DE RECHTSGELDIGHEID VAN DE INDONESISCHE AKTE VAN DEKENDHEID IN NEDERLAND Sinds 1965 heb ik enige honderden akten van bekendheid (meestal: inzake ge boorte) vertaald, het merendeel afkomstig van Indonesiërs/Molukkers, maar ook wel van gerepatrieerden van de Nederlandse nationaliteit wier geboorte-akten in de Japanse tijd verloren waren gegaan. Tot voor kort had ik over mijn ver talingen nooit van de betrokkenen een klacht vernomen; alle akten van bekend heid waren dus blijkbaar door de betrokken ambtenaren van de Burgerlijke Stand geaccepteerd. Zo kwam hier in Doetinchem in 1978 de heer J. G. H. Kniest bij mij met een akte van bekendheid inzake de ge boorte van zijn Indonesische vrouw. De vertaling van haar akte werd door de Doetinchemse ambtenaar van de Burgerlijke Stand, H. C. Weenink zon der meer geaccepteerd. Wie schetst mijn verbazing, toen de zelfde heer Kniest mij kort geleden be richtte, dat de akte van bekendheid inzake de geboorte van zijn schoon zuster, Mevr. Titing Sukarni, die ik op 30 april j.l. had vertaald, was gewei gerd door dezelfde ambtenaar van de Burgerlijke Stand, de heer Weenink, met als motief, dat de akte maar door twee getuigen was ondertekend. "Dat moeten er vier zijn volgens artikel 59 van het Ned Burgerlijk Wetboek", al dus de heer Weenink, die vervolgens de heer Kniest met 3 van zijn familie leden naar de kantonrechter in Ter- borg stuurde om "volgens de gelden de wettelijke bepalingen" alsnog een geldige akte van bekendheid door de rechter op grond van vier beëdigde getuigenverklaringen te laten opmaken. Ik heb mij vandaag (15-7-1981) telefo nisch verstaan met Mr. J. Kampers, ambtenaar van de Burgerlijke Stand in Amsterdam, tevens voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Amb tenaren van de Burgerlijke Stand. De ze zei mij nadrukkelijk: "Eigenlijk heeft de heer Weenink, die ik wel ken, min stens half gelijk, want ik heb geen ho ge pet op van wat er aan akten van bekendheid uit Indonesië komt. De twee getuigen hebben het meestal maar van horen zeggen. Daar staat tegen over, dat ik persoonlijk akten van be kendheid, ondertekend door twee In donesische getuigen, als regel wèl ac cepteer, als de betrokkene van de In donesische nationaliteit is, en wel om dat voor personen van de Indonesische nationaliteit niet het Ned. Burgerlijk Wetboek, art 59 geldt, maar het In disch Burgerlijk Wetboek art. 72". Daarop las de heer Kampers dat artikel mij voor. Het luidt: "Degene der aanstaande echtgenooten, die buiten de mogelijkheid mogt zijn om zijne geboorte-acte, bij het eerste lid van het vorige artikel vereischt, te vertoonen, zal zulks kunnen aanvullen door eene acte van bekendheid, af gegeven door het hoofd van plaatselijk bestuur van zijne geboorteplaats of woonplaats, op de verklaring van twee getuigen van het mannelijk of vrouwe lijk geslacht, bloedverwanten of geene bloedverwanten zijnde". Deze verklaring zal inhouden de ver melding van de plaats en, zoo moge lijk van het tijdstip der geboorte, mits gaders de oorzaken die beletten om eene acte daarvan over te leggen. Het gebrek eener geboorte-acte zal ook kunnen worden verholpen, hetzij door eene dergelijke, doch beëdigde verklaring, afgelegd door de getuigen, welke bij de voltrekking des huwelijks moeten tegenwoordig zijn, of wel door eene bij den ambtenaar van den bur gerlijken stand afgelegde beëdigde verklaring van den aanstaanden echt genoot, houdende dat hij zich geene geboorte-acte of acte van bekendheid kan verschaffen. In de huwelijks-acte zal van de eene of andere dier verklaringen melding worden gemaakt", aldus art. 72 van het "Indisch Burgerlijk Wetboek" (een term uit mijn studententijd, die ook werd gebruikt door Mr. Kampers). De conclusie is, dat als een ambtenaar van de Burgerlijke Stand moeilijk gaat doen