotte gedacht en hij had
kort en goed besloten er dan maar een
reisje naar zijn oude vaderland voor
uit te trekken om ter plaatse zijn keuze
te doen.
Hij bracht zijn in Mannheim wonende
enige zuster Gertrud van zijn moeilijk
heden op de hoogte, en kort voordat
hij op de "Bromo" stapte, kreeg hij
een brief van haar: dat zij de ideale
vrouw voor hem had! "Uit goeden hui
ze, ontwikkeld, musikalisch - ze geeft
pianolessen - en acht jaar jonger dan
jij". En ook nog een prettig uiterlijk,
lang niet onknap eigenlijk, volschlank.
Hij moest dat allemaal eerst nog zelf
zien, maar hij was toch niet zonder e-
nige nieuwsgierigheid aan boord ge
gaan, want Gertrud had een gezond
oordeel en kende zijn smaak wel zo'n
beetje. Hoe dan ook, het was een vol
ledig succes geworden. De eerste in
druk was al zeer bevredigend ge
weest en daarna nog een verstandig
gesprek a deux had de zaak eigenlijk
al beklonken. Hij had geen lange in
leiding gehouden: "Liebes Fraulein E-
milie, ik ben 38, geen dag jonger, maar
ook geen dag ouder, ik heb een goed
gevestigde positie in Soerakarta, das
ist die berühmte Sultansstadt auf Java.
U hebt, net als ik, de jaren des onver
stands ook achter u en zult wel weten
waar uw voordeel ligt. Al ken ik u nog
maar kort, ik durf het u toch wel te
vragen: Is u bereid om voorlopig als
Hausdame bij mij in dienst te komen?
Over een eventueel huwelijk kan later
nog gesproken worden."
Ze was helemaal van streek over dit on
verwachte in haar leven. "Ach, Indiën!
Davon habe ich schon immer ge-
traumt, maar dat ik er nu werkelijk
Was wird Papa bloss sagen!"
Ja, met Papa bleek het niet zo eenvou
dig, maar daar hoorde ik pas over toen
(lees verder volgende pagina)
11