Door die 99stomme99 postzegels POIRRIÉ W ui KJ 'V Op 19 augustus ontving ik zoals gebruikelijk mijn "Moesson", die ik als een goede Indische van A tot Z spel. Onder de advertentierubriek viel mijn oog op een van die van een heer, die veel tijd had en zocht naar een postzegelverzame ling. Weet U waar vakantiehuisjes met wa ter, kookgelegenheid, verwarming, enz. zijn te vinden, alsof ze bewoond waren geweest door de cowboys van vroe ger? In Ceriale, in Campignio Pino Ma re, die blokhutten heten: Santé Fe, enz. In mijn prille jongenstijd gingen mijn broer en ik langs de achterkant van de openluchtbioscoop "Flora", langs een sloot naar de zijkant van het terrein, dat afgedekt was. met prik keldraad en zink, tussen en door de gaten in het zink de film zien. In de jaren 1932/'33 hadden we de cowboy films van Tom Mix, Hoot Gibson, Ken Manyard, Gene Autry, Joe Bonomo, Roy Rogers, Buck Jones, Jesse James, Bob Steele, John Wayne, Carry Coo per, Johnny Weismuller en verder Dou glas Fairbanks en de Indonesische Tar- zan "Mala". Ook de Indonesische film "Alang-alang" heb ik daar gezien. Ik wil wel bekennen, dat ik een leuke jeugd heb gehad, waarbij ik heerlijk ben uitgevloekt, als zijnde: "Tuig van de richel" en "honderib" en "vee van Laban", maar zo erg is het niet ge weest, dat ik ooit kennis gemaakt heb met de L.O.G., jeugdgevangenis te Bandoeng; mijn 2 kameraden wel. Dat was in de tijd, toen we nog liedjes zon gen van: Ik heb een rode en een witte radijs en als Karei R. op de houten schutting van het zwembad zijn lieve lingslied zong van Tante Katrijntje (in de bamboebos), enz. Als U een oude Oma of Opa heeft, die jaren achtereen alleen is gebleven, dan kan een zitbank aan het strand in de morgenzon tussen 7 en 10 uur aan de Promenade des Anglais in Nice, tussen het strandgedeelte van Bains de la Plage en Florida, misschien een uitkomst zijn voor de eenzaamheid. Het gebeurde me, dat een opa naast me ging zitten, na een tijdje een stel ansichtkaarten uit het cellofaan telde en bekeek. Hij peinsde en ik hoorde zijn gedachten gaan. Ondertussen dacht ik 't mijne: "Twee voor mijn zoons, 2 voor mijn dochters, 1 voor de (mijn) baboe, die ik nooit vergeet!" Met recht en eerbied voor onze ge boortegrond, eindig ik, SINJO TEMPÉ. M a Y.v.\w^' J "Hij keek echt niet naar je benen toen hij floot". In eerste instantie heb ik er nooit over gedacht, om mijn postzegelverzameling weg te doen; deze was nog van mijn grootvader en zoals Indische mensen dan zijn, wordt zo'n heiligdom diep in een kast opgeborgen. Toch werd ik ertoe gezet de advertentie nog maar eens te overdenken. Een stem zei: "Ach, je weet immers nooit!" Nog twijfelde ik, maar op een gegeven moment storm je erop af en je doet 't. Zo deed ik. Was natuurlijk reuze benieuwd en in spanning, wat ik aan de andere kant van de lijn zou horen. Na een tijdje kreeg ik eerst een dame aan de lijn. "Hallo". "O, Mevrouw, ik heb de advertentie van Uw man in Moesson gelezen, zou ik hem misschien even mogen spreken?" "Natuurlijk, ik zal hem even roepen". Het volgende gesprek ontspon zich. "Hallo mijnheer, ik heb Uw advertentie gelezen, misschien is er wat voor U bij". "Wat heeft U alzo, ik spaar Nederland en Koloniën, Overzeesche gebieden, heeft U daar wat van?" "Ja