BOEKBESPREKING DE LAATSTE LANDVOOGD INDISCHE OVERLEVERINGEN 10 (Vervolg: "Wedloop tussen waarheid en onwelvoeglijkheid") cobs er naast zat. Jacobs was niet de eerste en enige "bevrijder" geweest en de heer Sisselaar kan alleen verweten worden dat hij nooit behoefte gevoeld heeft zijn belevenissen op papier te zetten, want dan hadden we nu ge weten hoe het werkelijk was gebeurd. Maar daarmee was de kous niet af. Toen kwam de heer Ego (Oud Strij ders Legioen) op het onzalige idee de heer Plesman - op mij de indruk ma kend van een bescheiden figuur - uit te nodigen tot het herhalen van een "hartekreet" die hij die dag eerder had geslaakt tegenover enkele pers mensen. Alsof er ergens een handle werd overgehaald slingerde de heer Plesman een reprise van zijn veront waardiging de zaal in. Woorden als "stront", "rotzakken" schenen bij de hartekreet te horen om uit te drukken hoe "belazerd wij door de Nederland se Regering" zijn. Overigens vond ik dat de dames en heren in de zaal de stront allang van hun handen hadden weten te spoelen, dat ze er prachtig gekleed en gezond bijliepen en ze de financiële belazerij ook wel te boven waren. Want hoe enthousiast ook nu weer de aanwezigen applaudisseerden dit vond ik onwelvoeglijk ten aanzien van de gastheer, ten aanzien van de hele bedoeling van deze bijeenkomst. Uitgeverij Wever heeft in de afgelo pen 20 jaar een reputatie opgebouwd Van Mook en het einde van de Nederlandse invloed in Indië. Bij de Uitgeverij Sijthoff verscheen een boek over Dr. H. J. van Mook, de laatste landvoogd van de hand van J. G. Bijkerk, de lezers reeds bekend als schrijver van "Vaarwel tot beter tijden" en de romans "Erfenis van haat" en "Codewoord Backpay". Voor het schrijven van zijn werk over Dr. van Mook heeft de auteur ge bruikt gemaakt van interviews met autoriteiten uit het voormalige Ned.- Indië, raadpleegde hij het archief van Van Mook alsmede de uitgebreide literatuur op dit gebied en het verslag van de verhoren van de Parlementaire enquête-commissie. Een grote betrokkenheid met de door hem behandelde onderwerpen, die spelen in de periode vlak voor en na de oorlog in Ned.-Indië, kan men de auteur zeker niet ontzeggen, en dit is ook in ruime mate het geval met deze verhandeling over de door Bijkerk be wonderde laatste landvoogd. Het optreden van de laatste landvoogd - de laatste G.G. was immers Jhr. Tjar- da van Starkenborgh Stachouwer - stond in het kritieke tijdsgewricht na de oorlog, toen deze zich met grote energie inzette voor een zelfstandig, als uitgever van "Indische" boeken. Oorlogsboeken wel te verstaan, want iets anders blijken wij niet meer te kunnen opbrengen. Wij zijn Wever dankbaar voor uitgaven als "Neder land Onder Japanse Bezetting" voor het belangwekkende werk over de Japanse burgerkampen, en voor de vele uitgaven waarmee schrijvers en schrijfsters hun oorlogsherinneringen maar ook hun frustraties van zich af hebben kunnen schrijven. Misschien een therapie voor de auteurs, maar een financieel risico voor de welwillen de uitgever, want laten we wel wezen, kunnen we van het Nederlandse pu bliek blijven verwachten dat ze zich zullen interesseren voor die verre oor log? Kan men zich ook voorstellen dat men hier na 40 jaar liever Toon Her mans, Jos Brink of desnoods Wolkers, Reve en 't Hart leest? Misschien zou het goed zijn als de Nederlandse uit gevers eens zouden bekennen met hoeveel onverkochte exemplaren van die "Indische" boeken men zit. Petje af voor de kalmte waarop de heren Jacobs en Wever deze onpret tige bejegening wisten op te vangen. Er werden op het einde toch nog wel weer wat prettige woorden gewisseld. Over de Burma Spoorweg en de Pa- kanbaroe lijn zal nog wel jaren wor den gesproken. Maar om u de waar heid te zeggen: Sesamstraat is na zo n middag als de 26e oktober een verademing. n in een Unie met