Goede Logeergelegenheid (Vervolg: "Stampede op de Blang") koeien. Ik zag dit alles alert, tot het uiterste gespannen aan. De oude man doer rookte zijn strootje, het was nog een paar minuten vóór vijf. Stampede Vijf uur. Een hels geluid. De staljon gens slaan met ijzeren staven op het opgehangen ijzer. De muur van dieren komt in beweging. Sommigen gaan omhoog en springen naar voren, anderen lijken te duiken om met de kop omlaag voorwaarts te stormen. Het onrustig gedraai en ge harrewar heeft plaatsgemaakt voor één algemene stormloop naar voren. Paar den beginnen zich uit de meute los te maken, de kudden vee blijven bij el kaar. Een kudde Bengaals vee met de rechte horens en hoge bulten stormt recht op mij aan, een grote stier voor op. Achter de galopperende dieren komt een dichte, zwarte stofwolk om hoog, die hoger wordt - hoger wordt. De lage zon zet de aanrollende golf van oerkracht in een vorstelijke gloed en het is of de blang in brand is ge vlogen. Ik weet ineens dat dit het is wat in cowboyboeken een "stampada" wordt genoemd: de dolgeworden kud den in de prairiën en pampa's die alles wat zij tegenkomen onder de voet lopen. De stormloop is veranderd in een wed loop. Aan de kop gaan nu de paarden en het verbaast mij dat de kleine paar den de grote Australiërs ver achter zich laten. Daar gaan de voorsten door de ingang, helemaal schuin in de bocht. Binnen het emplacement galop peren zij in de straten tussen de stal len. Nu is er niet alleen meer de don- derdreun van de duizenden aanstor mende hoeven vóór ons, maar ook de snelle roffel van paardenhoeven ach ter ons. De hoofdgroep dringt nu door de ingang en de gangen tussen de stallen raken vol hollende en rennen de dieren. De mist van stof is nu zo dicht geworden, dat ik van de dichtst bijzijnde stal het einde niet meer kan zien. De gestalten van de mensen in onze groep vervagen ook. De kleine kinderen hebben zich aan de moeder vastgeklemd, ledereen is in extase be trokken bij deze lawine van oergeweld. De stalknechten laten het allemaal rustig gebeuren. Zij roken en letten (Vervolg: "Kamphuwelijk") helemaal volgens de regels gegaan zijn, maar het enthousiaste publiek was niet critisch. We waren een ogen blik allemaal vrolijk en blij. Er waren twee mensen gelukkig gemaakt en dat was een uitzonderlijk iets in die trieste tijd. Vele jaren later heb ik gehoord dat het huwelijk inderdaad erkend en officieel bekrachtigd is. tersluiks op de opgewonden reacties van de blanda gasten. Alle dieren kennen de weg, ieder holt naar zijn eigen plaats in zijn eigen stal en wacht daar op zijn eigen portie voer en water. In de stallen is het een druk te en herrie van belang. De dieren zijn nog wild en onrustig; zij hijgen, staar ten zwiepen, oren bewegen nerveus heen en weer. De stalknechten slepen met voer en water, scheiden dieren die elkaar hinderen, duwen en schreeu wen de beesten naar hun plaats. Nu worden ook de beesten verzorgd, ver wondingen behandeld en ernstig letsel gerapporteerd. Wanneer wij tenslotte tegen donker naar huis gaan, is de rust weerge keerd. Het vee gaat hier en daar al weer liggen. In de paardenstallen worden de paarden geroskamd. In de open auto, op weg terug naar Fort de Koek is het koud. Het felle licht van de koplampen in de donkere nacht is onwezenlijk. De bochtige weg doet me ieder gevoel voor richting verliezen. De motor ronkt, maar daar in hoor ik de doffe dreun van duizen den hoeven. Staat dit proefstation er nog Ik ben nooit meer op de Westkust te ruggeweest. Vaak