Overpeinzingen van een ex-galanganrenner
Poirrié
In de vakantiemaanden is het vroeg dag en in de vroege ochtenduren wil je weer
wat anders zien en rare dingen beleven. Je bent geboren en getogen in Indo
nesië, maar wat heb ik een heleboel dingen gemist, dat lees uk elke keer weer
in Moesson. Tosari, Malang, Batoe, de Bromo, Idjen-plateau, Bali, Tawangman-
goe, Kalioerang, de babiroesa in Celebes, de klapperkreeft, zo groot als een
mannenhand, die erg smakelijk is, klengkeng, een vrucht uit Midden- en Oost-
Java, enz., enz.
Dat alles heb ik nooit gezien of ge
proefd. Ik kan alleen terugblikken naar
lang vervlogen tijden. Naar de hoog
vlakte van Lèlès, waar ik om 5 uur in
de ochtend tijdens manouevres van het
Leger, een millioenpoot op mijn brood
halverwege heb opgegeten in 't donker
en waar talloze berghellingen met ge
brande bamboespaken zijn beschermd
tegen de Jap. Dan heb ik van diverse
spoor- en verkeersbruggen in West-
Java méér van de benedenkant beke
ken vanwege de trotylladingen, die we
op de balken moesten vastsjorren met
talidoek. Als je in de tropen geboren
bent, dan ontgaat je de schoonheid
van de natuur; op oudere leeftijd, na
25 jaar verblijf in Negri-koud, besef je
pas, wat je allemaal gemist hebt. Toen
kon je nog geen vergelijking maken,
wat het ideale klimaat was. Als sinjö
mocht je vroeger nooit met katjoengs
spelen, ik werd direct in huis geroe
pen. Daaruit kan men afleiden, dat wij
allemaal "koloniaal" geïndoctrineerd
werden (sic!) Toentertijd waren er 3
groepen: de blanda's, de gemengden,
of Indischen en de inlanders of Indo
nesiërs.
Hoe verderfelijk zo'n opvoeding in el
kaar zit, bewijst toch maar onze ge
neratie. Onze kinderen hebben deze
narigheid niet. (Nóg niet. Discriminatie
wordt op latere leeftijd aangeleerd! -
Red).
Wij zijn groot gebracht tussen Ara
bieren en Indonesiërs, allebei zijn Isla
mieten, maar wij hadden, (deels, omdat
wij er geen halve rode cent belang bij
hadden) geen flauw idee, waarom er
toen om een kleine onbenulligheid,
gemoord werd tussen een Indone
sische en een Arabische familie. "Ha-
ram" was en is een duidelijk begrepen
woord. Een stukje spek kan een moord
tot gevolg hebben.
Op de Lagere School, die ik met vrucht-
(en) (papaja en semangka in mijn la,
van de boerderij De Grijs aan de Vo-
gelweg) heb doorlopen, kon ik toen
niet bevatten, waarom Gijsbrecht van
Amstel en andere edelen met paard en
schildknaap helemaal naar Klein-Azië
moesten om Kruistochten te onder
nemen. Waarvoor en waarom? Voor
kaneel en copra of gemberkoekjes? Ik
kan tot nu toe niet beseffen, dat hij
duizenden km per Arabische hengst de
Arabieren bestreed enkel en alleen,
omdat door mondreclame verkondigd
werd, dat de Arabieren Europa zouden
veroveren. Tegenwoordig leeft men
niet meer zo onverstandig, om zijn
boerderij enige jaren vaarwel te zeg
gen, alhoewel de Pyreno, de Cote
d'Azur- en de Italië-expres en de plane,
iedereen ééns per jaar vakantie-gek
maken. Hoe verder men afdwaalt, hoe
méér km men weer terug moet.
Mij overkwam het eens, dat een blond
Turks jongetje van 6 a 8 jaar tijdens
een stilstand voor een wegomlegging
ergens in het binnenland van Turkije
opeens vroeg bij het zien van een Ned.
nummerbord in vlot Nederlands: "Me
neer, Meneer, mag ik een snoepje van
U hebben?" Het jongetje was in de
buurt aan het spelen, terwijl zijn vader
de straten oplapte met teer en zand
en kiezel.
Niemand zal ik een vakantiereisje per
auto aanbevelen naar Bulgarije. Men
heeft daar in de rij te staan, eerst om
de bon te bemachtigen en daarna in
een andere rij om het brood of wat er
voor doorgaat, te ontvangen. Je wordt
daar weggekeken, maar misschien heb
ik een onbetrouwbaar gezicht!
