De Wajang B. R. A. Partini Djajadiningrat, onze lezers bekend door haar fijne kinderverhalen uit Indonesië zond ons een drietal ge dichten van "een meisje", dat zij niet met name noemt. Misschien een familielid? De drie gedichten hebben de wajang tot onderwerp en getuigen niet alleen van een ver mogen van het dichteresje de sfeer van haar onderwerp voelbaar te maken, maar ook van een voortreffelijke kennis van de Nederlandse taal. Wij zijn blij ze te mogen publice ren, vóór ze verschijnen in een roman, die Partini onder handen heeft. I Duisternis op open plein: De blentjong verlicht hel 't scherm Gespannen stilte overal, Mensen staren naar 't onbeschreven blad des levens. De gamelan zet in Het spel begint Ijle silhouetten dansen Óp 't verlichte witte doek. De dalang tovert Schonen, wijzen, onstuimigen Verlokking, strijd - en Dood In boeiend gesprek en schone zang. Is 't een droom of werkelijkheid, Wat de dalang hier verspreidt? Dan kondigt de gamelan 't einde aan En ziet men de mensen in gedachten gaan. U Groot festijn voor jong en oud, Een panggung siert het plein. De zon is weg; in sterrennacht Wordt plots het scherm verlicht. De schimmen staan reeds ingedeeld, Gescheiden door de Gunungan. De aandacht is gespannen. Verborgen gamelan-spel weerklinkt, Gunungan roert zich, trekt zich terug; Het mystieke leven is geboren En schim na schim danst eigen dans Door een verholen Hand geleid. D'onzichtb're Stem bezingt Der schimmen lotgevallen. Tot gamelan-melodie verstilt; En Gunungan verstart in 't schouwtoneel Geuren-regen wijst de thuisweg hemelwaarts De taak van voorouders en goden is volbracht. Verlaten Panggung hoort een stem: Spelen niet ook wij door de hand des Dalangs III De kelir is verlicht, het spel gaat beginnen Nog valt des kajons schaduw op het schouwtoneel; In 't Oosten wachten jonge heldenscharen, In 't Westen staat de oud're groep aaneengerijd. De dalang is gereed, de offers zijn gebracht; Zijn stem zal 't woord der wajang-poppen zijn. De kajon roert zich, schaduw lost zich op Het drama tekent zich op klare achtergrond. Dat Jong zal Oud verdringen, de Dalang wil het zo De jonge zon gaat op, de oude zal ten onder gaan. In 't lichte Zuiden schouwen mannen vol jolijt, Het spel der poppen, en bevroeden niet, dat zij het zijn Zij roepen poppenspeler toe: je stem is mooi, je sabetan perfekt In 't donk're Noorden schouwen vrouwen; zij beseffen Droeve ernst van 't schimmenspel; het Leven dragen zij D'Onzichtb're fluistert haar des Lijdens noodzaak in. een oudere plant ze droog raken en bovendien de rode, verkleurde meel draadbloempjes loslaten. In sommige, latere cyathia groeien de groene wijf jes op lange steeltjes buiten de man nelijke omhelzing. In kweekvormen ko men er eerst zuiver mannelijke kwast jes, die in oudere planten als geheel afvallen met nagelaten littekens. Als er tenslotte reeds door hanteren bestuiving heeft plaats gehad, worden de groene wijfjes vruchtjes. Als U veel geduld heeft met de plant, hoort en ziet U de rijpe vruchtjes ontploffen. Tenslotte de vraag, hoe de bloemist ze met Kerstmis bloeiend kan leveren, terwijl de mooi-bebladerde oude plant in uw kamer het vertikt. Antwoord: Dat heeft een bioloog afgekeken van herfstbloemen als chrysanten e.d., die ook zgn. korte-dag bloeiers zijn. In de tropen duren de dagen niet langer dan 12 uur. Herfstbloeiers plus onze tropenplant vormen alleen bloemknoppen als de dagen korter worden of altijd zijn. Als je dus maar tijdig de dagen kunstmatig kort maakt door een poos verduiste ring, dan krijg je met Kerst bloei. Had U, Mevrouw, misschien uw oude plant 's avonds te dicht bij een lamp staan? Ja, licht werkt soms verschil lend tegenover het vegatatieve en het sexuele. En bloei past soms bij ar moede van het individu. Pedilanthas, vertaald de voetbloem, is een nichtje van Euphorbia, waarbij de (hier aparte) pseudo-bloemen groter en nog meer bloemachtig werden. De "voetjes" produceren nog meer nectar, vertrouwen nog meer op vo gels. Reclamebladen waren blijkbaar niet nodig voor de klandizie. In het oude Indië werd de plant (uit Centraal-Amerika) veel gekweekt in potten op de voorgalerij. Misschien is de bloei hier niet gewoon een kwestie van daglengte, maar sim pel van ellende, met dwingende zorg voor nakomelingen. Een zieke, ster vende plant kreeg bij mij steeds eerst nog rode voetjes. L. v.d. PIJL 17

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1979 | | pagina 17