INDISCH
FAMILIE ARCHIEF
met Rademaker, O'Herne en Busselaar.
O'Herne had de bijnaam van "tètèng".
Zijn vader had een zaak, hij was een
Fransman van Ierse afkomst, gehuwd
met een vrouw van het land. Hij woon
de in de naar hem genoemde Gang
O'Herne.
Louis Busselaar, zoon van de land
meter, die mijn vader goed kende, nog
van Banjoemas, had een zuster Hor-
tense, die Stans werd genoemd en
later de vrouw werd van Generaal van
Rietschoten.
Herman en Wouter Harten waren zeer
goede vrienden, over wie ik aparte
verhalen kan schrijven. Herman bracht
de kerstvakantie bij ons op Malebari
door en maakte eens met mij een
tocht naar de top van de Merbaboe.
De prettigste leraar, die mij altijd prees
en mij ten voorbeeld stelde voor Engels
en Frans was de heer Stein. Wie hem
voor het eerst zag, werd getroffen door
zijn bijna kwaadaardig uiterlijk. Hij had
een dik gezicht met een snor en zag
er heel deftig uit. O wee als hij het
land aan iemand had, maar ik stond
zeer in zijn gunst. Hij werd door de
jongens wel eens geïmiteerd. Als hij
iets hoorde - achter zijn rug, want
iedereen sidderde voor hem! - keerde
hij zich plotseling bliksemsnel om en
gaf de schuldige met barse stem een
taak op: "Honderd regels van ELK
synoniem van nadoen. To mimic, to
imitate, to ape: "I shall not mimic my
teacher. I shall not imitate my teacher.
I shall not apeenzovoort.
De heer Hagebeek, leraar Nederlands,
was meen ik in Barneveld directeur
van een instituut geweest. Hij was nog
niet zo lang in Semarang en moest zich
nog aanpassen aan Indische toestan
den. Hij vond het prettig te horen dat
mijn leraar Nederlands op de Hilver-
sumse H.B.S. de bekende dichter Dr.
Frans Bastiaanse was geweest.
De heer Tjeenk Willink, een grote for
se man met een baard, was een huis
vriend van mijn neef Dr. Benjamins,
terwijl de heer Z. Stokvis, die buiten
zijn leervak kenner was van de Rus
sische taal, een broer had die hoofd
redacteur was van de Locomotief, toen
het grootste dagblad van Midden-Java.
Toen de heer Tjeenk Willink terug
keerde naar Nederland kwam in zijn
plaats de heer Luyten, vader van een
zeer dik zoontje. Deze heer had een
grote hekel aan jongens die met een
echt Indisch accent spraken of typisch
Indische gezegden bezigden. Vooral
het antwoord "H'eh (naar mijn poging
tot fonetische weergave misschien het
best zo te benaderen) kon hem in
woede doen ontsteken, "ik wens hier
geen "h'eh" meer te horen! Wat is
dat voor een antwoord? Wat betekent
het?" en als de aangesprokene ant
woordde: "Dat betekent JA, meneer!"
voer hij uit: "Nonsens, het betekent
niets! Als je ja wilt zeggen, dan zeg
je ja. Als je nog eens "h'eh" zegt, jaag
ik je van school af!" Over autoritair
optreden gesproken! "Te lauw om be
hoorlijk ja te zeggen!" mopperde hij na.
De leraar geschiedenis had geen rust
of duur in de tropen en moest wegens
zenuwen terug. In zijn plaats kwam de
heer F. Stapel, een bekende figuur in
de Indische samenleving. Behalve ta
len was geschiedenis mijn lievelings
vak. De heer Stapel was auteur van
een omvangrijke "Geschiedenis van
Nederlandsch-lndië".
Tot zover dit fragment uit de Indische
herinneringen van mijn broer. Kort voor
zijn dood in 1963 hield hij voor het
Haags Instituut voor Volksontwikke
ling een drukbezochte lezing over
Tempo Doeloe.
Leraren uit het oude, "koloniale" Indië,
toen nog Nederlandsch-lndië, ze heb
ben denk ik allen het beste met hun
onderwijs voorgehad. De een slaagde
daarin op betere wijze dan de ander.
