WAAROM KAJOEPOETIH GROEN IS
Nee lezer, dit is geen legende, maar het ware verhaal hoe kajoepoetih aan z'n
groene kleur komt. Laat ik bij het begin beginnen. Mijn gids in kajoepoetihland
was Ismail Bega, een rasechte Boeroenees. Want hier komt de meeste kajoe
poetih vandaan, Boeroe bij Ambon, het land van Bep Vuyk. Laat ik beginnen
met iets over de boom te vertellen. Kajoepoetih betekent "wit hout". Inderdaad
zit er een pietsie wit aan de boom, maar om te spreken van wit hout is wel wat
overdreven. Hoogstens zou het de moederboom moeten zijn, want deze zien er
inderdaad nogal bleekjes uit, maar dat komt omdat de bast'er meestal groten
deels af is.
Moederboom, de naam is gevallen. Men spreekt daar namelijk van de moeder
boom en de anakans. De wortels van de moederboom verspreiden zich als de
baleinen van een pajong om de boom heen. Na enkele tientallen meters ontstaat
een anakan, ook bij de andere wortels. De wortels gaan verder, de pajong
wordt steeds groter. Weer ontstaat na enkele tientallen meters een anakan.
En dat gaat zo maar door. Hoeveel anakans er van één moederboom kunnen
komen weet ik niet, maar het zijn er heel wat. En al deze anakans blijven met
de moederboom verbonden. Zelfs zouden, als door één of andere oorzaak een
wortel zou afbreken, alle anakans die aan de wortel vastzitten, afsterven. Maar
ook wanneer de moederboom omgekapt zou worden sterven' de anakans die
door deze moederboom worden gevoed, af. Het omkappen van een moederboom
staat daar dan ook vrijwel gelijk aan moord. De anakans kunnen ongestraft
worden omgekapt, maar van de moederboom moet men afblijven.
Hier hebben de Australiërs voor de
oorlog dan ook dankbaar gebruik van
gemaakt. Voor hun noodvliegvelden
hebben zij tussen de moederbomen
door hun landingsbanen aangelegd, er
zorgvuldig voor wakend de moeder
bomen niet te beschadigen. Deze lan
dingsbanen werden niet verhard, dit
was niet nodig, Het netwerk van wor
tels zorgde er wel voor dat de grond
niet kon verzakken, terwijl een half
uur na de hevigste bui de grond weer
even droog was als voor het begon te
regenen.
Zelfs al was de moederboom door de
bliksem getroffen en eerder zwart dan
wit zag - ja zelfs in tweeën gespleten -
dan nog bleef men van deze moeder
boom af.
Zo gevoelig als de anakans voor het
wel en wee van de moederboom waren,
zo ongevoelig waren zij - en ook de
moederboom - voor brand. Na een
brand - waarbij het hele eiland op één
grote fakkel leek - bloeiden de anak
ans nog weelderiger dan voorheen.
Kwade tongen beweren zelfs dat als
zo'n brand wat lang uitblijft, kajoepoe-
tih-eigenaren zelf het vuurtje aanste
ken, waarna ze hun concurrent van
brandstichting beschuldigen. Zij een
overvloedige oogst, en hun concurrent
in moeilijkheden.
Wanneer de bomen in brand staan is
het 's avonds een prachtig gezicht. De
heuvels worden door het vuur afge
tekend. Maar o wee wanneer het vuur
onze kant uitkomt.
Dat is mij eens overkomen. Het vuur
kwam steeds dichterbij en de brand
was niet te stuiten. En hier heeft Is
mail mij ook iets geleerd. In een kamer
van onze bijgebouwen had ik tientallen
liters benzine en honderden liters pe
troleum opgeslagen voor de motoren,
nodig om de zenders te voeden.
Ofschoon de brand langzaam naar het
radiostation toekwam bleef Ismail ogen
schijnlijk doodkalm terwijl ik bloed
8
stond te zweten. "Toenggoe doeloe",
zei hij.
"Waarop?" vroeg ik.
Tot we zeker weten dat het vuur wer
kelijk deze kant opkomt", zei hij.
Toen dit inderdaad zo bleek te zijn
begon hij de alang-alang vlak bij de
bijgebouwen in brand te steken.
"Een begin-vuurtje is gemakkelijk in
bedwang te houden", verduidelijkte hij.
Dit was zo - we hadden er niet de
minste moeite mee. Op veilige afstand
ontmoette ons vuurtje de brand. Nog
één grote steekvlam en alleen zwart
geblakerde grond bleef over. Later
heb ik dit foefje op Sentani (Nw. Gui
nea) nog enkele malen toegepast. Ook
hier honderden liters dieselolie en me
tershoge alang-alang om het radio
station. Het heeft altijd geholpen.
Maar nu terug naar de kajoepoetih.
Voor de bereiding gebruikt men de
bladeren van de anakans. Vrouwen
ritsen deze bladeren af en deponeren
ze in een mand op hun rug. Is de mand
1. houten ketel voor de bereiding van de
kajoepoetiholie. 2. bakstenen oven. 3. hout
vuur. 4. roodkoperen kepala ketel. 5. spi
raalvormig gebogen pijp in drum met water.
6. water emmer met fles.
Moederboom van de kajoepoetih met ana
kans bij de wortels, die ongeveer een 1/2
meter onder de grond blijven.
vol dan worden de bladeren in de
"ketel" gegooid. Deze ketel is geheel
van hout gemaakt en lijkt op een wat
groot uitgevallen harington. Volgens
Ismail, maar ook volgens de eigenaar
van de ketel is ook de bodem van
hout gemaakt. Dit nu lijkt me haast niet
mogelijk. Deze ketel staat op een bak
stenen oven, net zo één als van onze
kokki in de dapoer, alleen enkele ma
ten groter. Er onder wordt een flink
vuurtje gestookt.
Want de bladeren - waar ondertussen
water is bijgedaan - moeten aan de
kook worden gebracht. Maar aan de
ketel is veel meer te zien. Bovenop de
ketel zit een roodkoperen kop, de z.g.
kepala ketel. En hier volgt dan iets
waar vele autobezitters van dromen.
Het prijsverschil tussen een nieuwe
en een oude, goed "ingelopen", kepala
ketel is vele malen groter dan het
prijsverschil tussen een nieuwe auto
- zo uit de showroom - en een 10 jaar
oud model, alleen precies andersom.
Een oude goed ingelopen kop, dus
zonder gaten of andere beschadigin
gen, is zijn gewicht in goud waard. En
toch, bekijken we zo'n kop van binnen
dan worden we misselijk van al dat
groen, kopergroen oftewel warangan
als ik me niet vergis. Gaat er bij U een
lichtje branden? Juist, dit kopergroen
is de oorzaak van de groene kleur van
de kajoepoetih.
Een nieuwe kop geeft witte, nou ja wit
te, het lijkt eerder wat op klapperolie,
kajoepoetih, en witte kajoepoetih kun
nen ze aan de straatstenen niet kwijt.
Vandaar de hoge prijs van de gebruikte
kop. Verder is het het gewone destil-
leer-proces. Een spiraalvormige rood
koperen buis in een drum met water
geplaatst om de kajoepoetih-dampen
af te koelen. Onderaan de drum komt
de pijp er nog een stukje uit. Hieruit
druppelt de kajoepoetih in een dood
gewone vierkante bolsfles die in een
emmer met water is geplaatst. Maar
deze bolsfles is niet zo gewoon als
die er uit ziet. Onderaan de fles heb
ben zij opzij een klein gaatje van een
4 5 milimeter geboord. Hierdoor zit