over een Indonesische akte van bekendheid van iemand van de Indo nesische nationaliteit, het zijn nut kan hebben hem te wijzen op art. 72 van het Indisch B(urgerlijk) W(etboek), dat krachtens bepaalde overgangsbepa lingen, getroffen door de Republiek In donesia in 1945, wel degelijk van toe passing is op personen van de Indo nesische nationaliteit. Betreft het daar entegen een akte van bekendheid van een gerepatrieerde van de Nederland se nationaliteit, dan kan voorafgaand overleg met de betrokken ambtenaar van de Burgerlijke Stand nuttig zijn, omdat men anders misschien vergeefs het vertaalhonorarium betaalt aan een Ned. beëdigde vertaler. Heeft men de akte aan de ambtenaar getoond en ge vraagd: Gaat U ermee akkoord dat ik deze laat vertalen, dan zit men waar schijnlijk goed, als de ambtenaar zegt: "Ja, vertalen maar". Ingeval een Ned. ambtenaar van de Burgerlijke Stand toch een Indone sische akte van bekendheid van ie mand van de Indonesische nationali teit mocht weigeren, ook al wordt deze overgelegd in de vorm van een rechts geldige Ned. vertaling, eventueel met verwijzing naar het Indisch BW, artikel 72, dan kan het dienstig zijn de be trokken ambtenaar beleefd te verzoe ken deze kwestie te checken bij de bovengenoemde Mr. J. Kampers tel. 020-22 01 32. Hoe omstreden overigens ook de In donesische verstotingsbewijzen nog steeds zijn, moge blijken uit het feit, dat dezelfde ambtenaar Weenink eiste, dat een door mij op 1 mei j.l. gemaak te vertaling van een verstotingsbewijs van dezelfde Mevr. Titing Sukarni, werd opgestuurd naar de Indon. Am bassade in Den Haag om te laten con troleren "of de echtscheiding wel de finitief was". Het slot van het liedje was, dat de Indon. vertaler van de Ambassade, de heer S. Haditjaroko geheel argeloos, maar tamelijk ge brekkig mijn vertaling hier en daar her schreef, maar de meest kritieke punten onder rubriek X ("Haar reeds gepas seerde wachttijd" en "Hoe verliep haar wachttijd") vrijwel letterlijk van mij overnam. Als men weet dat na de wachttijd van 100 dagen de verstoting niet meer herroepen kan worden en de scheiding" dan dus definitief is in getreden, (wat ik er altijd bij vermeld), dan zal men begrijpen, dat de "ver beterde" vertaling van de heer Hadi tjaroko (die o.m. echtscheiding, een Europees juridisch begrip verwart met "verstoting", een Islamitisch begrip) een slag in de lucht was. Deze ge brekkige petjo-versie werd wèl geac cepteerdomdat er een stempel van de Indon. Ambassade op stond Ook in dergelijke gevallen kan het dienstig zijn de betrokken ambtenaar te verzoeken zich over de vertaling van een Indonesisch verstotingsbewijs (meestal afgegeven op verzoek van de betrokken Indon. vrouw) eerst eens te verstaan met Mr. J. Kampers, die In disch jurist is I Deze vertelde mij, dat er nogal wat reserves bestaan aan de kant van de Ned. ambtenaren van de burgerlijke stand ten aanzien van verstotingsbe wijzen, omdat het in Marokkaanse, Turkse, Indiase en Pakistaanse ver stotingsbewijzen inderdaad meestal moeilijk is te zien of de "echtschei ding" (lees: verstoting) wel definitief is. In dit verband prees Mr. Kampers de duidelijkheid terzake van de Indon. verstotingsbewijzen. Drs. H. D. VAN PERNIS Indonesische lectuur (Bahasa In donesia) in prijs variërend van f 7,50 tot 17,50 Indonesisch op reis - Omgangs taal, uitspraakgids en woorden lijst (Elseviers Taaikompas) f 9,90 2,10 porto Reisgids Indonesië (Kosmos) - door mevr. H. Heldring en A. E. Wouters f 17,90 2,10 porto Indonesië (Elseviers Reiskompas) - Practische tips, stads- en streekbeschrijvingen f 9,90 f 2,10 porto Wat en hoe Indonesisch (Kos mos) - woorden, zinnen, informa tie voor vacantie in Indonesië 8,20 2,10 porto BOEKHANDEL MOESSON 6

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1981 | | pagina 6