Leventje in de Minahassa
plèdangweg
Lang geleden tussen 1910 en 1922
woonde ik in de Minasassa. Ik had
geen broers of zusjes, dus speelde ik
met de kinderen van de bedienden.
Wat hebben wij een heerlijk vrij leven
gehad en wat was iedereen lief voor
mij.
De bedienden hadden een eigen da-
poer en als ze iets lekkers hadden ge
kookt, werd nonnie altijd geroepen om
er "stilletjes" van mee te eten. Eigen
lijk mocht dit namelijk niet van vader
en dat wisten ze wel.
's Middags gingen wij natuurlijk "sla
pen". Maar al deed ik nog zo mijn
best,, dat lukte mij niet. Stilletjes sloop
ik uit bed en ging spelen in de tuin.
De huisjongen bleef in de achtergalerij
zitten en als vader wakker werd, greep
hij altijd naar zijn sleutelbos onder zijn
hoofdkussen. Als de huisjongen het
geluid van de sleutels hoorde, rende
hij naar buiten en riep: "Non, toewan
soedah bangoen". Dan rende ik weer
naar huis en dook haastig mijn bed in.
Mijn moeder was erg bang voor paar
den. Die beesten wisten dat en ze
deden altijd vreemd als moeder bij
voorbeeld in het karretje (bendy) ging
zitten om met vader een ritje te ma-
Al een hele tijd zou ik een foto willen
hebben van een stukje Bogor (Buiten
zorg), speciaal de Plèdangweg. Aan
deze weg hebben heel wat bekende
personen gewoond, die vóór de 2e
Wereldoorlog zitting hadden in de In
dische regering, zoals bij de Algemene
Secretarie en het Departement van
Landbouw, Nijverheid en Handel (later
Economische Zaken in Batavia).
De Algemene Secretarie lag aan de
Grote Postweg, bij de bocht van de
Grote Postweg, tegenover 's Lands
Plantentuin. In de rij van dit kantoor
woonden in die tijd Dr. Rutgers, Direc
teur van Landbouw, Nijverheid en Han
del, getrouwd met mej. Van Idenburg,
een dochter van de Gouverneur-Gene
raal van Indië.
Een paar huizen verder woonde de
familie Gerke, Algemeen Secretaris.
De Soesoehoenan van Solo heeft hem
daar nog een bezoek gebracht. Hier
naast daalt de Plèdangweg af, aan de
rechterkant stond de Archipel Druk
kerij.
De Plèdangweg afdalend, naast de fa
milie Gerke, woonde eerst de familie
Koningsberger, een groot huis met op
rijlaan dat mijn grootvader, Leonard
van Houte, nog heeft gebouwd. Mijn
grootvader was landeigenaar in Tjipa-
jong en Bogor. Later heeft de familie
Erdbrink daar gewoond.
Zelf hebben we daar tegenover ge
woond, naast de familie Ermeling,
voordien een notaris.
Ons huis was een echt Indisch huisje
met een grote tuin. In de oorlog ver
brand.
ken.
Ik had van opa in Holland voor mijn
verjaardag een zadel gekregen. Dat
hield in dat ik ook een bergpaardje
kreeg en 's middags ging rijden. Mijn
moeder was zelfs doodsbang voor het
kleine makke beestje en wilde dat
Dollop (Dolf) met mij mee ging en het
paardje vasthield. Nauwelijks was ik
de hoek om of ik zette het beestje aan
en het rende er vandoor. Dollop hij
gend achter mij aan tot ik tegen hem
riep: "Toengoe disini!" Dollop ging
dan ergens langs de weg zitten en
wachtte met een engelengeduld tot ik
beliefde terug te komen. Samen kwa
men wij dan weer netjes thuis.
Opzij van onze tuin stroomde een kali.
Daar leerde ik mij zelf zwemmen
(hondjesslag) en daar viste ik met veel
animo met een zwarte draad aan een
lidie en een kromme speld met een
wurm er aan. Elk gevangen visje reeg
ik aan een grashalm en als ik er ge
noeg bij elkaar had, ging ik naar de
dapoer en vroeg aan wie daar bezig
was: "Bakar akang", en zonder mor
ren begon de bakkerij van de kleine
beestjes en kon ik smullen van de
knapperige kleine visjes.
