Didi in Holland BOEKEN In Holland zijn hele maal geen analfabeten, ledereen leest en leert hier. Dus is iedereen knap. Dat is jammer. Want er is zoiets als knapper dan knap. En daarom is het leven in Holland één grote knap heidswedstrijd. Wie het meest weet, wordt im mers het meest be taald. Onderwijzers ha len steeds maar meer diploma's om hun kinderen steeds wijzer te maken. Boekhouders door lezen steeds meer boekhoudmeester- werken om groter boekhoudknapperts HALIN EN DE REGERING Mevrouw Kraayeveld-Wouters, staats secretaris van C.R.M. heeft in de Tweede Kamer niet alleen beweerd, dat het Indische Verzet tegen de Ja panners maar weinig heeft voorge steld, maar nu ook "Halin" van zich afgeschud, met de bewering: Ons land heeft tegenover deze groep geen bijzondere solidariteitsplicht. Kennelijk wordt Mevrouw Kraayeveld geenszins gehinderd door enige his torische kennis als een levend voor beeld van het cultuurbarbarisme, waarmee bovendien het geschiedenis onderwijs in onze tijd in een hoek getrapt wordt. Bepaal ik mij tot de Halinkwestie, een duik in de archieven van het voorma lige Ministerie van Overzeese Ge biedsdelen en van het Hoge Commis sariaat te Batavia, - ja Mevrouw Kraayeveld dat hebben wij ook eens een keer gehad - zou de Nederlandse verantwoordelijkheid stellig aan het licht brengen. Is het immers niet zo, dat alle bezitters van de Nederlandse nationaliteit - ook hen, die in Neder land geboren waren - de vraag is voorgelegd, of zij die nationaliteit wensten te behouden suggereren de, dat men die zou verliezen, als men niet uitdrukkelijk voor het Nederlan derschap koos? na haar Lyceumtijd haar fröbel-akte haalde als een van de eersten in die tijd, en toen fröbel-onderwijzeres was in Bandung tot de oorlog uitbrak. Mis schien brengt dit herinneringen boven bij een van haar klasgenoten of leer lingen? Ze is getrouwd met een Smildenaar, die ik me heel goed in het oude Indië kan voorstellen - zo iemand die zich snel en goed kan aanpassen. Hun huis is allergezelligst ingericht, erg zonnig en licht, en staat vol planten. Ik vond 't vermakelijk te horen dat de heer Offereins planten verafschuwt, misschien juist omdat hij van boeren afkomst is, en dat zijn eerste job in te worden. Wie eenmaal leest, leest steeds door. Men koopt eindeloos boeken en het is voor een leek als Didi niet te begrijpen hoe al die boe kenkasten in iemands hoofd kunnen zitten en er toch steeds meer bij kan. Het lezen is zo'n machtige gewoonte geworden dat men leest als men moe is van lezen. Dan leest men wat an ders, maar het is ook nuttig. Of op zijn minst literair. Men gaat op vakan tie met een boek en men gaat op reis met een boek. Wie 350 dagen van het jaar in boeken gelezen heeft, gaat 15 dagen op het strand zitten met een boek. Of reist door vreemde landen met een boek in de trein. En loopt achter de gids aan in Rome met zijn neus in een boek. Elke dag werpen kranten honderdduizenden woorden naar de lezer toe. Winkels laten men sen lezen hoe verstandig zij zijn en hoe voordelig uit, als ze maar bij hen Een duidelijke valstrik voor simpele zielen, die nog altijd vol vertrouwen in "Vadertje Gouvernement" de zaak op zijn beloop lieten, of op hun vraag om goede raad het advies kregen voor het Indonesische Staatsburgerschap te opteren. Wat immers hadden zij in het koude kikkerland te zoeken? Sommigen noemen dat "met een kluit je in het riet sturen"; ik heb er geen woorden voor. Maar wel voor de Ne derlandse Regering, die, bij monde van deze - onnozele? - Staatssecre taris, op deze wijze "de handen in onschuld wast". Eigenlijk maar éen woord; "bah". PH. SALOMONS Kramvogellaan 24' Bilthoven SOEKA SENENG Op blz. 20 van de Moesson van 15 nov. I.l. is een foto afgedrukt, waarop o.m. een aantal dames in fraaie sa rongs en kabaja's zijn afgebeeld. De Salinas wasu raadt 't, assistent in een kwekerij, waar hij niet gauw genoeg vandaan kon! De planten in Huize Offereins schijnen zich van zijn antipathie niets aan te trekken, ze groeien en bloeien dat 't een lieve lust is. Wat zullen zij 't druk hebben zodra Offereins in december met pen sioen gaat; ze zijn dan namelijk van plan zich echt te wijden aan charita tieve bezigheden, vooral die welke be trekking hebben op ouden van dagen, die hier werkelijk schandalig verwaar loosd worden. Nu, bij de Offereinsen zijn ze in goede handen! (slot volgt) kopen. Men leest van dichters en schrijvers hoe schoon bloemen toch wel zijn. En vrouwen en boeren en psychopaten. Men leest en leert alles van de Chinezen, de Vuurlanders, het communisme, de bijbel, het hempjes breien met rechts en averechts, het ravioli maken als Italianen en het hof maken als de Fransen. Maar men blijft zichzelf gelijk. En ook meent men buitenlanders te kennen als men de boekjes over buitenlanders gelezen heeft. En als er iets niet klopt, zijn de buitenlanders fout of de boekjes zijn fout. Maar men blijft zichzelf gelijk. Hoe ouder men wordt en hoe meer men gelezen heeft, hoe meer men zichzelf gelijk blijft. De lezer ligt daar maar als een buis en er stroomt ein deloos boekenwijsheid door. Waar heen en waarvoor? denkt Didi. Maar daar heeft niemand hem nog het ant woord op gegeven. j p redactie stelt dan de vraag of er le zers zijn die van deze dames wat meer afweten. Welnu, een van die lezers ben ik. Het zittende echtpaar zijn de heer en Mevr. Piet Roostee, zeer bevriend met mijn ouders. Voor ons kinderen waren ze Oom Piet en tante Non. Naast Mw. Roostee zat niet een dochter van het echtpaar, maar een juffrouw van de huishouding, Jo Weller, een weeskind dat als zestienjarige bij de Roostees kwam en haar hele leven samen met hen doorbracht. Zij was een hele lie ve, kordate en intelligente vrouw, die op 70-jarige leeftijd in een tehuis in de nabijheid van Wassenaar overleed. Het jonge meisje op de voorgrond is Annietje Roostee, een pleegkind. Links van Oom Piet zit een zuster van tante Non. Het gezin van de laatste bestond uit acht of negen broers en zusters. Haar vader was een Arme niër, Johan genaamd, terwijl haar moe der een dochter was van de befaam de Toontje Poland. In de jaren 1906, 1907 en 1908 huur den mijn ouders Oom Piet's villa, Soe- ka Senang (op de achtergrond van de foto te zien) om aldaar de grote november-vakantie door te brengen. Onze aanwezigheid aldaar was aan leiding dat de in functie zijnde em ployé elk uur dat hij vrij was zich bij ons gezelschap voegde, om te genie ten van de thee, de borrel, enz enz. En niet te vergeten "de schone jonge dames". De laatste die ik mij herin ner was de heer Buwalda. Dit moet in 1907 of '08 zijn geweest (ik ben van 1898). Wanneer wij Annie's leeftijd op de foto op 11 jaar stellen (zij was 3 jaar ouder dan ik) dan moet die foto in 1906 zijn genomen. Soeka Senang was een verrukking. Er was een groot zwembad, dat ge vuld werd door een heldere beek die aan de ene kant het bad binnenkwam om het weer aan de andere kant te verlaten. G. ZORAB 9

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1979 | | pagina 9