Moesson moet groter worden 21 MEI a.s. INDISCHE DAG 83 - CONGRESGEBOUW BOEKBESPREKING Wat heb ik de laatste maanden de inhoud van de Moessons gretig op me laten inwerken Als men merkt dat zijn ogen slechter worden, dan leest men sneller, poogt het gelezene vaster te houden en beseft dan verdrietig dat het niet altijd gemakkelijk is het gelezene goed te onthouden. Een gezichtsvermogen kan je ook parten spelen Een tijd heb ik gedacht: "Als ik niet vlug lees, vervloeien alle letters." Wat bewonder ik Hélène Weski met haar levendige en scherpzinni ge pen, de stukken van Plantersvrouw (toevallig had ik enige maanden terug een manuscript klaar met als onderwerp mijn eigen geboorte het ligt hier vooralsnog te wachten of iemand er zich over ontfermt). Mijn artikeltje over Kerstmis in de jaren dertig had een aardige reactie van de heer C. W. E. Crone, die zelf in Moesson publiceerde, tot gevolg. "Zoals U bekend", schrijft hij, "was het Crone-kantoor gevestigd in de de Hoofdwachtstraat (Semarang) bo ven dat van de Mij. Nederland. Pal tegenover, aan de linkerkant van de straat, was het kantoor van de KPM, met daarboven dat van de firma Mi- randolle Vöute, die evenals Crone, tabaksondernemingen in de Vorsten landen had. Ik heb de heer Zur Mühlen uiteraard zeer goed gekend, maar toen ik in 1938 op het Semarang-kan- toor kwam, was Dr. D. Tollenaar daar de "baas". Voorheen was hij directeur van het tabaksproefstation Klaten. In Semarang woonde ik een half jaar in een mooi gelegen hotel in Nieuw Tjan- di, hotel Bellevue Daarna woonde ik er pal tegenover, aan de overkant van het ravijn (waarin kampongs) op de Merbaboeweg, een kleine weg boven de brede Nieuw Tjandiweg. Van mijn platje had ik een prachtig uitzicht op de reede van Semarang met de daaropliggende schepen. Ik vond het grappig om te lezen, dat de heer Zur Mühlen een voorraad van uw boeken opkocht om te distribu eren onder de dochters van de diverse tabaksondernemingen en die van de bergcultuurondernemingen gelegen ruw-weg tussen Salatiga en Semarang. Het was alles nieuw voor mij. Moge lijk is U mijn naam al eens eerder tegengekomen in Moesson. In het nr. van 1 september 1981 werd mijn reisverslag opgenomen van een bezoëk aan het eiland Haruku in 1980; waarin ik ons voormalig P.O.W. kamp bezocht. In het nummer van 1 of 15 september 1982 mijn bezoek aan P.O.W. kamp in Amahei op Ceram in 1981. Sedert 1975 ga ik nog jaarlijks naar Indonesië en altijd ook naar de Vorstehlanden. Helaas ben ik sedert de oorlog niet meer in "Semawis" ge weest. Nu vanuit Djokja moeilijk te be reiken, tenzij per taxi. De breedspoor- tram Semarang-Salatiga-Solo-Djokja is allang terziele. Zo ook het stoom- trammetje naar Magelang en verder Dit jaar had mijn bezoek aan Indone sië een staartje. Op een klein eilandje t.o. Sonei op Bali op "Nusa Kemban- gan" heb ik een vlerkprauw liggen. Op 7-10 is mijn voet bekneld geraakt tussen de onderkant van mijn boot en de zeebodem. Het leek niets bijzon ders, alleen maar een bloedend schrammetje Na terugkomst in Holland in Den Haag op 15-10-'82 kon ik op 17-10 niet meer op die voet staan. Er ontstond een nare infectie. 