5£erinnerincjen 3^Cetjii
_..^- - -'j
TERUG NAAR INDIË
Wat ik me heel slecht kan herinneren uit m'n Indië-tijd zijn de namen van de
plaatsen en plekjes waar ik allemaal zo'n beetje geweest ben. Jammer, heel jam
mer zelfs, want nu gooi ik op een enkele uitzondering na alle plaatsnamen door
elkaar. Nu is dat weliswaar geen ramp maar je vraagt je zelf wel steeds af bij
een te binnen schietende herinnering: was dat nu daar of daar.
Zo is er een vrij grote plaats (mis
schien moet ik wel grote stad schrij
ven) waar ik leuke herinneringen aan
heb overgehouden maar waarvan de
naam bij het te binnen schieten steeds
de roos mist.
Er was toen we daar na de tweede
politiële actie tijdelijk gelegerd werden
een grote in bedrijf zijnde suikerfabriek
waar alles om draaide. De fabriek en
de er bij behorende suikerrietvelden
moesten door ons naast de orde en
rust brengende taak beschermd en be
veiligd worden tegen vuurminnende
tegenstanders.
Vlak bij de fabriek stonden de voor die
tijd prachtige woningen met goed on
derhouden tuinen van de suikerboeren
met gezinnen. In de minder mooie maar
wel van steen opgetrokken huizen wa
ren wij ondergebracht. Een ongekende
weelde voor ons door de koelende
werking die de granieten vloeren op
onze warm gelopen voeten hadden.
Bij de fabriek behoorde ook een soos,
welke, door de zakenman uit ons
peloton, Pietje Swing, dankbaar als
een soort oorlogsbuit werd ingepalmd
om er zijn vijf-artikelen-kantine
groots in te presenteren. Door de
NIWIN-radio op keihard te zetten
trachtte Pietje ons de soos in te lok
ken wat wonderwel lukte vooral wan
neer de verslagen van de Olympische
Als het verlof is afgelopen
Dan breekt de grijze ochtend aan
Waarop we met een handvol vrinden
Op het station te druilen staan
Dan past een kruier op je tassen
Je gaat nog gauw je handen wassen
Je zou toch wel wat willen eten
Je voelt: ik heb nog iets vergeten.
En op en om het Hollands Spoor
Daar gaat het leven rustig door
Je ziet die paar vertrouwde mensen
Vandaag wellicht de laatste keer:
Je loopt met wat gewone woorden
Naast hen nog even op en neer
Er valt zo weinig meer te praten
Je hebt elkaar al haast verlaten
En in die grijsheid denk je even
Aan hen die maar zijn thuis gebleven.
spelen 1948 door kwamen.
Aan de rust en orde in het ons aange
wezen gebied was voor ons, dank zij
de voorgangers, niet veel meer te
doen. De rust was bijna volmaakt en
de orde had het Nederlandse peil be
reikt dat duidelijk te zien was aan de
goed zichtbare bordjes met "verbo
den voor militairen" er op in de tuinen
van de suikerboeren. Uit navraag bleek
dat onze voorgangers niet van de
baboes van de mevrouwen af konden
blijven. Vandaar die bordjes. Afgunst
kom je toch overal tegen.
Tijdens de patrouilles in en rond de
suikerrietvelden kwamen we wel eens
een van de "suikerboeren te velde"
tegen. In een betja op het smalspoor
geplaatst, het geweer op de schoot,
liet hij zich door een bediende door
de velden peddelen.
Onze grote bewondering voor deze
suikerboeren (je moet toch de lef maar
hebben om alleen de rietvelden in te
trekken) uitten we door tegen elkaar
te zeggen: hij is knettergek of heeft
een slecht huwelijk anders ga je er
niet alleen op uit.
Tegenover de inrit naar de fabriek lag,
naar ik meen, een spoordijk en ach
ter die dijk een kampong. Nu, vanuit
die kampong luidde op een goeie dag
de noodklok. Gelukkig was het maar
een heel kleintje. De loerah had onze
En op en om het Hollands Spoor
Daar gaat het leven rustig door.
