D'ORIENT
Als ik Moesson bij de post aantref dan
moet men mij het eerste half uur niet
storen, want dan lees ik en herlees ik,
al orndat ik vaak door namen en artike
len teruggevoerd wordt naar "toen
froeher".
In het artikel over d'Orient ontbrak m.i.
de betekenis die aan het woord
d'Orient werd gegeven. Kent U het?
"De Oprechte Ridder In Een Nieuw
Tijdperk".
En dan de naam van Piertje Pelikaan.
Tja, die kon ontzettend goede gedich
ten maken. Heel gewoon, niet literair.
Mijn vriend v. Weel verschool zich ach
ter deze naam. Samen met hem hebben
wij bij de landstorm gediend en in de
Luchtdoel-kazerne in Bandoeng krijgs
gevangen gezeten. Daar hebben wij
ook samen in het cabaret enkele voor
drachten opgevoerd die hij had ge
schreven. Hij droeg ook een "Ode aan
de Rijst" voor (door hem geschreven)'
waarvan het refrein was: r
Ik wil graag met rijst vergrijzen,
Tot mijn dood haar weldaad prijzen.
Rijst is voor ons dagelijks brood
En de redder in de nood.
Van die laatste regel maakten wij: "Als
je 't niet krijgt ga je dood".
En in Moesson van 1 mei waren de
herinneringen legio. Het begon al met
de voorplaat. Niet slechts dat ik de
schouwburg bezocht om een voorstel
ling of uitvoering bij te wonen, maar
ik heb daar ook vele malen op het
toneel gestaan. Als uitvoerende bij het
Kunstkringtoneel (onder Marie Sitzen),
het jeugdtoneel van Anna Klaassen,
waar wij als ouderen enkele rollen
hebben vervuld, het Kunstkringtoneel
onder leiding van Sonius, terwijl ik na
de oorlog enkele uitvoeringen voor de
HOCO (toneelclub van het Hoge Com
missariaat) heb mogen regisseren.
En dan de foto van Bert Garthoff. Ook
herinneringen aan onze hoorspelen
voor de radio (NIROM) en een uit
voering van De Ebbenhouten Olifant
(onder Anna Klaassen) in de Dieren
tuin. Sweet memories.
Ook kijk ik altijd naar de verantwoor
ding van de Poekoel Teroespot. Daar
tref je vaak namen aan van oude so-
bats en denk je: Ja, die is er nog
steeds. Gelukkig maar.
J. HOOGEWOUD
REIZEND DOOR DE OOSTHOEK
Uiteraard heb ik, als verknocht Oost
hoeker met zeer veel genoegen het
artikel "Besoeki" in Moesson Nr. 19
van de hand van Mejuffrouw B. v.d. E.
gelezen èn herlezen. Zoals zij een en
ander beschrijft, sluit dit helemaal aan
bij mijn herinneringen aan dit magni
fieke stukje Java, vooral dèt gedeelte,
waarin zij vertelt over haar tocht met
enige kennissen over het Idjen-plateau.
Gaarne zou ik hierbij enige aanvullin
gen willen geven op dit uitstekend ge
schreven reisverslag.
Op de eerste etappe van haar reis naar
het Noordoostelijk gedeelte van het
Idjen-plateau heeft Mej. B. v.d. E. de
nacht doorgebracht in een pasan-
grahan. Volgens mij moet dit de pa-
sanggrahan van Mevrouw Smit zijn
geweest, welke in Sempol staat, óf
stond, dat weet ik niet.
Bovengenoemde Mevrouw Smit her
inner ik me ook nog zeer goed, al was
het alleen al vanwege haar sappig Am
sterdams accent en een stem die, voor
al als ze om de een of andere reden
witheet was, een volume had, die door
de jungle schalde, zó zelfs, dat soms
enkele gevederde rimboe-bewoners er
krijsend hun commentaar op gaven.
De tocht van Mej. B. vd. E. moet ver
volgens geleid hebben over Kalisat
(niet te verwarren met de plaats van
die naam, Noordoostelijk van Djember,
welke het knooppunt was van de toen
malige Staatsspoor Oosterlijnen, waar
van de Oostelijke lijn naar Banjoe-
wangi loopt en de andere lijn via
Djember, Rambipoedji, Tanggoel, Kla-
kah en Probolinggo naar Soerabaja) en
van daaruit te voet naar de koffie- en
rubberonderneming Blawan (waarvan
in die tijd een zekere Heer v.d. Lugt
administrateur was) Blaoe en Djampit.