21/2 week thuis op bed, daarna bijna 6 weken in het zieken huis Nu is alles weer prima, alleen loop ik nog altijd met een groot druk verband tot aan de knie. Bij leven en welzijn straks echter weer prauw- waarts Na de oorlog was ik tot aug. 1982 werkzaam op het kantoor van thans, H. C. Th. Crone B.V. Amsterdam. Ben echter al 74 jaar, dus vind ik het "welletjes". Ik keer even terug naar het hoofd van zijn brief, waarin hij schrijft: "Voor het hoofdkantoor van H. G. Th. Crone te Amsterdam werd ik in mei 1931 uit gezonden naar Indië, waar ik werk zaam was op haar ondernemingen in de Vorstenlanden rondom Klaten. In okt. 1937 ging ik met verlof naar Ne derland en daarna was ik ongeveer VA jaar werkzaam op het Semarang- kantoor en daarna op het Batavia-kan- toor. Vermoedelijk is uw broer op het Crone-kantoor werkzaam geweest in de periode dat ik in de Vorstenlanden verbleef. De Vertegenwoordiger van Semarang was de heer A. D. Zur Müh len (uw "de baas"). De roodharige boekhouder (meer rossig dan rood) moet de heer Gerlach zijn geweest (blijkbaar geen vreemde voor U). Ik heb de heer Gerlach in de jaren 1938 39 leren kennen als een bijzonder prettig en vriendelijk mens." Heer Crone maakt dan gewag van het trieste einde van de hr. G. En in de marge van zijn brief schrijft hij dan: "Kan er in 1931 een juffrouw Van Soest op het Semarangkantoor ge weest zijn, of fantaseer ik dat maar?" Ik schreef hem een triest briefje, waar in ik erkende die juffrouw v. S. ge weest te zijn. Thans hoop ik, dat hij begrijpt hoe zeer ik zijn brief op prijs stelde, die herinneringen opriep aan een gelukkige periode in mijn leven. Dat is een van de sterke punten van Moesson. Levens te doen zien in hun verschillende aspecten, en daarom vind ik wel, evenals dhr. John Schlech- ter, dat het groter moet worden. "Ver haaltjes" en "verhalen" naast artike len van grote culturele allure. Allen stoelend op diezelfde bodem, maar hoe verscheiden in hun ontplooiing Dit is tevens een antwoord aan allen die ik verzuimde te antwoorden ONDER DE PALMEN door C. van Nievelt In de Oost-Indische Reeks, onder re dactie van Joop van den Berg en Rob Nieuwenhuys, verscheen een verhalen bundel van de vergeten schrijver Van Nievelt. Een goed initiatief, want Van Nievelt, met zijn vlijmscherpe opmer- k'ngsvermogen, zijn humoristische be schrijvingen en vaak tegendraadse op vatting over de koloniale periode, ver dient het gelezen te worden. De typering van mensen is soms schitterend, b.v. van de twee zusters in "Onder Zeil", één met "zachte ga zelle-ogen en eene gesluierde alt stem", de ander "een echte wilde kraai met een huid vol gekheid". Het ontroerende verhaal "Man en Aap" gaat over een ambtenaar, die verge ten door het gouvernement negentien jaar onder de Alfoeren leeft ("...waar men hem meer als een stuk van den officieelen inventaris eene soort gou- vernements-vlaggestok had leeren be schouwen") die voor driekwart Alfoer en voor een kwart edelman is, erfenis van zijn grootvader de Franse markies. Natuurlijk is de verteltrant naar onze maatstaven langdradig, maar is het niet opmerkelijk dat iemand in die tijd het gouvernement waagde te kritise ren, de onverschilligheid van de be stuurders aan de kaak te stellen en de vrijheid van de onderdrukte volke- keren te voorzien? Vooral in het laat ste satirische verhaal "In den Hobbel- stoel" heeft de oude Sylvester scher pe dingen te zeggen over koloniale geschiedenis. H.W. "Onder de Palmen" door C. van Nie velt is verkrijgbaar bij Boekhandel Moesson. Prijs f 16,50 f 2,30 porto. Overvloed van kopij noodzaakt ons de beloofde reacties op "de oude dag" en bejaardente huizen tot de volgende Moesson te bewaren. Het zijn er namelijk veel. - Red. 13

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1983 | | pagina 13