heb ik na de oorlog geïnformeerd wat er van dit unieke instituut geworden is, maar men had er nooit van gehoord. Ook oud-Suma- tranen niet. Maar die gebouwen dan? Zijn het ruïnes nu? En die smalle kronkelweg? Overwoekerd en ver sperd door aardstortingen? Waarom weet niemand hier meer van af? Zou het dan wel echt bestaan hebben? Was het misschien een droom? Maar dan wel een machtige droom. Want iedere keer zie ik weer die koninklijke Ben gaalse stier in zijn prachtige galop. in LAWANG 18 km van Malang, Jl. Untung Suropati No. 20. Ruim huis m. z. gr. erf, kmrs m. eig. badk. douche, w. k. water bad. Ruime eet-zitkmrs. 1 gr. gezins-sl.kmr m. badkuip en 2 dubb.bed v. 4 volw. Prijs US 19.50. 1 dubb.bedkmr. 1 ruime zolder- kmr. v. 4 volw. m. gezamelijke badk. toilet, prijs US 16.00. 1 Eénpers.kmr. m. badk. toilet US 9.00. Prijzen zonder ontbijt. Reservering via HOTEL SPLEN DID INN - Tel. Malang 23860, Jl. Modjopahit. UITVINDING In een chic Indisch restaurant laat een kelner onverwacht - en niemand weet hoe het gebeurde - zijn presenteerblad met de hele "rijsttafel compleet" val len. Een oorverdovend gerinkel van de talrijke schalen en schaaltjes waarvan de inhoud als een kleurig kleed de vloer tussen de tafels bedekt. De sam- bel goreng telor en de sajor lodeh, de saté's en de sambel goreng ati, atjar en kroepoek, het is zo ongelooflijk veel en van zo'n verscheidenheid wat daar op de grond ligt, dat je er naar van wordt. Een oude heer veegt de spatjes van zijn broekspijpen en merkt laconiek op: Nu weet ik ineens hoe ze de nasi rames hebben uitgevonden". L.D. DE DIA'S VAN OOM SJONNIE EN TOEN VROEGER Op de camping ontmoetten we oom Sjonnie. Het gesprek ging natuurlijk over Indonesië. In 1946 ging oom Sjon nie er voor het eerst heen; hij was toen bij de 7 December Divisie. In 1949 ging hij terug naar Nederland, en in 1975 ging oom Sjonnie nog een keer naar Indonesië met vakantie. "Komen jullie op een avond naar de dia's van Indonesië kijken?" nodigde hij ons uit. En zo zaten we op een prachtige zomeravond in zijn woon kamer. De dia's waren schitterend en je leefde op bij het aanschouwen er van. Oom Sjonnie was in West Java geweest en in Jakarta. Behalve dia's had oom Sjonnie ook een collectie boeken over Nederlands- Indië gedurende de koloniale tijd. Ik bladerde in één van de prachtboeken en kwam tot diverse ontdekkingen. Ik las dat Mussert in 1935 een bezoek had gebracht aan Indonesië en gast was geweest van de toenmalige G.-G. de Jonge. Verder las ik een artikel over Fientje, die in 1912 gewurgd werd door de totok Br. Zij was nauwelijks twintig jaar oud. In mijn jeugd hoorde ik een vaag verhaal over haar. Nu anno 1982 las ik het fijne van de zaak in het boek. Het Indo Europese meisje Fien tje werkte in het bordeel van een zekere Oemar. Een collegaatje van haar had het hele drama gezien door een spleet van een gedekwand. Zij was kroongetuige. Het lichaam van Fientje werd in een goenizak gevonden in het Molenvliet. De moordenaar Br. werd ter dood veroordeeld. Hij hoopte op hulp van zijn invloedrijke vrienden; maar de hulp bleef uit. In de dodencel pleegde Br. zelfmoord. De beul en zijn helpers die intussen een slametan hadden gegeven moesten zich terugtrekken. Ook las ik een artikel over de opium- handel in Nederlands-lndië in de der tiger jaren; het was toen een staats bedrijf. Oom Sjonnie zou nog graag een keer naar Indonesië willen gaan met vakantie. L. v.d. WORM-FLOHR 21

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1982 | | pagina 21