Discriminatie, niet meer over praten
In deze tijd van onbegrijpelijke tolerantie ten aanzien van zaken die naar ons
gevoel absoluut ontoelaatbaar zijn, en men intolerant staat tegenover principiële,
goede begrippen, in deze warwinkel van gedragspatronen, heeft het begrip
discriminatie en racisme aan duidelijkheid ingeboet. Het bleek ook wel uit de
reacties die wij daarover binnen kregen. Kruimelgevallen, individuele spelde-
prikken die al lang weer afgewreven zijn. Vele malen het traditionele "waar we
zo goed Nederlands hebben leren spreken".
Allemaal voorbij.
Niet voorbij gaan telkens voorkomende
gevallen van te minne en verkeerde
beoordeling en wat nog erger is,
te weinig of helemaal geen aandacht,
voor datgene wat voor ons wel van
belang geacht wordt.
Voorbeeld: Ralph Boekholt is al een
poosje bezig met wat radio-zendtijd te
vragen voor een "Indisch" programma.
Niet een lachen-gieren-brullen pro
gramma, maar een serieuze opzet van
ontspanning en culturele onderwerpen
waar de Indische groep in geïnteres
seerd is. Niet in de eerste plaats ma
teriaal, hap-klaar gemaakt voor de au
tochtone Nederlander. Surinamers, Mo-
lukkers, Turken hebben hun uitzendin
gen, waarom de grootste minderheids
groep niet? "Omdat we zo goed ge
ïntegreerd zijn", dat we geen eigen
programma meer nodig hebben. Voor
ons dus alleen André van Duin, Ram
ses Shaffy en wat dies meer zij.
Ralph Boekholt blijft poekoel teroes, we
hopen het beste! Mevrouw Lebbink
Weyland reageerde op de discriminatie
met een voor haar bittere ervaring, een
financiële achterstelling in een uitke
ring die zij moet hebben, maar die door
een opzettelijk verkeerde interpretatie
van de wet haar neus voorbijgaat. Al
leen een proces tegen de staat zou
kunnen helpen, maar daar heeft ze de
middelen niet voor.
Zo zullen er nog wel vele narigheden
op naam van discriminatie geschoven
kunnen worden, maar soedah, je kunt
niet blijven dreinen.
Twee briefschrijvers hanteerden het
euvel van de discriminatie als een
knuppel om er de Indische groep zelf
mee te kastijden.
De heer J. H. Veldhuyzen uit Den Haag
schreef:
"Discriminatie en racisme zijn neti-
lige onderwerpen, bekeken uit een
enge, benauwende optiek. Waarbij
vergeten wordt dat wij Indo's in dit
opzicht ook wel boter op ons hoofd
hebben. "Wees trots op jezelf". In
mijn oren klinkt dit als anachronis
me. Waarom, waarop, waarvoor?
Omdat ik toevallig Indo ben? Voor
hetzelfde geld was ik bij wijze van
spreken als Eskimo, Tibetaan, of Rus
ter wereld gekomen. Trots zijn op
jezelf. Ligt hierin niet de kiem van
racisme en discriminatie? Niet één
Indo zal zich beledigd voelen wan
neer men hem voor Zuid-Amerikaan
of Zuid-Europeaan zou verslijten.
Wel, als men hem voor een Indone
siër of Surinamer zou houden. Is dit
geen vorm van racisme of discrimi
natie?
Ik moet bekennen dat ik jaren ge
leden zelf ook furieus werd als men
mij voor een Indonesiër hield. Totdat
ik mezelf in de spiegel bekeek. Mijn
God, uiterlijk bén ik gewoon een In
donesiër! Waarom kijken we toch
zo neer op het Indonesisch deel in
ons? In plaats van trots te zijn op
onszelf, lijkt het me beter ons be
wust te zijn van ons Mens-zijn en
van het onmenswaardige van racis
me en discriminatie."
Veldhuyzen doet een aantal prijzens
waardige en zeer humane uitspraken,
maar als repliek op het onderwerp
dat wij aansneden, slaan ze nergens
op. Dat Indo's neerkijken op het Indo
nesische deel in zich, komt voor, maar
we hebben het nu over het feit dat de
(autochtone) Nederlander tot op heden
het verschil niet weet tussen een In
dische Nederlander en een Indonesiër.
