BEN HANSSENS:
Tempo Doeloe is meer dan eten
"Wie heeft zovele elementen in zich? Wie heeft een eet
cultuur die nog verfijnder is dan de Franse keuken? Daar
ben ik trots op en datgene waar ik trots op ben wil ik ook
uitdragen. Mijn moeder, Opfel van haar meisjesnaam, is
in Djokja geboren. Tot '49 heb ik op lagere school 'Vincen-
tius op Kramat gezeten waarna ik in Soerabaja aan de
HBS begon, die ik na het vertrek in 1950 in Holland verder
afmaakte. In Nederland, waar we werden opgevangen in
een voormalig concentratiekamp nabij Goirle, doorliep ik
vervolgens de Hogere Hotelschool te Maastricht. Dat was
altijd al een ideaal van mij geweest.
Ik heb een normale fijne Indische jeugd gehad met al het
normale kattekwaad zoals het via het raam weglopen
wanneer je ouders rusten. Ik ben blij met de Indische
opvoeding en ik tracht die ook uit te dragen naar mijn
twee kinderen.
Tijdens de oorlog heeft mijn vader vastgezeten en mijn
moeder stond toen helemaal alleen voor de opvoeding van
11 kinderen. Ik heb daar nog steeds grote bewondering
voor. Wat ik me nog goed herinner van Indië zijn de spook
verhalen. Ik ben nog steeds een beetje bang'.
Aan het woord is Martinus Robert Hanssens (Ben voor
bekenden), 28 december 1936 in Soerabaja geboren. Zijn
vader, vroeger werkzaam bij de Spoorwegen, was van
Deense afkomst. Tenminste wat ik er van begrepen heb.
In 1956 is Ben op de Willem Ruys op een reis naar Java
tijdelijk hofmeester geweest. Tijdens zijn militaire dienst
in Ermelo was hij barkeeper in het officiershotel. 'Daarna
ben ik naar Nieuw Guinea gegaan waar het Gouvernements
hotel een beheerder zocht. Ik was daar eenoog die voor
alles zorgen moest. Het was een fijne tijd maar helaas heb
ik moeten constateren dat de Indo's er niet broederlijk
waren. Ze stonden vaak naast hun schoenen. Blaga.
In 1962 ben ik naar Holland teruggegaan maar niet voor
lang. Australië trok me aan. Daar heb ik in het Hilton
gewerkt. Een poging om Indische winkels te beginnen
mislukte omdat de afstanden er zo groot waren en omdat
er vrij weinig Indo's woonden. In '63 trouwde ik met de
handschoen met Yvonne Maria Pasto-
ra, 14 juni 1940 in Tasik Malaya gebo
ren. Haar heb ik na mijn terugkomst
uit Nieuw Guinea in Holland leren
kennen. Min of meer impulsief zijn we
toen in 1967 weer naar Holland terug
gegaan waar we tot nu toe zijn blijven
hangen. Na een mislukte poging om
samen met een vriend een restaurant
op te zetten zijn we met weinig op
nieuw beginnen op te bouwen. Eerst
als manusje van alles in de Hema in
Amsterdam. Toen een tijdje met mijn
broer een importzaak in veevoeders.
Ook dat viel tegen en ik had heimwee
naar mijn oude beroep. Een mooie
kans kreeg ik toen ik bedrijfsleider
werd van het gerenommeerde restau
rant 'Kasteel Maurick' in Vught. Ik
hield toen echter te weinig tijd over
voor mijn gezin en daarom heb ik dat
gekapt. Ik ben toen terecht gekomen
bij de civiele dienst van het Rode
Kruis. In 1975 kwam toen datgene
waar ik nu nog met plezier mee bezig
ben: toko Tempo Doeloe. Geen res
taurant maar een Indische winkel. Hard
werken, weinig geld en vertrouwen
kweken bij de leveranciers is een
succesformule gebleken. Nu werk ik Gaandeweg wordt
met zes man en ik heb geleerd dat thousiaster
24
Tempo doeloe leeft opgewekt voort in Ben Hanssens en zijn gezin.
niet belangrijk is wat je doet maar hoe je het doet'.
Dit laatste is inderdaad waar.
De winkel van Ben ziet er goed uit, een rijke sortering en
uitstekend (meeneem)-eten, dat hoofdzakelijk bereidt wordt
door Yvonne. Een oorkonde van de 'Cercle des Gourmets
de Bois Ie Due als waardering voor hun culinaire vond-
sten, moge daarvan mede een getuige zijn.
Het huis van de Hanssens is Indisch
te noemen: Niet slordig, niet te netjes,
geen luxe, niet steriel, Indische wand
versieringen, pisang goreng op tafel
en countrymuziek op de achtergrond.
Pratend over Indo's en hun toekomst
is Ben - zoals de meesten - aanvanke
lijk wat pessimistisch maar gaande
weg wordt hij steeds enthousiaster.
'Echte Indo's sterven uit en nieuwe
Indo's worden niet meer gemaakt'. Dit
klinkt even banaal maar hij heeft wel
gelijk. Vermenging levert geen pro
blemen meer op. 'De Indische eet
cultuur zal wel blijven bestaan. Dat
zie ik aan mijn klanten. 60% is Hol
lander. Indische eetgewoonten moeten
ook door jongeren en aan jongeren
uitgedragen worden. Voor een Hol
landse schoonzoon die niet van heet
eten houdt worden bijvoorbeeld spe
ciaal aardappels gekookt. Dat is fout.
Je moet hem leren heet te eten. Doe
je dat niet, dat doe je je eigen cultuur
te kort. Hier in Holland krijg je een
evenwicht tussen het harde westerse
en de charme van het oosten. Aan
passen houdt echter het risico in dat
je overdonderd wordt en daarvoor
Ben steeds en- moet je uitkijken. De Indo moet Indo
blijven maar het is jammer dat er geen