De legendarische ramp van de Krakatau
De uitbarsting van de Krakatau in 1883 met haar fatale gevolgen is al ontelbare
malen het onderwerp geweest van schrijvers - wetenschapsmensen, maar ook
van overlevenden, die persoonlijke herinneringen hadden aan de haast onvoor
stelbare ramp, die 36.417 mensenlevens eiste in West-Java en op de Sumatraanse
overwal. Aan boord van de "G.G. Loudon" bevond zich de heer Leopold Illing,
administrateur van de s.f. Kemanglen in het Tegalsé. Dat dit schip, aan de
vooravond van de catastrofe op weg naar Telok Betoeng de gevolgen van de
uitbarsting overleefde is weinig minder dan een wonder. Van het rond 30 km2
grote eiland Krakatau verdween ongeveer tweederde in zee en dat veroorzaakte
een vloedgolf die een hoogte van 40 m. bereikte. Het tot dusver nooit gepubli
ceerde verhaal van Illing's ervaringen, dat hij aan zijn familie in Nederland
zond, ruimen wij alsnog, 90 jaar na de ramp, gaarne een plaats in Moesson in.
De spelling van het origineel hebben wij gehandhaafd.
Een ooggetuigeverslag van de onvoorstelbare catastrofe.
Den 26sten Augustus 1883 vertrok de
stoomer "Gouverneur Generaal Lou
don", gezagvoerder Lindeman, des
morgens van de reede van Batavia
met bestemming Kroë, Benkoelen,
Padang en Atjeh.
Des namiddags ten drie ure ankerde
de "Loudon" op de reede van Anjer.
Daar kwamen 100 Bantammers aan
boord, die als koelies waren aange
worven voor den bouw van een vuur
toren op het eiland Bodjo. Het was
toen prachtig weder. De witgepleister
de huizen van Anjer schitterden in de
zonneschijn, vlak aan zee, op den
achtergrond het gebergte en daarvoor
de diepblauwe zee. Helder stak de
vuurtoren van Java's Vierde Punt tegen
de lucht af. Vrolijk wapperde de Ne-
derlandsche vlag op het erf van den
assistent-resident: men onderscheidde
elke woning en onwillekeurig dwalen
de gedachten terug naar de eerste
aankomst uit Europa in Indië. Anjer is
dan de eerste plaats die u van verre
een welkomstgroet brengt. Hij, die
aan boord van de "Loudon" op de
reede van Anjer zou hebben beweerd,
dat de laatste dag van Anjer's bestaan
was aangebroken, zou zeker als krank
zinnig beschouwd zijn.
Toen onze koelies aan boord waren,
zette de "Loudon" koers langs Dwars
in de Weg naar Varkenshoek, de Lam-
pongbaai in naar Telok Betoeng. Aan
bakboord zagen wij in de verte het
eiland Krakatau, bekend door zijne
eerste vulcanische uitbarsting eenige
maanden geleden. Krakatau is eene
oude bekende van de "Loudon". Toen
er na die eerste uitbarsting een ple
ziertochtje werd gemaakt, ten einde
den vulkaan te bezichtigen, bracht de
"Loudon" de passagiers ad f 25,
naar het eiland. Velen zijn toen ge
land en hebben den krater beklommen,
en allen hebben eenen feestelijken en
prettigen dag doorgebracht.
Krakatau schonk ons gratis eene
voorstelling. Hoewel wij ver van het
eiland af waren, zagen wij eene zwar
te, hooge rookkolom boven het eiland
uitsteken, die zich naar boven ver
breedde tot eene wolk. Ook viel er
aanhoudend asch. Des avonds te ze
ven ure waren wij op de reede van
Telok Betoeng in de Lampongbaai,
waar geankerd werd en de nacht al
spoedig inviel.
De aschregen nam steeds toe, terwijl
de zee onstuimig was. De "Loudon"
seinde naar den wal om eene sloep,
ten einde de passagiers te landen,
maar er kwam noch sloep noch laad-
prauw. De "Loudon" streek zelf eene
sloep, om zich met den wal in verbin
ding te stellen. Het was echter niet
mogelijk om te landen, daar er een
hooge branding op de kust stond, zoo
dat de sloep weder onverrichterzake
terugkwam.
Het havenlicht op den lichtopstand
bleef echter branden, doch er scheen
wel iets bijzonders te zijn daar nu en
dan alarmseinen werden vernomen van
de op de reede liggende prauwen. In
plaats van asch kregen wij intusschen
een puimsteenregen. Gelukkig was de
nacht voorbij en werd het licht, zoodat
wij Telok Betoeng zagen liggen. Ter
wijl geheel Anjer vlak aan zee ligt, zijn
te Telok Betoeng het militaire kampe
ment en de residentswoning verder
van de kust en op een heuvel ge
bouwd. Het grootste gedeelte van Te
lok Betoeng ligt echter vlak aan zee.
Men onderscheidde de Europeesche
huizen, waarvan sommige met pannen,
andere met atap gedekt zijn, en de
inlandsche huizen, die op Sumatra in
bouw geheel afwijken van de Ja-
vaansche huizen, die men te Anjer
ziet.
Telok Betoeng is de hoofdplaats van
de residentie Lampongsche Districten
en het lag, vanaf boord gezien, zeer
schilderachtig tegen den sterk be
groeiden groenen achtergrond van het
Lampongsche gebergte.
Doch het laatste uur van Telok Be
toeng had reeds geslagen.
De gouvernements-stoomer "Berouw"
en de kruisboot waren reeds in den
nacht door de zee op het strand gezet
en steeds brandde het havenlicht, hoe
wel de zon reeds boven de huizen
was.
Plotseling kwam er tegen zeven uur
des morgens een reusachtige golf uit
zee opzetten, waar men letterlijk tegen
aan zag.
De "Loudon" stoomde op, zoodanig,
dat zij de golf langsscheeps kreeg.
Eén oogenbliken daar had de
golf ons bereikt. Het schip maakte
eene ontzettende duikeling, doch de
golf was voorbij en de "Loudon" ge
red. De golf bereikte nu Telok Betoeng
en liep landwaarts in. Achtereenvol
gens kwamen er nog drie dergelijke
kolossale golven, die door niets ge
stuit, voor onze oogen geheel Telok
Betoeng verwoestten. Men zag den
lichtopstand omvallen, de huizen ver
dwijnen; de stoomer "Berouw" werd
opgenomen en bleef zitten schijnbaar
ter hoogte van de klapperbomen en
alles was voor onze oogen zee ge
worden op de plaats waar nog eenige
minuten geleden Telok Betoeng aan
het strand had gelegen. Het indruk
wekkende van dit schouwspel is moeij-
elijk te beschrijven. Het onverwachte
van hetgeen men ziet, en de reusach
tige afmetingen van de verwoesting
Het doormidden gespleten eiland Krakatau na de uitbarsting
(Litho Jhr. J. C. Rappard)
18