IN'N ANDERE WERELD Over geesten en spoken gesproken VOETSTAPPEN Wanneer je heden ten dage in Indonesië wat meer met deze of gene vertrouwd raakt, dan krijg je ongevraagd - met vragen naar zulke dingen vertroebel je je informatiebron - vreemde verhalen te horen. Zulke verhalen horen, dunkt mij, tot het normale levenspatroon in Indonesië en de vraag, wat ze te betekenen hebben, is naar mijn gevoel belangrijker dan de vraag, of ze waar gebeurd zijn of niet. Een vriend van mij, die vele jaren in Europa en in Amerika heeft ge woond, academisch gevormd and all that, zei daarvan: 'Ik weet wel dat zulke ervaringen in iemands innerlijk opwellen, maar ik ben Javaan en dus ben ik er toch gevoelig voor.' Als goede vrienden, ontwikkelde mensen, kritische mensen, je hun eigen ervaringen met verschijningen uit 'de andere wereld' meedelen, kun je moeilijk aannemen dat ze je willens en wetens wat voorliegen. Als je je bij voorbaat op het standpunt stelt, dat het niet waar kan zijn, dan kijk je ook voorbij aan de psychische of religieuze kern van die gebeurtenis sen. Die kern lijkt mij te vinden in de volgende toedracht: Iemand zit in moeilijkheden, ervaart onder min of meer vreemde omstandigheden een zekere beproeving, doorstaat deze en raakt uit zijn moeilijkheden. De be proeving en de daarna ondervonden hulp worden toegeschreven aan 'ho gere machten'. Het volgende verhaal, waarin deze gang van zaken duidelijk is, werd mij verteld door twee mensen. Lijkt het niet een beetje op wat er in een droom kan gebeuren? Je droom leidt tot innerlijke klaarte en daardoor kun je beter je draai in dit leven vin den. Dat de verhalen soms een beetje opgesmukt zijn, wil ik wel geloven. Ik geloof zelfs dat dat er bijhoort. Ook dromen worden verfraaid, maar daar om zijn ze nog geen bedrog F. v.d. BOSCH gang van 3 tot 4 jaar. De meest be kende en meest bezochte is de Seko- lah Menengah Atas (SMA), de "ge wone" of algemene middelbare school, drie jaar durend. Over die SMA/SLTA later meer. De onderwijskringen zijn niet onver deeld enthousiast over die eenvormige SMP en het verdwijnen van de lagere beroepsscholen. Het is een feit, dat een aantal kinderen slechts met moei te de SD afmaakt, en het werkelijk niet kan opbrengen een strakke SMP te volgen. De enige uitweg is, dat - voor al op particulier initiatief - allerlei "cursussen" worden opgericht om de schoolverlaters van de SD. op te van gen, en ze in een jaar of twee enkele praktische bekwaamheden bij te bren gen. M.F. DE VERPLEEGSTER Onze gastheer op Malang, de heer S., gepensioneerd militair, een geduldig en voorzichtig man, een man ook die, als het moet, initiatief durft te nemen, ondervond zo'n vijftien jaar geleden moeilijkheden bij het vinden van een prettig huis. Zo gebeurde het dat zijn bedienden de een na de ander weg liepen. Geen hield het langer dan een paar dagen bij hem uit. Desgevraagd verklaarden zij 'takut' of 'tidak kera- san' te zijn. De heer S. vond het vreemd en begon over de oorzaak van dit onbehagen na te denken. Tenslotte nam hij een man in dienst van wie hij wist dat hij gek was. Deze man rea geerde anders: hij vond het prattig in het huis van de heer S. en wilde graag blijven. Conclusie: er was in of rondom het huis iets of iemand waar normale mensen bang voor waren, maar waar een abnormaal mens ongevoelig voor bleef. Een tuyul misschien, een on zichtbare sluiper, in dienst van een van zijn minder eerlijke buren? Er zat niets anders op dan maar weer te KOE Mijn vader kende in Djocja een zekere Mulder. Deze was Inspecteur van on der meer de desa-scholen. Tijdens een bezoek aan een school werd hij keurig ontvangen door de Javaanse onder wijzer en kreeg een plaats op een stoel vóór de klas. De onderwijzer begon als volgt: "Kinderen, wij zullen het hebben over de koe. Titi, kom jij voor de klas en vertel menir de inspecteur wat je weet van de koe." Titi, een tenger meisje met twee lange vlechten die glommen van de klapper olie, kwam voor de klas staan met de handjes op de rug en vertelde: "De koe is een nuttig bees. De koe heeft vier uijer. De eerste uijer mellek, de toeweede uijer boter, de derde verhuizen. Omtrent die tijd dan gebeurde het dat de heer S. in het holst van de nacht van Surabaya naar Malang reed. Zijn vrouw zat naast hem. Langs de kant van de weg zagen zij een witte ge daante staan, een verpleegster dach ten zij, die haar hand opstak. "Zullen wij haar meenemen?" vroeg Ibu S. "Ja, zij heeft iemand geholpen", zei hij, "laten we haar ook helpen." Zij stop ten en de verpleegster stapte in. Toen de auto weer reed schenen de kop lampen langs de wit-bloeiende bomen van een kerkhof en in de auto hing een duidelijke lijkenlucht (geen stank, eer der lekker). De heer S. schrok. Hij keek in het spiegeltje naar de vreem de liftster op de achterbank, maar hij kon haar gezicht niet zien. Hij begreep dat hij nu zijn aandacht bij het stuur moest houden om geen ongelukken te maken, en, zijn behoud in Hoger Han den stellend, reciteerde hij gedeelten van de Koran en van de Bijbel. Zo naderden zij Malang. Op Lowokwaru verzocht de 'verpleegster' te mogen uitstappen. Toen zij zich van de auto verwijderde scheen het of zij zweefde en niet liep. Zij verdween in de desa. Mijnheer en mevr. S. kwamen behouden thuis. Hiermee zou het verhaal uit kunnen zijn, ware het niet dat onze gastheer er de man niet naar is, om mysterie voor lief te nemen. Als hij die ver pleegster weer kon vinden en met haar praten als met een mens van vlees en bloed, dan zou alles zich laten ver klaren, dacht hij. De volgende morgen ging hij naar Lowokwaru en informeer de daar. Maar niemand wist iets van een verpleegster, niemand had haar die nacht gezien. Wel kreeg hij te horen dat er op de plaats waar nu de desa staat vroeger een kerkhof is ge weest. Kort na deze gebeurtenis vonden Ba- pak en Ibu S. een huis dat door geen tuyul onveilig werd gemaakt. Zij wo nen er nog. Er komen vaak mensen aan de deur met wie iets aan de hand is en die geholpen moeten wor den. Er rust zegen op. uijer kaas." Mulder begreep wat de bedoeling was en vroeg: "En de vierde uier dan, Ti ti?" Titi draaide heel verlegen met het hoofdje maar zei niets, waarop Mulder de vraag herhaalde. Al draaiende, met het hoofdje naar beneden en handjes op de rug zei ze: "Om te pieeesen menir." DENCHER BEËDIGD VERTAALSTER, Maleis/Indonesisch, S. E. Knooren-Yo, Sauterneslaan 31D, 6213 EP Maastricht, tel. 043-3 21 73. Verzorgt vertalingen Mal./Indon.-Ned. en v.v. voor Burgerl. Stand, c.q. Catatan Sip. en Vreemdelingenpolitie. 31

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1982 | | pagina 31