êM MOOIMAAR WAT Abonnee Het was al elf uur 's avonds toen de telefoon ging. "Kan niet goed zijn", dacht ik en onzeker nam ik de hoorn af. "Boekholt". Even was het stil. Toen hoorde ik een verstikte stem zeggen: "Het lukt me niet, ik kan niet." Ik herkende ondanks alles toch de stem van Lex. "Wat lukt je niet," vroeg ik, toch enigszins ongerust, want ik was niet gewend dat Lex huilde. Dat deed hij alleen als hij echt heel kwaad was. "Moesson," stamelde hij snikkend, "Moesson. Ik ben al heel de avond bezig een stuk voor Moesson te schrijven en het lukt me niet. Ik heb alleen nog maar 'adoeh' op pa pier staan". Ik werd nu toch werkelijk ongerust, was die jongen er nu hele maal af? "Hoezo voor Moesson schrijven, hoe kom je daar opeens bij?" "Nou gewoon," begon hij op nieuw, "zo maar opeens. Ik heb het vanmiddag bij Ma gelezen en ik vind het een mieters blad en dat wilde ik schrijven, ik ben toch ook een Indische jongen." "Natuurlijk vent," antwoordde ik, en het schoot door me heen dat Lex toch nooit te veel dronk en dat hij dus niet dronken kon zijn. "Zal ik naar je toe komen," stelde ik voor, want ik werd toch erg bingoeng. Vol gens mij was hij echt gek geworden of zo. "Nee, nee, nee," kermde hij, "hoeft echt niet, ik wil alleen maar dat jij me zegt hoe ik moet schrijven." Opeens bedacht ik dat hij mij in de maling zat te nemen, maar dat denk beeld wierp ik van me af. Zo was Lex niet. "Jij bent toch Lex?" vroeg ik maar voor alle zekerheid. "Hallo Ralph," hoorde ik opeens een vrou wenstem zeggen. Het was Mieke. "Ik weet echt niet wat hij heeft. Toen hij vanmiddag thuis kwam was hij opge wekt eh zei: "Ik ga schrijven, ik ga schrijven!" Hij ging toen direct met een blocnote naar boven, wilde niet eten of drinken en zei alleen dat ik hem met rust moest laten. Zonet rende hij opeens huilend de trap af. Ik schrok me dood. Hij pakte toen de telefoon en belde dus jou. Wat moet ik in hemelsnaam doen?" Na deze woorden heb ik de hoorn zonder nog iets te zeggen opge hangen, heb een jas over mijn pyjama aangetrokken en ben naar Den Bosch gereden. Binnen drie kwartier was ik er en trof Lex nog ietwat schokkend aan, gebogen over een schrijfbloc. Hij had me nog niet gezien en over zijn schouder las ik: Beste Moesson, adoeh, adoeh, ik weet niet wat ik moet schrijven, maar ik vind jullie mie ters! "Lex," zei ik zacht. Hij draaide zich met een ruk om en zag me met rode ogen aan. "Stil maar Lex," zei ik en sloeg een arm om hem heen, "je krijgt van mij een abonnement op Moesson." Hij stond juichend op en omarmde mij en ik werd gillend wakker! R.B. We kijken zo graag naar mooie foto's uit Indonesië, maar weten we nu precies wat ze voorstellen, waar ze gemaakt zijn? Dat vroeg mevrouw Spoelstra- Morren van wie deze fraaie foto's zijn, zich ook af. Ze zijn uit de albums van haar overleden man en moeten dus in de omgeving van Klaten-Solo en de omgeving van Soerabaya gemaakt zijn. Goed kijken en dan vertellen wat Zijn dit garnalenvissers of...? Verkopers of reizigers bij een stationnetje. Vruchten? Ach niet zo belangrijk, toch wel leuk om het goed te raden! 12 deze vrouwen aan het zaaien zijn. Zaadjes zitten in een batok, de bedden zijn bevloeid, de vrouwen staan in het water.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1983 | | pagina 12