geschreven. Aldus kwam het papier van Oost naar West, van China naar Europa, stap voor stap. Ook de boekdrukkunst, het drukken met losse letters, dat de Chinezen al in de negende eeuw beoefenden, zal in het Westen op den duur bekend zijn geraakt, zodat prof. Duyvendak niet ten onrechte een artikel kon schrijven over de Chinese voorgangers van on ze Laurens Janszoon Coster en Gu tenberg, de uitvinders van de boek drukkunst. Evenwel, het boekdrukken heeft in Europa een veel groter om wenteling te weeg gebracht dan in het Bloemenrijk van het Midden (China), omdat wij slechts een alfabet met 26 lettertekens hebben, en de Chinezen duizenden letter-, of liever woordtekens. In elk geval, toen de Westerse zee vaarders zo omstreeks het jaar 1500 China bereikten, stonden de Chinezen, wat de techniek betreft, volstrekt niet achter bij de rood- of zwartharige bar baren", zoals zij deze vreemde indrin gers plachten te noemen, ook al ver toonde hun kennis hier en daar enige gapingen. De paters Jezuieten b.v., die in de 17e eeuw het Christendom tot aan het Chinese hof propageerden, tooiden zich met het gewaad der Chinese geleerden om hun prestige te ver hogen, en zo verbeterden zij de kennis der Chinezen van de ster- rekunde. Zij brachten de Almanak weer in orde, die door tal van fouten ontsierd was. In Peking stichtten zij een heuse sterrewacht, waarvan de instrumenten nog bestaan. Minder vreedzaam is het onderricht, dat pa ter Schall S.J. de Chinezen gaf in de vervaardiging van geschut. Vuurwerk maken verstonden de Chinezen nl. al zéér goed, maar kanonnen gieten nog niet. Ook onderwezen ze de Chinese leerlingen in de geheimen der wis kunde. De eerste zes boeken van de Griekse mathematicus werden door hen in het Chinees overgezet. Mis schien zouden de Chinezen het Euro pese tempo hebben kunnen bijhouden, indien de Jezuieten in de 18e eeuw niet bij de Keizer in ongenade waren gevallen en China sedertdien steeds meer van het Westen werd afgesloten. Het werd een spreekwoordelijk con servatief land en de Chinese muur werd het symbool hunner afsluiting van moderne ideeën, van de vooruit gang. China's achterstand kwam aan de dag, toen in de vorige eeuw de Chinese strijdkrachten niet opgewassen bleken tegen die van Engeland en Frankrijk. Zij kwamen toen tot de opvatting, dat als men zich maar de wapens der barbaren aanschafte, men rustig op het oude, traditionele paadje waarop het immers reeds eeuwen goed ge gaan was, kon doorgaan. Zo dachten enige tientallen jaren geleden ook de Turken er over, doch ook zij kwamen bedrogen uit. Er was een algehele ommekeer van opvoeding, onderwijs en wetenschapsbeoefening nodig en dit alles kwam pas na de Boxerop stand en na de Revolutie van 1911/12 op gang, dus in onze jeugd. Voorlopig werd de eerste aangelegde spoorweg na enige tijd maar weer opgebroken, omdat de omwonenden er zo over klaagden en ook tegen het oprichten van telegraafpalen rezen bezwaren, daar deze Westerse gedrochtelijk heden schaduw wierpen over voor ouderlijke graven. Dat is later natuur lijk anders geworden. Zien wij bij ons ook niet, dat sommigen, met name jongeren, zich fel verzetten tegen kerncentrales Intussen hebben de Chinezen bij hun expansie over zee, met name naar Zuidelijke landen als Indonesië, enige hunner vroegere uitvindingen daarheen meegenomen en ingevoerd, terwijl deze inventies Europa nauwelijks heb ben bereikt. Ik zou een viertal willen noemen. Zo heb ik op Java menigmaal Chine se toekang kajoe's vlijtig zien werken met een eigenaardig soort van boor, die snel en gemakkelijk aan het draai en werd gebracht door een boog, zo dat men van een boog-boor zou kun nen spreken. Het koord der boog, de pees, was een paar maal om de boor geslingerd, en als men nu maar de boog snel heen en weer bewoog, ge raakte de boor in snelle, draaiende