Dan komt de trein, nog drie minuten
Geroezemoes: een hana een groet
Dan sta je aan het open raampje
En weet niet wat je zeggen moet
De conducteur begint te sluiten
Je vrinden staan bereids al buiten
Nog even blijft het leven steken
Voordat het draadje weer gaat breken.
En op en om het Hollands Spoor
Daar gaat het leven rustig door.
Dan rukt de trein zich in beweging
Je blijft nog aan het raampje staan
Tot je geen zakdoek meer ziet wuiven
Dan moet je wel naar binnen gaan
Dan zit je voor je uit te staren
Dan voel je wat ze voor je waren
Die nu weer in hun eigen leven
Voor jaren achter zijn gebleven.
En op en om het Hollands Spoor
Daar gaat het leven rustig door.
Inöng-De Klerck
Vertrek van de voor de ouderen onder ons
zo bekende "Boot-trein".
hulp ingeroepen. Wat was het geval?
Tijdens het boze geesten verdrijven
door de mannelijke bevolking in en
buiten de kampong waren de mannen
buiten de kampong bedreigd door
rondzwervende bendeleden. Nu zat de
angst er zo bij de mannen in dat ze
niet zonder bescherming met de ver
drijving door durfden gaan. Aan ons
dus het vriendelijke verzoek voor de
bescherming te zorgen.
Wij, een man of zes, 's avonds naar de
kampong waar we vriendelijk welkom
werden geheten door de loerah en een
zestig man met stokken en bamboes
voorziene boze geesten verdrijvers. De
loerah zou die avond zelf meelopen.
Nou, en daar stonden we dan met
onze lange lichamen, omringd door de
zeker een kop kleinere dood serieuze
verdrijvers, ons af te vragen hoe de
beschermende taak het beste uitge
voerd kon worden. De oplossing was
vrij makkelijk. Er zat voor ons niet an
ders op dan zo onopvallend mogelijk
mee te lopen. Wat inhield dat de ge
zichten met houtskool zwart gemaakt
en de door de loerah ter plekke ge
vorderde sarongs onder grote hilari
teit omgord werden.
Slamat djalang wensten we elkaar en
daar gingen we achter elkaar aan. De
rondgang duurde een uur waarbij de
een nog meer dan de ander lawaai
trachtte te produceren uit de stokken
en bamboes. Enmet succes. Er
was geen boze geest of bendelid te
bekennen. Ofonze onopvallend
heid was ze opgevallen. Ik weet het
niet. In ieder geval was het een leuke
belevenis.
Wilt u wel geloven, nu ik langer over
deze plaats nadenk, dat het Tjandjoer
geweest moet zijn.
J. BLOKKER
VERPLAATSING CHRISTELIJKE
BEGRAAFPLAATS SANTIONG
TE CIANJUR
Op grond van de Regeling van het
Regentschap van Cianjur 1974, inzake
Master Plan van de stad Cianjur, past
de Christelijke Begraafplaats Santiong
in het dorp Sawah Gede, district en
regentschap Cianjur, niet meer in de
planning voor de opbouw en uitbrei
ding van de stad. Verplaatsing van ge
noemde begraafplaats naar een ge
schiktere plaats wordt dan ook nodig
geacht.
Dit zal worden Pasar Cabe (Tjabe) in
het dorp Sirnagalih, district en re
gentschap Cianjur.
Volgens de officiële bekendmaking zal
met de overbrenging van de stoffelijke
resten zo spoedig mogelijk begonnen
worden. Verplaatsing van de graven
naar een andere plaats dan de Pasar
Cabe, zal ten laste komen van de be
trokken erfgenamen.
Mocht u hierover meer inlichtingen wil
len hebben, dan kunt u schrijven naar
Panitia Pemindahan Kuburan Santiong
Cianjur cq. Camat Kepala Wilayah
Kecamatan Cianjur.
11