Indien mijn visie op deze reisroute niet
mocht kloppen, dan hoor ik het t.z.t.
misschien nog wel.
Inderdaad treft men in de Idjen-regio
wondermooie vergezichten aan, zoals
bij Silapak en Pondokradja.
Silapak was een plaatsje, vanwaar men
2 richtingen op kon op weg naar be
neden. Men kon de route naar Wono-
sari via Soekosari volgen of naar Pra-
djekan via Pantjoer, Tanahmerah (ook
hier is er weer een andere plaats van
die naam op de Noordhelling van de
Idjen, even voor Kajoemas, maar het
door mij bedoelde Tanahmerah is ei
genlijk de naam van een afdeling van
de koffie- en rubberonderneming Pan
tjoer, waarvan de uit Denemarken af
komstige heer Gümoes administrateur
was), Soembertjanting, Bilah en Loe-
moetan.
Verrukt ben ik ronduit over die mooie
foto bij het artikel "Besoeki", welke de
contouren van de Goenoeng Raoeng
te zien geeft.
Jaren geleden heb ik Indonesië helaas
moeten verlaten, maar de vormen
van de Goenoeng Raoeng zal ik me
mijn leven lang blijven herinneren.
A. POUTSMA
ZELDZAME POSTSTUKKEN
In het lezenswaardig artikel "Journa
listieke Herinneringen (XXIII)) dat ik in
Moesson aantrof, schrijft de Hr. Ritman
o.a.
Er brak brand uit (in de verongeluk
te UIVER), die een groot deel van
de post vernielde of althans be
schadigde. Griezelige bijzonder
heid: dat deel van de post dat
slechts licht beschadigd was werd
aan de geadresseerden in Indië af
gegeven. Een sinister souvenir I
Ik ben nog in het bezit van zulk een
souvernir, een verzengde luchtpost
enveloppe met de speciale poststem
pel:
Amsterdam - Batavia
(Uiver afbeelding)
De Uiver 10 December 1934
en het poststempel Batavia-Centrum
28-12-34.
Verder heb ik nog uit Indië kunnen
redden de luchtpost-enveloppe "Per
Pelikaan" Speciale Nieuwjaarsvlucht
1933-34 Batavia-Amsterdam per Fokker
F. XVIII van de KLM. Vertrek van Ba
tavia 27 December 1933.
En een andere speciale enveloppe n.l.
de Jubileum-Enveloppe 50 Jaar W.
1898- 1948 met het speciale poststem
pel: Eerste Dag van Uitgifte Jubileum
Zegels 1898-1948 (kroon) W. 31-8-
1948.
Ik vraag me af of deze souvenirs nog
enige waarde hebben in Holland. Hier
zeker niet, de meesten hier t.l. weten
niet eens waar Indonesië ligt, laat
staan wat er toen zich daar heeft
afgespeeld.
FRANS F. PAULI, Alhambra (Cal.)
DE MILITAIRE LUCHTVAART
IN NED. INDIË
Onder het hoofd "Mil. Luchtvaart v.h.
Knil" in Moesson nr. 14 schrijft OGW.
dat de Hr. C. R. Patist bezig is middels
een serie artikelen een beeld te geven
van de Mil. Luchtvaart v.h. Knil vanaf
de geboorte tot aan het begin van de
2e wereldoorlog.
Het verwondert mij dat in het artikel
met geen woord wordt gerept over het
in 1940(?) uitgegeven boekwerk: 25
Jaar Militaire Luchtvaart in Ned. Indië
1914 - 1939, samengesteld door M. van
Haselen, Kapt. Vlieger Knil met een
voorwoord en foto van Z.E. Jhr. Mr.
A. W. L. Tjarda v. Starkenborgh Stac-
houwer, alsmede van Lt. Gen. M. Boer
stra, Cdt. v.h. Leger en Gen. Maj. G. J.
Berenschot, Chef v.d. Gen. Staf.
Kolonel L. W. van Oyen schreef een
"Ter Inleiding".
Het boek bevat een groot aantal foto's
uit die jaren. De Hr. Patist zal daar
uit een schat van gegevens kunnen
putten.
FRANS F. PAULI, Alhambra (Cal.)
(lees verder volgende pagina)
18