hoor, maar ook andere. Komt U maar eens kijken." Toen volgde een opschrijven van na men. Ik noemde de mijne en hij gaf daarop de zijne. "Ik heet Plante!" "Plante?" Stilte. "Oh heet U dan niet wat langer? Is dat Uw hele naam? In Indië logeerde ik voor de oorlog eens bij een familie op de suikerfabriek Balong Bendo bij Krian, waarvan de echtgenote met twee dochters, Kiddy en Lidy, vroeger in Semarang op Tjandi, lang onze bu ren zijn geweest. Die dame heette Me vrouw Herrewijn, hertrouwde met een meneer Plante Febure de Villeneuve!" Weer stilte aan de andere kant van de lijn. "Ja", zei hij, "Die ben ik!" Ik kon mijn oren niet geloven. "Dus, die Mevrouw aan de lijn was mijn gewezen buurvrouw?' "Ja", zei hij. "Goh wat leuk! Zou ik haar dan nog even mogen hebben?" "Natuurlijk hoor!" Toen kwam een heel verhaal; zo'n beetje van Sabang tot Merauke. "Wat leuk Fried, dat jij dat bent en dat door die stomme post zegels! Hoe oud ben je nu?" "Ik ben 52 jaar". "Natuurlijk zeg, dat is ook zo, want mijn dochter Kid is een jaar jonger dan jij! Ik zie jullie nog kokentje spelen in de tent". "Ja en die verkleedpartijen! Wat leuk toch ja!" Verder was er een druk opschrijven van namen en adressen van andere oude wijkgenoten uit onze kinder- en schooljaren uit Semarang. Op het laatste moment moest er nog een afspraak worden gemaakt voor die postzegels. 's Avonds besloot ik de dochter op te bellen en kreeg haar aan de lijn. Ze zei mij, dat zij eerst niet had durven te bellen, omdat ze niet wist, of niet kon geloven, dat ik het was. Er lagen ook 35 jaren tussen! Ondertussen dook ik diep in mijn kast, om de oude postzegelverzameling weer bij elkaar te krijgen. Ik snuffelde erin en vond ook nog briefkaarten van deze sobat van mij, die mij ook nog altijd trouw had geschreven in het Ma leis, vanuit het kamp. Ik had deze kaar ten bewaard voor de diverse stempels, die er toen rijkelijk door de Nippen op werden gezet. We waren erg be nieuwd. Ik schoot als een pijl uit een boog aan het werk om allerlei schoon te maken in huis en ook natuurlijk iets lekkers te maken of te halen, want bij Indische mensen hoort dat er zo bij. Niemand gaat bij ons vandaan zonder eten. Lunch en warm. Het weerzien was heerlijk Soms moesten we el kaar weer even terloops opnemen en her-ontdekken! Mijn oude moeder, die intussen 82 jaar is geweest, kon het moeilijk geloven. Oude foto's werden weer tevoorschijn gehaald en bekeken en nu zaten we wéér naast elkaar, zoals op die foto's. Zelf dorst ik niets bijzonders te vra gen. Niet alleen, dat dit niet mijn ge woonte is, maar de ervaring had mij al zovaak geleerd, dat er misschien dingen zijn, waarover men liever niet wil praten. Ik genoot dus in stilte van dit samenzijn. Hoe bestaat het, door zo'n heel kleine advertentie in Moesson! Wat heerlijk, dat dit blad nog zoveel mensen bij elkaar kan brengen I FRIED G. M. KNAVEN Wij heten nu MOESSON (sinds januari 1978) Behalve de naam is niets bij ons veranderd. Wij zijn niet verhuisd, zitten nog steeds op de Prins Mauritslaan 36 en ons telefoonnummer is nog steeds 54 55 00 of 54 55 01. Maar als u Tong-Tong tegen ons zegt, zit u helemaal fout, want die naam is voor ons verleden tijd. 9

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1978 | | pagina 9