RIJSTTAFEL I Rijsttafel I Nederland herdacht dezer dagen het feit, dat het 200 jaar geleden is, dat er tussen Amerika en ons land diplo matieke betrekkingen werden aange knoopt. Om deze gebeurtenis feestelijk te herdenken, nodigden Nederlandse diplomaten Amerikaanse diplomaten uit om gezamenlijk een rijsttafel te nut tigen. Dit wekte de woede op van de heer Th. Joekes, VVD-lid van de Twee de Kamer, omdat de rijsttafel het sym bool van ons koloniaal verleden zou zijn. Je moet er maar opkomen Hij ontwikkelde de volgende ingewikkelde stelling dat "het eten van een rijst tafel bij een officiële gelegenheid in een land dat eens zelf een kolonie was en daar nog slechte herinneringen aan heeft, een betreurenswaardige zaak is". Hij voegt daar de waarschuwing aan toe, dat men bij de volgende her denking over 100 jaar niet opnieuw de Amerikanen met een overheerlijke rijsttafel beledigt"Who me?", vraagt de onthutste Amerikaan, al smikkelend aan zijn saté. RIJSTTAFEL II "Als een Hollander iemand echt wil trakteren denkt hij het eerst aan een rijsttafel. Leuk toch Daar hoef je geen prachtige woorden als encultura- tie of assimilatie meer bij te verzinnen. Ik denk dat meneer Joekes een lief hebber zou zijn van roedjak van Bibik Dingklik In dit land van langgezichten was dit eventjes 'heerlijk Hollands grinniken'. a LIZ POLLING APPELS Laten we het nu even over appels hebben. Telkens als ik een appel eet (en dat is niet vaak, alleen voor roe djak) dan slik ik iets vervelends weg. Want was het niet de appel die ons via Eva in de ellende heeft gestort? Liever geen appels dus. En ook geen mandarijntjes, want de lekkere komen uit Spanje en dat brengt mij op mijn belastingaangifte. Alva, u weet wel, die begon er mee. En bami. We zijn toch eens (lang geleden hoor) door een Chinese zeerover uit Formosa ge gooid? Japanse artikelen kopen we na tuurlijk helemaal niet, Duitse worst en wijn ook niet, uit solidariteit met Ne derland. Aardappelen zijn ook al zulk verra derlijk voedsel, want die komen uit Zuid-Amerika en dat betekent Ar gentinië en Chili. Ik moet er niet aan denken! En zo kan ik nog wel een stuk of 84 uit strenge principes ge boren verwerpelijkheden opnoemen. Wat ik dan wel mag eten? Gekookte koolraap, prei, bietjes met een var kenslapjes en af en toe boerenkool en spruitjes. Zonder sambel anders zit ik weer in de koloniën. En dat moet nu toch voor eens en voorgoed afgelopen zijn L.D. 18 r 'jj» KARANG BOLLONG Boven op die befaamde grot, staat na melijk een huisje. Huisje zou je het in feite niet kunnen noemen, aangezien het rondom hele maal van glas is, met daar omheen een open galerij. Dit huis is de rustplaats van de grote Njai Loro Kidoel. In dit glazen huisje staat een prachtig opgemaakt bed, de klambu van de mooiste tule, de slopen van bantal en guling rijkelijk geborduurd en voor het bed fluwelen slofjes ook helemaal ge borduurd. Op het bed sarong en ke- baya, hoofddoek en een setagen klaar voor gebruik. Verder staat er in de kamer een tafel met daarop de bekende toiletartikelen voor een vrouw, inklusief de welbe kende bedak, maar wat direct opvalt is de veelvoud aan parfums. Aan de wand hangen ook nog meer kledingstukken, kebaya's in de meest felle kleuren behalve groen en rood, want de Njai haat deze kleuren. Dit huisje wordt bewaakt en verzorgd door een heel oude man, de juru kunci. Die man vertelde me dat er vaak mensen komen die de Njai om gunsten komen vragen. Dit kan men doen door er een sela- matan te houden en samen met de juru kunci een wijle er te verblijven in gebed (mertapa). Naast de gebruikelijke selamatan, die nen er ook nog kebaya's en vooral parfums tot de offergaven te behoren. Foto's maken is er verboden omdat het er kramat is. Indien lezers van Moesson misschien in die buurt komen, is het goed even bij dat huisje te toeven, men voelt er een bepaalde beklemming omgeven door een waas van geheimzinnigheid. FRITS WETZEL DE BOZE NJAI Wat ik me maar steeds afvraag: offert men aan en vereert men Njai Loro Kidoel uit sidderende angst dat me vrouw in woede uitbarst als haar te kort wordt gedaan? Of doet ze ook nog wel iets goeds terug voor haar aan bidders Godenverering gebeurt om drieërlei redenen: a. men probeert de betreffende god (in) gunstig te stemmen omdat hij/zij an ders genadeloos toeslaat b. men vereert en offert aan een god (in) om iets goeds af te smeken (een soort ruil dus) c. men vereert en offert aan een god (in) uit dankbaarheid voor al het goeds dat deze doet. Wat Njai Loro Kidoel betreft, uit de vele verhalen lijkt me dat de aanbid ding die haar ten deel valt uit zuiver preventieve noodzaak gebeurt. Wat me ook opvalt is dat het voornamelijk mannen zijn die zij aan haar voeten krijgt. Mannen hebben door de historie heen zich laten inpakken door myste rieuze, mooie vrouwen en dan mogen het voor hun part krengen zijn. Ik weet ook wel, dat wanneer ik daar in een knalgroene jurk met rode sanda len aankom zonder een fles Givenchy, ik ogenblikkelijk getroffen zal worden door de-hemel-mag-weten wat. Er is maar één man die zich door de boze Njai niet zou laten ringeloren: Breznjev. Want die kent die intimidatie geintjes wel L.D. SALATIGA Manfried W. Parijs, die nog altijd droomt van Salatiga van tempo dulu, De stad met zijn kanariebomen, de riviertjes, de kerk en de lekkere tahu, De koele stad, toen nog zonder be- tjaks, in de buurt van de machtige Merbabu, Waar je kon spelen en ravotten en toch werd je nooit moe, Totdat Mammie je kwam halen met de stok Die je herinnerde aan de (tijd op de) klok Naar aanleiding van mijn artikel over Salatiga in Moesson van 15 oktober '81, kreeg ik van dokter R. Hasmo Su- gyarto in Salatiga bovenstaand rijmpje toegestuurd. Voorts ben ik nu in drukke correspon dentie met mijn (teruggevonden) neef Leonard T. Mendelsohn in Sydney, wiens adres ik via Moesson heb ont vangen. Dan heb ik brieven ontvangen van Didi (Bernard) Schilder, Tientje Seiler, Siti Soediati, en vele andere oude school- genoten, die thans over de gehele aarde verspreid zijn. MANFRIED W. PARIJS PILIS Rogier maakt geweldige foto's, brengt je direct terug naar tempo doeloe! Die twee vrouwen op de voorplaat van 15 januari b.v. ai, Nippon-tijd. Honger ikke, vond naast de spoorrails station Mage- lang twee kleine groene boengkoesjes. Stiekem vlug opgeraapt en de bitings losgepeuterd. Adoe-ilah twee soorten pilis en ik had gehoopt boeboer of tapé In ieder geval, weer netjes dicht- geboengkoesd en verkocht aan een bibik voor de prijs van een kleine por tie nasi goedek. Toch nog even mijn honger gestild WIM PIJPAERT Vancouver

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1982 | | pagina 18