beweging. Black en Decker was er niets bij Ik heb deze methode in Europa nooit zien toegepast. De Chi nezen zullen er wel een apart woord voor bezitten, dat ook wel bij de In heemsen gangbaar is geworden. Wij spraken reeds over de hete-lucht- ballon. Ik heb in Solo eens zo'n kleu rig papieren gevaarte boven de brand bare kamponghuizen zien zweven en hield mijn hart vast bij de gedachte, dat dit vurige speelgoed misschien een fikse brand zou kunnen stichten. Doch zo lang het vuurtje onder de papieren bal maar bleef branden, bleef deze zweven en was de ballon hoog in de lucht ongevaarlijk. Daalde hij, dan kon dat pas na het uitdoven van het vuurtje. Ik heb dan ook niets van een brand gehoord. In ons Indië was het een geliefde sport bij het oplaten van vliegers de oplaatlijnen met fijn glas scherp te maken, zodat men elkanders lijnen kon afsnijden. Dit moet een typisch Chinees vermaak zijn geweest, dat bij de Indische en Europese jeugd ingang heeft gevonden. Vooreerst lijkt mij het vliegers-oplaten al iets typisch Oost- Aziatisch, waarin zowel de Chinezen als de Japanners het erg ver hebben gebracht. En in een Frans boekje, N.B. geschreven door een Chinees generaal omstreeks 1890, getiteld "Plaisirs de Chine", dat ook de "cerfs volants" (vliegende herten) be schrijft, vertelt hij, dat deze met el kander strijden. Dat fijne glas zal daarom wel een Chinees bedenksel zijn. In elk geval waren dit soort vlieger gevechten reeds 500 jaar geleden bij de Maleiers in zwang, want er wordt al in de Sadjarah Melajoe (de oude Maleise kroniek uit de 16e eeuw) over gesproken. Ten slotte kom ik weer op het Chinese kompas. Gezien de hoge leeftijd, die de Chinezen aan de uitvinding van dit zee-instrument toekennen, zou men denken, dat zij de enige uitvinders daarvan zijn, en dat de Europeanen deze vinding van hen hebben over genomen. Volgens kenners staat dit echter allerminst vast. Wij zullen niet trachten, dit probleem op te lossen en alleen opmerken, dat sommige uit vindingen op méér dan één plaats, on afhankelijk van elkaar werden gedaan, zoals de bioscoop, bijna gelijktijdig door de Amerikaan Edison en de Fransman Lumière werd uitgedacht. In elk geval, het Chinese kompas ziet er héél anders uit dan het Westerse. Terwijl de naald van het Westerse kompas op een pinnetje draait en binnen een koperen ronde doos is opgesloten en daarbij naar het noor den wijst, zit het pinnetje van het Chinese kompas aan de naald vast, draait binnen een houten geval en wijst met zijn rode punt naar het zui den. Omstreeks 1930 heb ik zo'n Chinees kompas op de Pasar Gambir te Ba tavia gekocht, als ik mij goed herin ner in een Chinese kraam met Chi nese artikelen: zijde, porcelein, gem ber, waaiers en wat niet al - het kom pas zag er heel anders uit dan het onze. Het bestond uit een ronde hou ten schijf, van onderen wat afgerond, en van boven met een holte, afgeslo ten door een glaasje, waarachter men de naald wat beverig zag draaien en naar het zuiden wijzen. De heer Can Tjiang Tek, Chinees medewerker aan het Rijksmuseum voor Volkenkunde te Leiden, was zo vriendelijk mij een drietal van dit soort Chinese kompas sen te tonen, die echter alle véél groter waren dan hetgeen ik vroeger in mijn bezit had. Ook daar was de gele bovenzijde van de houten schijf bezaaid met vele rijen Chinese letter tekens. Zulke kompassen werden nl. gebruikt voor de Feng Soei, de kunst om huizen of graven op de meest ge lukkige wijze aan te leggen. Dit was dus een Chinees produkt, waarvoor de Chinese importeur bij Singkeh en Peranakan belangstelling en afzet verwachtte. Doch in Europa heb ik het nooit aangetroffen, behal ve dan in het Museum. Vermoedelijk zullen er wel meer Chi- (lees verder volgende pagina, 3e kolom) 7

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1983 | | pagina 7