Te koop gevraagd HET ONTSTAAN VAN LEVENSVORMEN WAARTOE HET DRINKEN VAN THEE-BIER AL NIET KAN LEIDEN Wie op een ochtend, als de zon goudgeel schijnt, een door drie eilanden omsloten soort baai binnenzeilt, voortgedre ven door een zacht briesje, ongestoord, die waant zich in het paradijs. Een halve-maan vormig wit strand lokt tot lan den. Wat op een kantelende rubber bultzak leek, blijken twee buitelende dolfijnen: 10 meter uit de kust. Even hoop ik nog - zonder ze te storen - voorbij te kunnen varen, maar na nog eenmaal de dikke, zwartglanzende kop met de spitse snuit omhoog te hebben gestoken, zie ik ze niet meer. De bodem van de zee, bestaat uit zand en loopt zacht glooiend naar het begeerde witte strand op: ideaal voor een landing. Na het anker uitgeworpen te hebben, kijk ik eens goed om me heen, onder het genot van een zware van Nelle: de eilanden rijzen als punthoeden uit de zee; de randen worden gevormd door de stranden en een klein stukje vlak land, alles zwaar begroeid, groen en nog eens groen, een weldaad voor de ogen. In de bossen op de hellingen klinkt het melodieuze geroep van talloze vogels. De zon begint warm te worden en ik besluit tot een duik in de zee. Nu merk ik pas dat vlak onder de kust de zee bruinig van kleur is en geribbeld. Een nader onderzoek wijst uit, dat dit veroorzaakt wordt door onnoemelijke aantallen, doorzichtige - jelly-achtige - wezens, met lange staarten, die op draden lijken. Mijn duik in het water is een duik in een bak vol kolang- kaleng. Iedere armslag roert door deze brei en het glijdt over je schouders en lichaam: ik geef het dan ook al gauw op en onderwerp ze aan een nader onderzoek: wat kleur enz. betreft is het precies kolang-kaleng, maar ze hebben de vorm van een blimbingze zwemmen heel langzaam en de staart sleept er bewegingloos achteraan. Bij het in de hand nemen van een exemplaar, valt de staart spontaan in kleine, doorzichtige stukjes uiteen. Het zwemmen ge schiedt door een orgaan onder aan het lichaam dat het water er van voren inzuigt en van achter weer uitpompt. Het verschijnsel kwam mij maar al te bekend voor, als gevolg van mijn microscopisch onderzoek van theebier. Die doorzichtige blimbing-vorm met de bruine stipjes - twee stuks - ingesloten, de "staart", welke samengesteld is. Had ik hier te maken met een rechtlijnige ontwikkeling van die bacteriële vorm? De omstandigheden waren er gunstig voor: ongestoorde rust! Ik had mijn microscoop wel bij me, maar goed ingepakt en de zon scheen zo lekker en het was zo vredig, dat ik er geen zin in had en besloot mijn activiteit te beperken tot wat nadenken: overeenkomsten berusten in de natuur zelden op toevalligheden, er was dus een grote kans dat dit wezen een rechtlijnige ontwikkeling belichaamde van de bacteriën die ik in thee-bier had waar genomen, maar die door hun kleinheid maar moeilijk hun geheimen prijs gaven. Echter: kleine wezens groeien, mits ongestoord - uit tot grote en zelfs zeer grote vormen; en: het grote is steeds maar weer - hoewel meer samenge steld - een herhaling van het kleine. Dus door de bestude ring van deze grotere wezens zou men veel oplossingen kunnen vinden welke bij het kleine niet mogelijk waren. Hierop voortbordurend, overdacht ik de verschijnselen, die zich bij het bestuderen van theebier hadden voorgedaan. Daar was bv. de spirocheet - een dun slangachtig lichaam pje, welke samengesteld is uit de kortere stukjes, welke ook apart voorkomen en kunnen zwemmen: voor- en achter uit. Toch wanneer ze zich hebben samengevoegd, zwemt het geheel als een orgaan, de achterste fungerend als staart en de voorste als kop, etc. Hetzelfde gebeurt met grotere vormen. Neem bv. de mijt "Tyrophagus", een soort kevertje, dus ook gepantserd met 4-paren poten, een dik achterlijf en een driehoekige kop, welke veel in langstaand theebier en onafgesloten voorkomt. De grootte is micros copisch, hoewel ze ook op het vlies met het blote oog zijn waar te nemen, zo groot als een speldeknop. Hoe ontstaan deze vormen? In het theebier komen heel vaak klompen kleine stipjes bacteriën voor. Deze vormen ook het vlies of de "schim mel", waarmede theebier gemaakt wordt. Het was mij al herhaalde malen opgevallen, dat deze klompen soms merk waardige, typische vormen konden aannemen, zoals de figuren U duidelijk kunnen maken. Deze typische vormen komen te vaak voor om toevallig te zijn. Tevens trof ik in zo'n cultuur onafgemaakte mijten aan: sommige waren al ver gevorderd en vrijwel compleet, anderen hadden wel ongeveer de vorm, maar deze bestond voornamelijk uit ronde celletjes en van geledingen van de poten, pantser van het lichaam en organen, was nog bijna geen sprake. Bij geconcentreerde waarneming van zo'n klomp stipjes bacterie, welke ongeveer de vorm van een zich ontwikke lende mijt had - met pootjes-achtige uitstromingen - kon ik het begin van een geleding van die pootjes waarnemen en was er dus geen twijfel meer aan: een mijt en van daar uit bezien, ook andere levensvormen, ontstaan door een samenvoeging van bacteriën. Of de kip óók zo is ontstaan? Dat wil niet zeggen, dat deze bacteriën zich ook niet eerst tot een ei zouden kunnen samenvoegen, waaruit dan een mijt zou ontstaan, (mijten leggen eieren!). Want dat heb ik ook al kunnen concluderen: er is nooit (althans volgens mijn waarnemingen) één weg, waarlangs een organisme zich kan ontwikkelen. Dus wie er het eerst was: de kip of het ei, is dus een kwestie, die nog onbeantwoord moet blijven. En met deze onbevredigende overweging, gooide ik het peukje van mijn shagje overboord en besloot mijn tent op het witte strand op te slaan en de nacht daar door te bren gen. A. F. VAN HALL 1. Samengroepering van "stipjes"-bact. 2. Vorderende ontw. 3. Vergevorderde (de kop is er tijdens ontw. de omgevou- het behandelen wen achterporten afgesch.) zijn in feite paren. Tijdschrift "Tong-Tong" jaargang 1 t/m 16. Tevens gehele biblio theken en enkele stuks betref fende Nederl. Indië/lndonesië. C. P. J. van der Peet BV. Jansweg 39 (Hofje van Staats) 2011 KM HAARLEM Telefoon 023-32 02 16 Wij helpen U GRATIS inlichtingen te ver zamelen voor Uw familiestamboom. Wilt U s.v.p. Uw medewerking hieraan verlenen door zelf op te geven wat U van de be treffende familie weet. U kunt daarvoor een model aanvragen. Voegt U altijd een gefrankeerde, zelf geadresseerde envelop pe bij INDISCH FAMILIE ARCHIEF Vreelandsestraat 14, Den Haag, tel. 070 - 45 44 06 AUTOPIONIERS VAN INSULINDE - NU IN EEN GEHEEL NIEUW OMSLAG De geschiedenis van de automobiel en de belevenissen van de automobi listen in het oude Ned.-lndië, prachtig geïllustreerd. Verkrijgbaar bij Boek handel Moesson 65,incl. porto. 11

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1979 | | pagina 11