"Codewoord Backpay" ZEG LYDEKE WEET JE NOG Het is een ragfijn koord waarop je als tropenkind telkens weer balanceert tussen twee culturen, waar het lot je ook heen heeft gevoerd. Indonesië ervaar ik persoonlijk als de koesterende beschermende omarming van een moeder en Nederland als de krachtige vader hand die je, indien nodig stevig op je blote kakkies het leven tegemoet duwt. "Anders" ben je en blijf je Je karakter en leefwijze zijn immers door heel andere omstandigheden gevormd En hoe rijk ben je eigenlijk als "tropenkind" Anneke Donker Curtius (40) Elke keer bij het lezen van dit fijne tijdschrift bekroop mij het gevoel: ik wil óók wel wat schrijvenSteeds weer dacht ik dan: wat te vertellen waar anderen en ouderen het véél be ter kunnen; zij waren déér immers veel langer dan ik? Dus liet ik het gevoel het gevoel; ver der dan dat onbestemde verlangen kwam het nooit en de pen bleef liggen. Evenzo vaak dacht ik: adoe, straks zijn al die "oudjes" er niet meer en hoe moet dat dan verder met Moesson? Soedah, komt tijd, komt raad En ziedaar, hetzelfde Moessonblad ont wart voor mij de knoop: wij mogen schrijven, de "jongeren", die inmiddels ook al jongeren hebben, misschien zelfs jongeren van jongeren Van Indië, want zo blijf ik mijn geboor teland altijd noemen en ik kan daar niets aan doen, heb ik een behoorlijke "tic" overgehouden. Dat mag en dat moet zelfs vind ik. Geboren en getogen worden in een land, waar geen ander aan kan tippen In 1950 gingen wij met de grote stroom naar Holland, voorgoed; het deed erg veel pijn dat afscheid, diep van binnen en niet te beschrijven. Wég klapper bomen, wég sawahs, nooit meer stie- kum op blote kakies naar school, geen bikkelspel meer op de marmeren voor galerij; de Chinees zou me wel missen omdat ik geen elastiekjes meer kocht, dat was toen een rageIn de hete middaguren niet meer in de bomen klauteren om bij de buren fruit te tjo- longen, geen gatrik meer of vliegeren op de aloon-aloon. Alles wèg en voor bij. Al eerder waren wij in Holland, in 1947, een strenge winter, een donkere school, alles anders, tè erg. En drie jaar later VOORGOED I Nou ja, alles went, je wordt van anak brandal volwassen meisje en je pro beert je draai te vinden in, tenslotte, (Vervolg pagina 8 "vlinder") een mooie vlinders", en ze voelden de betovering op hen overgaan. Maar ook hier kon het geluk niet duren. De demon had vernomen dat de vlin der in dat verre land verplichtingen had, een gezin, kinderen die op haar wachtten en hij beval haar terug te keren om haar taak te volbrengen. En hoe de vlinder ook smeekte het mocht niet baten. En zo vertrok ze de volgen de dag, gedragen door de wind. En op weg naar het noorden vielen haar gou den vleugeltjes uit elkaar en het goud verspreidde zich in het hemelruim en veranderde in sterren. Dat was het laatste wat de vlinder kon doen, opdat de geest van de Koningsvlinder via die sterren de weg zou kunnen vinden naar haar eeuwige verblijfplaats. MADDY (36) je vaderland. Moederland vergeten NooitOverdragen aan de anaks? Ze ker weten Mijn moeder hoeft dat bij mij echt niet te doen, dat overdragen, maar toch schept het een speciale band wanneer ze zegt: zeg Lydeke, weet je nog Zó veel zou ik nog willen en kunnen schrijven over toen, over nu en daar tussen. Het is zó veel, dat de knoop, waar ik het daarnet over had, weer aardig koesoet raakt I Misschien een volgende keer en stukje bij beetje Nog eventjes dit: toen ik in Afghanis tan trouwde en mijn eerste zoon daar kreeg, werden er uiteraard telegram men verstuurd naar de familie in Hol land. Van mijn ouders kreeg ik per kerende post een gelukwens, wat je noemt in telegramstijl. Er stond op: DJEMPOL Apetrots waren zij op hun eerste tjoe- tjoek en hoe ik me voelde hoeft niet uitgelegd te worden. Moesson is óók djempol LYDEKE SCHOTTE (45) "Ze hebben er de vertaling bij gedaan, luis ter: Oude lawaaipapegaai, zittend op mijn vensterbank Zojuist verschenen: door JACK BENNING In een opwelling van verontwaar diging over de jarenlange strijd die KNIL-militairen moesten voe ren om hun achterstallige soldij van de Nederlandse regering los te krijgen, schreef de auteur (die wij reeds kennen als J. C. Bijkerk "Vaarwel tot betere tijden") een thriller. Een gijzelings-actie met als eis: uitbetaling van de sala rissen I Prijs f 19,50, porto f 4,25 BOEKHANDEL MOESSON INDO KESASSAR Mijn neefje Paul, een stevig gebouwd kereltje van 9 jaar, met een bruine pony en ondeugende zwarte ogen kwam op een dag naar zijn moeder gerend. Een diepe frons in het voor hoofd en een moeilijke blik in de ogen, keek hij haar vorsend aan. "Mam", zei Paul, "ik woon in Holland, ik ben geboren in België, jij en papa zijn Indo's. Wat ben ik nu eigenlijk?" Ter toelichting: Paul is in zijn uiterlijk, manieren en smaak een echte Indo I INE BOEKHOLT (44) Zoals U weet ben ik een romantische totok, die intussen zes keer is terug geweest naar zijn tweede vaderland. Mijn kinderen snapten dat niet zo, hun laatste herinneringen waren natuurlijk de kamptijd. Maar wie verslinden opa's verhalen en zijn foto's? Allicht, zijn kleinkinderen I Met het gevolg dat, toen de twee oud sten eindexamen Gym deden in '75 en hun werd gevraagd: "Wat zou je willen als je slaagt?' het antwoord luidde: "Zien waar Mammie geboren is, Siantar." Dat is toen geschied. Met hun ouders zijn ze naar Sumatra, Java en Bali ge weest en hebben genoten, getandakt met de kinderen van hun gastheren, enz. Ze zijn het compleet met ons eens dat ons tweede vaderland een pracht- land is met een prachtbevolking. Zelfs voor totok-kleinkinderen blijkt er spra ke van een gezonde "follow-up"! H.E. P.S. Tot mijn spijt reageer ik zelf en niet de klein-kinderen, die zitten in het buitenland. 9

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1982 | | pagina 9