Ik kan me nog goed herinneren, hoe
de douane- of politie-chef van de
grenspost Dimitrovgrad/Kalotina in
grijs uniform in de morgenuren op en
neer flaneerde in gestrekte pas. Dit,
als aanschouwelijk onderwijs voor de
buitenlanders. "Hier wordt nog met de
knoet geregeerd". Ik sprak hem aan
met: "Hé, mistermaar hij werd
giftig en misterde mij met armgebaren
in mijn auto terug en ik had te doen
wat hij zei.
Bij duizenden en 7-rijen breed pro
beerden de Turken en buitenlanders de
grens Joegoslavië-Bulgarije te passe
ren op weg naar Turkije en verder.
Als je harder reed dan 50 km per uur,
had je meteen een politie-auo of -mo
tor achter je aan en lach a.u.b. niet,
want het is hun heilige ernst. Na 5 uur
's middags zijn alle politiemensen
"Elke keer als ik zijn paard sla, gaat Opa
als Koeda-kepang dansen."
naar huis en dan kan je harder rijden
op eigen risico. Een vakantie in Turkije
kan ik iedereen aanraden. Het is daar
niet al te heet vanwege het Middel
landse zee-klimaat aan de Zee van
Marmora, mooi blauw; benzine en eten
(saté) niet te duur, maar ga dan wel
Aziatisch-Turkije rondtoeren met een
gidsje: "Wat en hoe zeg ik het in het
Turks". Salam maleikoom, weet ieder
een nog wel te zeggen.
In Griekenland moet Uw vrouw niet
schrikken als men op elk Grieks
stadsplein een dood beest met kop en
al en mata beló, maar zonder inge
wanden aan het spit rondgedraaid ziet
bewegen. Het is echt geen hond, want
daar krijgt U een stukje van, als men
saté bestelt in het nabije restaurant.
Mocht U per ongeluk de andere kant
van Europa zijn afgedwaald naar het
Zuiden en tussen de kurkeiken van
Portugal terecht zijn gekomen, dan
zou U met plezier een vakantie in
Spanje hebben, versierd per motor.
Wat is dat een prachtig land als U
jonger was en een HD bezat. Wat een
machtig gevoel heb je dan niet, als je
op een H.D. zit op 's heren wegen in
Spanje?
Als dardanel van Majoor Bryl heb ik
wat afgereden in Mr. Cornelis, meestal
te laat. Als het donker werd, ging ik op
een grote steen slapen, langs de kant
van de weg, onder een helling en
bocht. Bij elke afdaling met knarsen
de remmen van een auto beleefde ik
dan even een kleine hartstilstand en
hoorde mezelf denken: "Deze keer heb
je mazzel gehad, bij een volgende zie
je Abraham".
Om kort te gaan: Ik heb nog nooit zul
ke grote keien gezien als in West-
Spanje. Bij de wegen-aanleg in Dok 2,
5 en 8 in Hollandia, waar wij de stenen
moesten splijten met een drilboor van
een Atlas-Copco-diesel, spraken we
van stenen zo groot als een één
persoonskamer. Een steen zo groot als
een huis is niet mogelijk. Maar tussen
Valladolid en Salamanca heb je stenen
zo groot als een kerk, alleen moet je
het 9/110 deel erbij denken, want dat
zit onder de grond.
Bent U vroeger een toekang djangkrik
geweest, dan kan U grote krieliengs
en kaloengs bij bosjes te pakken krij
gen onder de straatlantaarns van de
snelweg naar Sevilla. Vroeger hadden
we ze van klein naar groot: eerst de
èkèt-èkèt, daarna de api, een vuurro
de, die heel schel sjierpt, maar kan
niet vechten. Daarna komt de kete-
kiek, spreek uit: kuttukkiek, met grote
rode tanden, een felle nokker. Daarna
volgt de krielieng en de tjolat, de laat
ste iets groter met een gele streep op
zijn kop en dan volgt de kaioeng. Deze
laatste 3 zijn felle vechters.
De grootste is de gangsier, maar het
komt zelden voor, dat men volwassen
exemplaren vindt met vollediqe vleu
gels.
Hebt U wel een gevecht gezien tussen
2 poejoes? Totdood!
(lees verder volgende pagina, Ie kolom)
8