VERVLOGEN DROOM,
VERVLOGEN HUIS
smm*m
De eerste vernielingsploeg was zijn werk
begonnen
De huizen zouden verdwijnen
Als een élégant visitekaartje bij de entree van het Statenkwartier stonden ze:
twee kapitale herenhuizen. Statig en aristocratisch zoals dat in het Statenkwar
tier betaamt. Omzoomd door een schitterende tuin met een rijke border van
bloemen en heesters. Brem, seringen, kornoelje, jasmijn, meidoorn, met kennis
van zaken geplant en verzorgd zodat er door alle seizoenen heen iets te genie
ten viel aan kleur en geur als je de hoek Prins Mauritslaan-Eisenhouwerlaan
om liep.
Natuurlijk hadden we zo onze droomfantasieën. "Als ik de honderd duizend
trek", werd met de devaluatie "als ik een millioen had," maar de droom bleef
wel hetzelfde. Van het ene huis een Indisch huis-museum maken, met een In
dische bibliotheek en leeszaal. Het andere, kantoor, archief, boekhandel, recrea
tie- en filmruimte. Een pand zelf bezitten, te mogen doen en laten wat je wilt.
Niets te maken hebben met huurverhoging, prijsopdrijvingenDe huizen
stonden er maar en de bomen en heesters bloeiden en groeiden.
Ineens, de laatste jaren, als ik langs wandelde overviel me onbewust een triest
gevoel. Leek het maar zo, of werd de tuin niet meer verzorgd? Werden de hui
zen nog wel bewoond of waren er alleen mensen van het kantoor op de par-
tèrre? De gordijnen werden vaal, een dakraampje stond open
Toen, na schooltijd stonden er ineens een paar jongetjes van 10, 12 jaar met hun
fietsen aan het trottoir te praten. Even later gooide één van hen de eerste bak
steen door de ruiten van de eerste étage. En toen was er geen houden meer
aan; de eerste vernielingsploeg was zijn werk begonnen. Na twee dagen was
er geen ruit meer heel. En toen was het duidelijk: de huizen zouden verdwijnen,
gesloopt worden, met de grond gelijk gemaakt.
Hoe snel, efficiënt, terdege werkt ons vernietigingsapparaat." Tractoren en vracht
wagens reden dwars door de tuin, bomen, heesters, struiken werden omge
trokken, ontworteld. Toen kwam de grote ontluistering. Onder de daverende
slopers-kogel barstten de muren opem, genadeloos, uur na uur. Huizen ver dreun
de het bombardement door, daalde het stof neer. De puinhopen die overbleven
waren van gigantische afmetingen.
Toen ik ze daar zo zag staan, mijn statige huizen, moest ik ze onwillekeurig
vergelijken met twee aristocraten op weg naar de guillotine. Gehavend, be
smeurd, kansloos en toch tot de laatste adem van trotse geboorte. Afschuwelijk,
afschuwelijk. Was het nodig, moesten deze prachtige huizen weg, waarom?
Moeten we in deze tijd nog vragen waarom, waarvoor iets gebeurt? De project
ontwikkelaar heeft het antwoord in zijn vingertopjes die razend snel de toetsen
van de calculator beroeren. Een gigantisch winstobject, maar eerst weg die
verliespost die het onderhoud van die oude huizen meebrengt. Wat kosten ze?
Anderhalf millioen de twee? Wat kost de sloop behalve de gratis medewerking
van de destructieve jeugd? De calculator heeft het antwoord allang becijferd,
toen die twee huizen daar nog stonden, de heesters en de bomen nog in volle
glorie bloeiden. Toen al.
Het is allemaal voorbij. Puin is weggevoerd. Meer nog, de fundamenten zijn weg-
gegraven, de gapende wond, meters diep en tientallen meters wijd laat geen
herinnering meer aan huis en boom.
We gaan voort. Aan de handboeien van de project-ontwikkelaars, die onthoud
het goed, het altijd beter weten.
Dromen kosten niets, daar zijn het dromen voor. De werkelijkheid kost, maar
maakt nog meer geld. Ik zal het weten als straks het gloednieuwe apartement of
kantoorcomplex verrezen zal zijn op de hoek.
L.D.
Onder de daverende slopers-kogel barstten de muren open
Tot de laatste adem van trotse geboorte