Nederland verbonden federatief Indonesië, bloot aan felle kritiek. Anderzijds oogstten zijn on miskenbare gaven op bestuurlijk ge bied ook veel bewondering. Al lezend krijgt men een goede indruk van de mens achter de landvoogd Van Mook en bovendien (onder meer aan de hand van privé-correspondentie) een interessant kijkje achter de poli tieke schermen, waardoor zijn per soonlijke en politieke verhouding met de belangrijkste figuren die een rol speelden in het Nederlands-Indone sisch conflict (Logeman, Jonkman, Romme, Drees, Beel, Sassen, Spoor en Helfrich om slechts enkelen van de vele namen te noemen) wordt belicht. Zijn onwennigheid met de partijpolitiek in Nederland leidde er tenslotte mede toe, dat hem in sept. 1949 door de regering in Den Haag ontslag als Lt. G.G. werd verleend. In een aantal hoofdstukken worden achtereenvolgens de jeugdjaren van Van Mook in Semarang en Soerabaja (waar zijn tijdgenoten Soekarno en Hein Buitenweg met hem op de HBS zaten), zijn plaats in de progressieve Stuw-beweging en zijn ambtelijke loopbaan behandeld, een loopbaan die hem tenslotte zou brengen op de hoogste posten in de Indische rege ring: 1937 Directeur van het departe ment van Economische Zaken, 1941 Lt.-G.G., 1942-1944 minister van kolo niën in het Londense kabinet, en daar- door LARMOYEUR Hieronder vervolgen wij de serie volksver tellingen uit Indonesië, die door de onder wijzeres Annie Larmoyeur werden verzameld en in 1939 in boekvorm werden uitgegeven onder de naam "Indische overleveringen". Een aantal ervan plaatsten wij indertijd in de 19e jaargang van Tong Tong. Magelang. In een kampong woonde eens een rijke Javaan met z'n vrouw en z'n dochter. Ze waren erg wijs met het meisje en tooiden het daarom op allerlei manie ren op. Het meisje wou wel zo en liep dikwijls op straat te pronken. Dan droeg ze altijd een paar prachtige arm banden en wel zes ringen, terwijl bo vendien om haar hals een snoer schit terende robijnen prijkte, ledereen moest haar nakijken. Op een dag was ze weer aan de wan del. Maar plotseling, ergens bij een groot grasveld, voelde ze zich ziek. Ze greep om zich heen, voelde haar bewustzijn wegglijden en zonk neer in het gras. Daar bleef ze lang liggen 't Werd zes uur. De schemering viel. Nog was het meisje niet terug. De moeder maakte zich ongerust, omdat het anders nooit gebeurde en ging haar zoeken, 't Duurde vrij lang, vóór ze haar vond, want de duisternis nam snel toe. Maar toen ze haar dan ook hado, wat een toestand voor de arme moeder; haar dochter bewuste loos en doodsbleek aan de rand van het grasveld. Ze riep om hulp: mensen, mensen, help me I Spoedig kwamen er omwonenden op dagen en die hielpen haar het meisje naar huis brengen. En wat zagen ze daar? De armbanden, de kostbare armbanden waren verdwenen Maar 't voornaamste was het meisje zelf. Welke goede zorgen men ook aan haar besteedde, het werd niet beter. Alleen riep ze nog, toen ze even bij kennis was: "Ma, gelang! Ma, gelang!" (gelang armband(en). Kort daarna stierf ze, in de nacht. Die kampong nu wordt naar aanleiding van deze gebeurtenissen, Magelang genoemd. Overgenomen uit: "Indische overleveringen". na wederom Lt. G.G. Voor hen die geïnteresseerd zijn in de achtergronden van een bewogen pe riode uit de laatste fase van de ge schiedenis van Ned.-Indië, is het boek zeker het lezen waard. In de epiloog gaat de schrijver in op naar onze smaak al te persoonlijke details uit het leven van de Lt. G.G., die gezien de strekking van het boek, niet ter zake doende zijn. Het boek is geïllustreerd met een groot aantal foto's en bevat een uitgebreide literatuurvermelding en een personenregister. "De laatste landvoogd" - door J. G. Bijkerk is verkrijgbaar bij Boekhandel Moesson, prijs f 27,50, porto 5,25. CH.M.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1982 | | pagina 10