Soerabaia's Burgemeesters Mr. A. Meyroos Ir. G. J. Dijkerman H. J. Bussemaker Mr. W. H. v. Helsdingen Mr. W. A. H. Fuchter Soerabaia's eerste burgemeester, Mr. A. Meyroos werd in 1916 benoemd, een tiental jaren na de instelling van de gemeente Soerabaia. Hij opende de reeks van zeer verdienstelijke burger vaders, die deze gemeente heeft be stuurd. De gemeente Soerabaia zag het licht bij Ordonnantie van 1 maart 1906. Aan de gemeenteraad werd toen een groot aantal taken opgedragen, zo als onderhoud en aanleg van open bare wegen, de zorg voor brandweer, straatverlichting, slachthuizen, het pa sarwezen en het maken van plaatselijke verordeningen. Voordien berustte de behartiging van deze belangen, die al le in de plaatselijke sfeer lagen, bij de centrale overheid en haar uitvoerende organen. Als uitvoerder van de cen trale Indische overheid fungeerde se dert de door Raffles ingevoerde ver deling van Java in residenties, die na het herstel van het Nederlandse gezag in 1816 werd gehandhaafd, de resi dent en de hem ondergeschikte amb tenaren, de ass.-resident en de contro leurs. Toen in de loop van de vorige eeuw het aantal overheidstaken steeds toenam, werden de bezwaren die wa ren verbonden aan controle vanuit één centraal punt, waar het de behartiging van plaatselijke belangen gold, hoe langer hoe meer gevoeld. In de tweede helft van de 19e eeuw werd de roep naar plaatselijke medezeggenschap, naar decentralisatie, steeds sterker. De Decentralisatiewet van 1903 opende tenslotte de mogelijkheid tot het in stellen van lagere publiekrechtelijke lichamen met eigen bevoegdheden zo als de gemeente. Als voorzitter van de jonge Soerabai- ase gemeenteraad fungeerde voorlopig nog de ass.-resident. Deze dubbele taak van de ass.-resident, die naast zijn taak als hoofd van het plaatselijk bin nenlands bestuur dus ook voorzitter van de gemeenteraad was, kon op de duur niet meer naar behoren worden vervuld. Voor de ontwikkeling van de gemeente was het noodzakelijk dat een burgemeester, die zich geheel aan de ze veelomvattende taak zou kunnen wijden, werd benoemd. Nadat vanuit de gemeente sterk was aangedrongen op de benoeming van een burgemeester, werd Mr. Meyroos in deze functie be noemd. In de jaren na 1916 kreeg de stad een grote behoefte aan expansie ten gevolge van de sterke aanwas van de bevolking en door de drang tot ver plaatsing van verschillende bedrijven in de richting van de bovenstad en de vestiging van nieuwe industrieën. Tijdens de ambtsperiode van burge meester Meyroos werden de landen Ketabang en Ngagel door de gemeente aangekocht en werd een Gemeentelijk Grond- en Woningbedrijf opgericht. Veel werd gedaan op het gebied van verbetering van wegen (nodig gewor den door de enorme toename van het verkeer), pasars en kampongs. Nieuwe woonwijken zoals Ketabang en Darmo verrezen. Dit alles bracht tevens een uitbreiding van de gemeentelijke dien sten en bedrijven met zich. Er werd een Bevolkingsbureau en een gemeen telijke Belastingdienst ingesteld. Ten behoeve van de drinkwatervoorziening werd een rivierwaterzuiveringsinstalla tie gebouwd op het land Ngagel. Dit voortvarende beleid werd door de volgende burgemeester Ir. G. J. Dijker man, die in 1920 werd benoemd, krach tig voortgezet. Onder hem werden de gemeentelijke diensten gereorgani seerd. In 1927 werd het moderne raad huis op Ketabang in gebruik genomen. Door een wijziging in de Locale Raden Ordonnantie werd de benoeming van wethouders mogelijk gemaakt, en in 1924 deden de eerste wethouders hun intrede. Bekende Soerabaiase figuren die in dit college zitting hebben gehad waren Mr. A. van Gennep en de heer M. A. A. van Mook. Ir. Dijkerman werd na zijn dood in 1929 opgevolgd door de heer H. J. Busse maker. Ondanks de in hetzelfde jaar ingetreden economische depressie werden tijdens zijn ambtsperiode grote complexen woningen gebouwd in Sido- dadi, Simolawang en Oendaan, terwijl de gemeente zich ook begaf op het terrein van onderwijs en gezondheids zorg. Burgemeester Bussemaker werd in 1932 opgevolgd door Mr. W. H. van Helsdingen. Onder hem en onder Soe rabaia's laatste vooroorlogse burge meester, Mr. W. A. H. Fuchter, bleef Soerabaia gestadig vooruitgaan. CH.M. De tegenwoordige burgemeester van Surabaya, Drs. Muhadji Wi- djaja werd op 20 januari jl. door de gemeenteraad gekozen, en werd in zijn ambt geïnstalleerd na goedkeuring van zijn verkie zing door de Minister van Bin nenlandse Zaken en de Presi dent. Zoals de "Jawa Pos" die zijn canditatuur steunde, in een artikel van 18 januari schreef, was Drs. Muhadji onder alle candidaten door zijn veelzijdig heid wel de meest geschikte. Als academicus is hij goed thuis in de bestuurskunde, als voor zitter van de DPRD Malang heeft Drs. Muhadji Widjaja hij ervaring in de samenwerking met de wetgevende macht, als officier van de Marechaussee kent hij ieder aspect op het gebied van de veiligheid. Een van zijn kenmerkende per soonlijke eigenschappen is, dat hij jong van hart is. Dit komt tot uiting in het jeugdig élan en de grote ijver, waarmee de nieuwe burgemeester zijn dagelijkse taak verricht en waarbij hij zich on afhankelijk opstelt ten opzichte van groeperingen en partijen. Om de sluimerende krachten te stimuleren en te leiden ten dien ste van de opbouw, komen deze eigenschappen hem bij de ver vulling van zijn ambt zeer ten nutte. In de dagelijkse omgang heeft Drs. Muhadji karaktertrek ken, die vertrouwen wekken. 17

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1979 | | pagina 17