Hun taak was het immers de jonge
mensen in Indië de Westerse scholing
bij te brengen. De mede-scholieren, in
dit stuk genoemd, hebben daar hun
nut mee gedaan, de een ook alweer
anders dan de ander. Het was immers
de tijd van het individu, het was het
mooie tijdperk dat geen oorlog had
gekend, de "Belle Époque". Mijn eigen
schooltijd viel net na de Eerste We
reldoorlog en aan dit onderwijsprincipe
was niet veel veranderd. Ik herinner
mij hoe juffrouw Berkeljon uit Salatiga
ons haar paradepaardje voostelde, de
13-jarige dochter van de directeur van
het postkantoor, die pas uit Den Haag
kwam. Ze heette Jetty, haar achternaam
weet ik niet meer, maar ze werd ons
ten voorbeeld gesteld om haar prach
tige uitspraak. Ze was beslist geen
totok, maar een Indisch meisje met
koelit langsep. "Laat nu deze klas eens
horen, hoe je woorden als zaterdag,
zuidelijk, zomerwind, Zuiver uitspreekt,
Jetje?" en Jetje rechtte haar rug en
zei met een airtje van overwicht: Za
terdag, Zuidenwind, Zomerdag". "Ho
ren jullie het meisjes, die Zachte Z?"
riep de juffrouw met blosjes van triomf,
gemengd met ergernis. "En nu jullie!"
"Saterdag, Suidewind, somerdag!"
klonk het in koor, waarbij blank in
scherpte van sisklank niet voor bruin
onderdeed.
"En laat ze nu eens horen, wat jij doet
met de letter d, lieve Jet". "MaanD,
honD, woorD, ronD", zei Jetje en
gooide haar hoofd achterover in supe
rieure taalbewustheid. Er werd in de
klas gegiecheld, wat Berkeljon, klein
en rond, geërgerd deed blozen. "Stil
daar, probeer jullie het haar maar na
te doen met jullie scherpe t." En
prompt klonk het "Maant, hont, woort,
ront," terwijl een durfal er bovenuit
riep: "Hoe dan, maande, honde, woor-
de, ronde?" ze werd de klas uitge
stuurd. Erg veel succes had dit experi
ment niet. In 1947 hoorde ik tot mijn
stomme verbazing een Indisch me
vrouwtje tot de groenteboer zeggen:
"Heeft u van die mooie gouDrenetten?"
Het klonk als gou-drenetten en ik
vroeg mij af of dit misschien Jetje kon
Vreelandsestraat 14
2574 RX DEN HAAG
geopend voor bezoekers elke zater
dag van 08.00 tot 13.00 uur.
Afspraak uiterlijk donderdags.
Telefoon 070 - 65 50 68
Het Indisch Familie Archief is ge
durende de gele maand augustus
gesloten i.v.m. de vakantie.
zijn in verouderde editie
Maar in ernst, wij leerden ABN en dat
stond niet voor een Bank, maar voor
Algemeen Beschaafd Nederlands, zoals
dat in Nederland alleen door de "be
tere kringen" gesproken werd. Ik be
doel hier dan niet de adellijke milieu's.
Het Haegs dat freules spraken was
gemaniereerd. Als het Nederlands
goed gesproken wordt, kan het heel
mooi klinken. En d i e taal wilden ze
ons daar op de scholen leren. Hoe
werd er ook gelet op de klemtoon.
Juffrouw Leefers was een echte In
dische, maar ze liet ons trots het por
tret van haar vader zien, het kon een
broer zijn van Jacques Perk. "Meisjes,
niet giechelen, als je lacht, doe het dan
ronduit. Let op de klemTOON, het moet
klèmtoon zijn. En doe je best op de
wederkerende werkwoorden."
Hoe vaak heb ik daar niet aan ge
dacht, als ik iemand hier op de TV
hoorde zeggen: Hij kwam binnenLO-
PEN of andere verkeerde nadruk. En
hoe moet ik die wederkerende werk
woorden tot mijn eigendom hebben ge
maakt, dat ik rillingen kreeg als ik
hoorde of las: Hij overgaf de papieren.
Het diploma kon hij niet overLEGGEN.
Met moest de zaak OVERIeggen. Dan
schenen die schimmen op te rijzen van
onderwijzeressen daar: Fout! Het was
soms niet om aan te horen, als iemand
zei: Ik aanhoorde de muziek
'isitt/fflt,
Eenvoudig, praktisch
overzichtelijk.
Prijs f 14,50 f 2,10 porto
Wij hebben veel Indonesische
ontspanningslectuur en geregeld
FEMINA en KARTINI.
21