De discriminatie zit 'm niet in het feit
dat hij zich in de uiterlijke kenmerken
vergist (V.'s persoonlijke ervaring!),
maar dat die Nederlander zich nooit
de moeite genomen heeft - opzettelijk
of uit gebrek aan ontwikkeling - om
zich in de staatkundige positie van die
twee te verdiepen.
Als V. trots op een eigen identiteit niet
nodig acht, dan spreekt hij wel voor
zichzelf. Van eigen-trots heeft hij, ge
zien zijn uitspraken, totaal geen last.
Trots op ons Mens-zijn hoeft niet uit
te sluiten dat men nog prijs stelt op
een eigen identiteit. Het is zelfs nood
zakelijk! Beslist zijn Russen, Eskimo's,
Brazilianen en Indonesiërs er trots op
dat ze Russen, Eskimo's, Brazilianen
en Indonesiërs zijn. Dus mogen Indo's
er ook trots op zijn Indo te zijn en
hoeven ze het niet te accepteren dat
men hen "voor het gemak" maar ver
slijt voor Indonesiërs!
De heer Cramer haalt in zijn brief fel
uit naar de landen die gedoodverfd
staan als discriminatie-landen van de
bovenste plank: Amerika, Zuid-Afrika,
en doorbreekt met één karateslag de
"enge optiek" van de heer V.
"Wat denkt U dan van die 90%
Indo's in de hele Westerse wereld,
geassimileerd in Amerika en Canada
en Australië, wat als dapper wordt
beschouwd, in vergelijking met de
Indo die van de wieg tot het graf
beschermd, de concurrentie aandurft
Discriminatie
Verwerpelijk, smerig, onfatsoenlijk, maar
helaas gewoon
En zolang mensen in huidskleur verschillen
Anders denken, anders doen
Past discriminatie in ons vaandel, en voert
de boventoon
De Nederlanders discrimineren vele keren
Maar ook de Indische Nederlanders
Schijnen zich op discriminatie te willen
abonneren
Discriminatie is er over en weer,
keer op keer
En niemand schijnt van elkaar te kunnen,
en willen leren
Misschien wel door onbegrip,
afgunst of haat
Zijn wij mensen tot de vreselijkste
dingen in staat
Discriminatie, Racisme, Fascisme,
Anti-Zionisme
Ik geloof dat niemand hier zich kan
verschonen
Omdat wij allen hier onze menselijke aard
tonen
Want hoe groot is hier niet onze
Jappen- en Moffenhaat
Allemaal discriminatie, als het er om gaat
Discriminatie, de mens staat paraat.
MAKKINJE
tegen een geweldige overmacht Hol
landers.
Volgens U gediscrimineerd, of ge
tolereerd, soms geïntegreerd, of ge
woon "wil niet!", principieel niet? Die
niet de minste interesse hebben, of
hebben gehad en nooit zullen heb
ben voor het Moedervolk, ons Moe
dervolk. Voor cultuur (die gamelan,
die wajang, die doen me niets!), voor
adat (Hasan-Hoesain, Garebeg, Idul-
fitr, wat is dat?) en voor de taal.
Als die belanda al discrimineert door
gebrek aan belangstelling voor de
Indo of voor Indië, wat zijn wij dan?
Wat zijn WIJ dan waard die onze
moeder verraden, tenzij ze een "So-
lo'se Prinses" is en geen keuken
prinses!"
Er zit een kern van waarheid in de
bewering van C. (en ook wel van V.),
maar is het nodig om dan maar alle
Indo's meteen op één grote hoop bij
een te sapoe-en en op het achtererf
te verbranden?
Als we in die 350 jaar koloniale tijd
werkelijk zo gediscrimineerd hebben
en het nog doen, dan moet het voor
V. en C. een troost zijn dat we er be
hoorlijk voor gestraft zijn: We zijn im
mers voorgoed uit ons geboorteland
gegooid? En dat gebeurde notabene
25 jaar vóórdat Loes Nobel haar "Ge
broken Rijst" schreef! Een aantal ver
halen van de meest morbide strekking,
griezelverhalen over geestelijke en
andere wreedheden die blank en min
der blank, de niet-blanken aandeden.
Echt gebeurd hoor, discriminatie van
het meest ellendige soort, die iedere,
weldenkende Indischgast het schaam
rood op de kaken zal hebben gebracht.
Geen wonder dat er, in Nederland ge
komen, ogenblikkelijk een berg vries-
(lees verder volgende pagina, 1e kolom)
4