Dan komt de spoorbrug. Als de trein
er onderdoor rijdt kan men hem volgen,
tot hij de bocht om gaat en de Prean-
ger inrijdt. Een prachtig gezicht.
Dan komen rechts achtereenvolgens,
een huis van de spoorwegen, een
groot woonhuis, de Theosofische Loge.
In het paviljoen woonde Mej. Van Hin-
lopen Labberton, referendaris bij het
Dept. van L.N. en H., verder nog een
paar grote behuizingen. In het pavil
joen van de dames Thoman (werkten
ook bij L.N. en H.) woonde de heer
Verboom, secretaris bij L.N. en H. Ver
derop Ir. Weiter, een lagere school, de
familie Begeman, een Chinese familie
(Tan Djien Tek) en verderop, naast de
Museumweg, Mr. Weiter, de latere
minister van Koloniën.
Staat men op de berm, tegenover deze
huizen, dan ziet men in de diepte de
kali Sedané. Hier gekanaliseerd. Dan,
tegenover, heel in de verte de Goe-
noeng Salak. Bij de ondergaande zon
met de contouren van de berghellin
gen en wuivende palmen is het een
prachtig gezicht. Verderop de Bantam-
merweg met Vincentiusgesticht.
Ik kan het in gedachten nog voor me
zien. Er zijn ook zoveel herinneringen
aan verbonden.
Mijn kinderen zijn in Oost Java gebo
ren en daarom zou ik zo graag dit stuk
je van mijn jeugd aan hen willen tonen
en er een foto van willen hebben. Ik
ben nu 76 jaar. Met de reizen naar In
donesië komt men hier niet langs.
Vooral deze weg, de spoorbrug en
het landschap.
F. KLUIN-JANSEN
Troelstralaan 42
9402 BK Assen
Aardbevingen hadden wij genoeg. On
ze kasten zaten met ijzerdraad aan een
haak in de houten wand vast. Als de
aardschokken begonnen riep een anak
piara mij, vlug bij haar onder een boom
te gaan staan. Mochten er scheuren
ontstaan, dan zouden de boomwortels
de aarde bij elkaar houden en zouden
wij veilig zijn>„ zei ze I
Wij hadden op een onderneming een
zwembadje en daar gingen wij natuur
lijk ook graag naar toe. Omdat het
over de weg een warme tocht was,
liepen wij door het bos. We passeer
den dan ook de mais (milo) velden
van de orang tani. Als er jonge milo
was plukten wij er enkele kolven van
en als we bij een bamboe hutje kwa
men, gingen we gezellig bij de bewo
ners zitten en vroegen of ze de milo
voor ons tegen hun houtskoolvuurtje
wilden roosteren. Dat deden ze zonder
mankeren.
Pas later, toen ik in Holland was, heb
ik mij gelukkig geprezen over al deze
liefde en vriendschap. Verbeeld je dat
je hier bij een boer kwam en hem een
lekkere appel van zijn boomgaard
voorhield en hem verzocht deze voor
je te poffen
Deze belevenissen zijn helaas zo lang
geleden.
A.S.
GEEN PASAR DALAM
TIJDENS DE PAASDAGEN
De organisatoren van de Pasar Dalam
in Rotterdam verzochten ons om plaat
sing van het volgende bericht:
Ten gevolge van de sterk verminderde
belangstelling van de zijde der deel
nemers, hebben de organisatoren van
de Pasar Dalam besloten dit evene
ment dit jaar niet te doen plaatsvinden
in "Ahoy".
De sterk verminderde belangstelling
voor deelname is mede veroorzaakt
door het grote aantal Pasars dat de
laatste jaren in den lande werd ge
organiseerd. In Rotterdam werd in 1980
zelfs vergunning afgegeven voor een
tweede Pasar.
Omtrent het al dan niet organiseren van
een Pasar Dalam in 1982 zullen de
organisatoren zich nog nader beraden;
een en ander is uiteraard ten zeerste
afhankelijk van verdere ontwikkelingen
op dit gebied.
Noot van de redactie
Gaat nu eindelijk het besef doorbreken
dat het niet gaat om de kwantiteit maar
om de kwaliteit bij zulke evenementen
als pasar malams? In deze tijd van be
zuiniging zal het publiek ook moeten
leren zorgvuldiger te selecteren, wat
goed is en wat niet. En mogen de beste
pasars het overleven.
11