toveren met kruiden
Af en toe worden we door berichten in kranten, op radio en TV geconfronteerd
met de ondeugdelijkheid van sommige tegenwoordige medicijnen. Zoals een
tijdje terug, 't nieuwe "Halcion".
Misschien niet direct gevaarlijk. Maar om o.m. zo maar "voor aap" te kunnen
staan! Halcion uit de markt; althans voorlopig. De pil wordt na zoveel jaren,
voorzichtig omstreden. Aan den lijve heb ik ondervonden hoe een "onschuldig"
slaaptablet als Mogadon" vreemde en NARE hallucinatie's teweeg kan brengen.
Nooit meer Mogadon of andere slaappillen. Als 't nodig is neem ik een borrel;
zo'n enkele keer
Mijn overbuurvrouw was langer dan
een jaar ziek.
Een struise vrouw. Na dat jaar was er
nog maar een schim van over. Haar
dokter liet haar 24 pillen slikken per
dag, van verschillende soorten. Vier
en twintig, in de beeldigste kleuren.
Toen het haar geel en groen begon te
worden voor de ogen, "smeet ik de
rotzooi in de drekbak!" vertelde ze.
Van toen af begon ze op te knappen.
Wat haar mankeerde weet ze nog al
tijd niet. Maar haar dokter waarschijn
lijk ook niet. Ze is weer net zo fors
als voor haar ziekte en voelt zich
prima.
Op de TV hebben we kunnen zien dat
veel doktoren 't niet weten". Niet
dat ik daar iets van zeggen zal, wie
ben ik dat ik dat zou durven? 't Is al
leen maar zo bedroevend dat patiën
ten er de dupe van kunnen zijn. Zoals
mijn buurvrouw. Dupe van "rotzooi".
Mijn leven begon, lang geleden, in een
djatibos in Midden-Java, waar vader
mijn naveltje afbond. Bij het bad van
moeder en de baby, liet hij zich assis
teren door een doekoen-baji uit de
desa. Een Javaanse vroedvrouw, die
ook de nageboorte de nodige was
beurt gaf en de gebruikelijke nabe
handeling met gewijd bloemenwater.
Voordat ze die in een nieuwe kendil
op een koel plekje dichtbij 't huis aan
de aarde toevertrouwde. De placenta
moest immers 't kind de eerste veer
tig dagen nog blijven beschermen te
gen duivelse machten. Daarna zou het
sterk genoeg zijn, eventuele klappen
zelf op te vangen.
Ondanks mijn moeders tedere zorgen
bleef ik ver achter bij de drie oudere
zusjes die in alle vrijheid opgroeiden
tot gezonde brandals. Niet dat ik on
gezond was? Ik bleef alleen maar ver
onder de maat. Toen ik een jaar of zes
was verhuisden we naar ons perceel
aan straat Bali. En weer was de af
stand te groot, dan dat de dokter uit
de stad ons zou kunnen bezoeken.
Mama deed alles met kruiden. Zij to
verde er mee. Drankjes, smeerseltjes
van blaadjes, zaden, knollen en boom
bast. Ik geloof dat mijn vertrouwen in
de heilzaamheid van haar obatjes, mij
letterlijk en figuurlijk, met de eerste
paplepel mungsiarab werd ingegeven.
Een aftreksel van fijne zaadjes tegen
spoelwormen en ander kwaad. In Indië
een bekend euvel bij kinderen.
Net als alle santonine-houdende me
dicijnen kon ook mungsiarab bij on
deskundig gebruik erger zijn dan de
kwaal. Ik meen me te herinneren dat
de smaak afgrijselijk was.
Koorts, buik- en kiespijn, stroopjes
voor de hoest. Tegen een vervelende
kriebelhoest hielp sabbelen op een
gepofte ui. "Ogen dicht", waarschuw
de ze, als we met vurige schrammen,
een diepe snee als je met de blote
voet in een glasscherf had getrapt,
thuis kwamen. Of je was "alleen maar"
aan een tak blijven haken bij 't boom-
klimmen. Gedwee sloot je je ogen. Om
de mond te openen in een snerpende
gil, als ze langzaam een scheut azijn
in de gapende wond liet lopen. Dan
flenste ze een sirih-blad of een da'on
oerat boven een vlammetje, streek er
zuivere klapperolie over uit en legde
het als pleister op de wond. Schoon
verbandje er om, een paar dagen her
halen en de wond was genezen. Nooit
infecties, geen lelijke lidtekens.
Al vroeg leerde ik alle planten "des
velds" kennen. Niet alleen genees
krachtige, ook, die als lekkere groen
ten gegeten konden worden.
Zij gaf zich zelf en haar vier dochters
toen die "groot" waren geregeld een
"reinigingsdrank". En zo rinzigfris was
haar "wedjah", dat we graag met el
kaar meedronken. Papa nam dan ook
een grote slok; op de gezondheid van
zijn vijf vrouwen. Wij bleven "vrij van
smetten", (jeugdpuistjes e.d.) Mama
maakte zelf haar bedaks; met einde
loos geduld. Weken duurde 't voordat,
volgens haar recept, de poeder klaar
was. Maar dan had ze weer voorraad
voor een hele tijd. Ze parfumeerde
haar bedak met gedroogde dilem-
blaadjes. Patchoeli. Wat ook de ouder
wetse geur was van haar kleren/lin
nenkast.
Ze had alles over voor een mooie,
gave huid en gebruikte 't schoonheids
middel dat ook door de Javaanse adel
werd gebruikt. Bidara la'oet. Bidara-
hout werd door de djamoe-vrouw op
de pasar verkocht. Met een glasscherf
werden er flinterdunne rafels van ge
schraapt. Een lepel krulletjes in een
glas gedaan en overgoten met kokend
water. De thee moest een nacht trek
ken en de volgende morgen op de
nuchtere maag opgedronken worden.
Bitter als galbrrrr
Misschien dat al mijn moeders ge
zondheidsmiddeltjes er toe hebben bij
gedragen dat ik zo weinig ziek was.
En nóg. Met de eigen kinderen heb ik
nooit helemaal durven vertrouwen op
mijn beetje kennis van geneeskrachtig
kruid. Wetenschapsmensen trokken
toch ook de werkzame delen uit de
planten en beter dan ik. Wel leerde ik
ook van 't eenvoudige volk op onze
ondernemingen telkens weer nieuwe
dingen. Zaten ineens de handjes van
baboe's dochtertje vol kleine wratjes.
"Zal ik er een obatje voor vragen boe,
aan de dokter?"
"Tsk mboten ndoro... gampil mawon...
soeket grinting." Wel neen, 't was toch
zo eenvoudig, grinting-gras. Zij nam
een bosje van deze grassoort, wreef
met de sprieten over de handen van
haar dochtertje, na de halmpjes een
beetje gekneusd te hebben met een
steen. De volgende dag waren alle
wratjes verdwenen.
Enorm veel heb ik gehad aan mijn
moeders smeerseltjes en brouwseltjes
en alle andere geneesmethoden tijdens
de Japanse bezetting. Toen bijna alle
doktoren in kampen opgesloten zaten.
Aan medicijnen was helemaal niet meer
te komen.
Kruidenzoekster in de omgeving van Bandung. (Foto H. Bongers
14