MM M 9 INDO IN HOLLAND ZONDER HEIMWEE INTERVIEWS Veel belangstelling voor maar ook veel animo om zich voor "Kennen wij el kaar" te laten interviewen. Wij hopen dat wij ieder op zijn/haar tijd aan het woord kunnen laten en voor zover mo gelijk de meeste van deze interviews persoonlijk te kunnen maken. U kunt zich voor deze "kennismakingen" blij ven opgeven, hoe meer gegadigden hoe beter. U hoeft geen beroemdheid te zijn, noch over buitengewone gaven te beschikken om in Moesson te ko men. Voor ons tellen in de eerste plaats uw ervaringen, uw inzichten, want al pratend ontdekt u misschien bepaalde aspecten in uw leven die de moeite waard zijn door te worden ge geven aan het nageslacht. Geeft u zich schriftelijk op voor een interview en vermeldt daarbij eventu eel ook uw telefoonnummer. Wij zenden u een vragenlijst toe. Aan de hand van de beantwoorde vragen werken wij het interview uit en bellen u, indien nodig op om nog wat bij te praten. Het kan ook zijn dat wij u persoonlijk komen interviewen. Aan deze interviews werken mee Ems van Soest, Ralph Boekholt, Charles Manders en behalve ikzelf, misschien ook nog vele anderen die best zin hebben om op te schrijven wat een an der te vertellen heeft. Dat kan zoals ik in het eerste artikel al zei, iemand uit de familie, een kennis of misschien een kennis van een kennis zijn. Ook Rogier in Indonesië is bezig met interviewen. Wie doet het in Amerika, Brazilië, Australië, Canada, Spanje, de Antillen? Overal ter wereld zijn In dische mensen en abonnees van Moes son. Enfin, hoe deze kennismakingen zich zullen ontwikkelen, zal in de komende Moessons blijken. We zijn erg nieuws gierig, U ook? LILIAN DUCELLE Redactie Prins Mauritslaan 36 2582 LS 's-Gravenhage Zesentwintig jaar woont en leeft hij al in Nederland: Max Andries Paul Jonathan. Geboren in Bandoeng op 28 juni 1933, zoon van een Indische moeder en Indonesische vader. Pa Jonathan, ambtenaar bij de Staatsspoorwegen, kwam uit Depok, de oranjegezinde christelijke Indonesische besloten gemeenschap ten zuidwesten van Jakarta. Met name de oranje-gezindheid heeft een stempel gedrukt op de opvoeding van Max: hij werd de Nederlandse richting ingeduwd: geen Maleis praten, Hollandse verhaaltjes en Hollandse boekjes. Op jeugdige leeftijd werd Max al ge confronteerd met oorlog en het daaruit voortvloeiend ge brek aan materiële behoeften. Ook deze jaren van armoede, die hij met zijn ouders, broer en zus doormaakte in Depok, hebben de indentiteit van Max beïnvloed alsmede de Ber- siaptijd, die het gezin Jonathan in een kamp in Bogor deed terechtkomen. Totaal berooid kwamen zij daar uit, waarna zij naar Djakarta togen. Daar nam Pa Jonathan het besluit om naar Holland te gaan én om tevens alle banden met het verleden - zij het zon der wrok - te verbreken. In Groningen doorliep Max met succes de Zeevaart school. Vanwege een verminderd gezichtsvermogen werd hij echter later afgekeurd. Thans is hij reeds enkele jaren PTT-ambtenaar, te Amsterdam. En daar heb ik hem ontmoet. "Ben je Indo Max?" "Ja, en ik wil dat zijn ook. Maar ik ben eigenlijk geen Indo van de "eerste generatie": ik droom niet van Indië, ik heb geen heimwee en ik word niet lyrisch als ik Krontjong hoor". "Voel je je een Hollander?" "Nee, en ik wil dat ook niet zijn; Indo wil zeggen halfbloed, het om kunnen gaan met twee werelden. Ik voel me thuis in Holland; als ik bijvoorbeeld op vakantie ben kan ik heimwee krijgen". "Waardoor voel je je Indo". "Ik kan er niet omheen dat ik Indo bén. Daarom verdiep ik me bijvoorbeeld in de Indische geschiedenis d.m.v. het lezen van boeken en het voeren van gesprekken. Ik doe die dingen echter niet vanuit mijn gevoel maar zuiver ver standelijk. Verder besteed ik veel tijd aan tennis en bad minton". "Het Indo (willen) zijn zonder een emotionele band met het verleden, is dat te rijmen?" "Ik geloof wel; maar je moet niet vergeten dat ik geen prettige jeugdherinneringen heb: oorlog, armoede en een sterk Hollands georiënteerde opvoeding; dit laatste betreur ik achteraf. Maar ik ben een Indo in Holland, zonder heim wee maar met herinneringen aan het verleden." Max zittend in het midden, tussen familie in Depok op vakantie in Indonesië, zomer 1980. "Assimilatie en Integratie, Max?" "Je moet met beide benen óf in Holland óf in Indonesië staan, anders verdrink je. Je moet hier geen clan vormen. Omdat ik echter al op oudere leeftijd hier ben gekomen zal ik zelf nooit voor honderd procent kunnen assimileren." "Je hebt een Hollandse vrouw; heeft dat invloed op je Indo zijn." "Ongetwijfeld, je bent je er misschien extra van bewust dat je toch (onbewust) met een andere cultuur te maken hebt en misschien is zo'n relatie wel een rem op je Indo zijn. Met een Indische vrouw zou ik wellicht anders zijn "Je bent tweemaal naar Indonesië gegaan, waarom?" "In 1978 gewoon uit nieuwsgierigheid, kijken hoe het was. Dit jaar zijn we gegaan omdat Indonesië toevallig ons reisdoel was, geen bewuste keuze dus. Maar voor ik ging heb ik wel overwogen om een paar lessen Bahasa te volgen". "En hoe, toen je op Halim uitstapte?" "Je voelt "njeng" door je ziel, je voelt je toch thuis en ik sprak Maleis alsof ik nooit anders gedaan had." Selamat Djalan Max I RALPH BOEKHOLT 9

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1980 | | pagina 9