ORIENT TRAVEL B.V. Orient travel Retour Bangkok voor slechts f 1590, Sri Lanka plus Indonesië retour 1790, De specialist op het Verre Oosten biedt aan Rokin 52 - AMSTERDAM - Tel. 020 - 24 25 38 Laan van Meerdervoort 291 Tel 070 - 63 83 67 DEN HAAG Singel 486 - 1017 AW Tel. 020-23 74 84 AMSTERDAM sado'tje "het zwijgen op te leggen", is vanzelfsprekend. Het kwaad is ge schied zonder enige mogelijkheid van herstel. Abrupt stopt namelijk de stroom van pianoklanken. De pianiste, mevrouw Boedijn zelve, heeft haar spel onderbroken, treedt tevoorschijn om haar gast welkom te heten, hem binnen te laten in voorgalerij en muziekkamer en voor te stellen aan de lerares, me juffrouw N.D. uit Batavia. Ik knijp me eens in de hand. Ja, dit alles is werkelijkheid. Het doek gaat op. Het spel is begonnen. Een nieuwe levensperiode wordt ingeluid. Mijn wens Indische jaren te beleven gaat in vervulling. Doe je best en maak er wat van Even later sta ik in het tuinhuis, dat hier in dit land paviljoen wordt ge noemd. Alvorens wij straks aan tafel gaan, mag ik mij terugtrekken om te mandiën en mij te verkleden, mij "lek ker" te maken, om bij te komen van dit teveel aan belevenissen. Wat prettig ruim zijn voorgalerij, ka mers, gaanderijen, is heel dit pavil joen. Hoe rustjg stemmend is dit ge dempte licht, dat gefilterd door kree's naar binnen glipt. Wat koel is die tegelvloerIndrukken: een overmaat aan indrukken. Om duizelig van te worden. Waarom zou ik me niet even uitstrekken lekker lang op dit vierkante bed, dit bed, zo machtig groot, dat ik plat liggend benen en armen kan strekken? Zo rust ik dan heerlijk ontspannen on der de kelamboe en constateer, dat die pianoles kennelijk is afgelopen. Helemaal stil is het evenwel niet. Zacht koeren van duiven klinkt ginds, klinkt dichtbij, klinkt nu pal hierboven. Is dit zachte zoeven niet in volmaakte harmonie met de lauwe lucht, het mat te licht, de rustige rust? Het getrappel van lichte hoefjes en belgerinkel komt nader, gaat voorbij, sterft weg. Voor mij niets nieuws. Reeds nü kan ik die geluiden thuis brengen. Zijn zij niet verbonden aan een sado'tje dat langs rijdt Klik-klak, klik-klak. Van verre was het reeds te horen. Wat zou dat zijn Vandaag nog zal ik leren, dat wij dit staccato danken aan de gehakte slof jes van de Soendanese dames, dat dit geluid kokki's komst van de pasar aankondigt. Het is goed hier te toeven, onder deze kelamboe, onder dit dak, in deze stad en in dit land. Ik ben tevreden, oer- tevreden en zo blij met het leven, dat ik de ogen sluiten langzaam in slaap sukkel. Zo waren dan mijn eerste indrukken van Jan Oost, mijn eerste belevenissen in de Laan van der Wijck. Dan valt het doek en als het tweede bedrijf begint, leven wij 45 jaren later. Mijn kinderen hebben mij geprest de stap te wagen: "Toe Papa; nóg kun je het doen. Je bent nog nét er niet te oud voor. Laat ons eens zien, waar jij die heerlijke jaren hebt doorgebracht, waar jij op Java gewoond en gewerkt hebt!" En zo gevalt het, dat ik na schier een halve eeuw opnieuw in Buitenzorg ver blijf en voor een tweede maal mij be zighoud met het zoeken naar de Laan van der Wijck. Ik verkneukel mij erop mijn spruiten bovenbeschreven im pressies te laten ondergaan, met hen te mogen wandelen langs de zozeer geroemde bomen, huizen en tuinen, hen te wijzen die Oudemansgang, die Oudemansgracht, namen vol roman tiek, namen, die iedereen aanspreken, zéker aanspreken, iemand van wie de wieg gestaan heeft tegenover Amster- dam's Oudemanshuispoort. Zou het nieuwe bewind de naam gespaard heb ben of zou ik straks naar de "Tji aki aki" moeten vragen? Mijn Bogorse gastheer is Batak, rela tief een nieuwkomer in deze stad en slechts matig geïnteresseerd in onze speurtocht naar mijn voormalig onder dak. Dan maar naar de op dit gebied meest gezaghebbende instantie, naar de vraagbaak van alle touristen, naar het V.V.V. I Waar kunnen wij die vin den Weinig opvallend, pal naast Rath- kamp's Apotheek, is deze onmisbare instelling ondergebracht in een geval letje, schamel van buiten, eng van binnen. Vanwaar deze bescheiden heid? In schril contrast met wat de uiterlijke impressie zou doen verwach ten, is de ontvangst vorstelijk. Een we- landa, die Soendaas praatIs me dat even een zeldzaamheid. De receptio nist haalt vanuit een achterkamer zijn baas erbij. Een hartelijk gesprek ont spint zich. Zelfs moesten wij onze handtekeningen in het gastenboek zet ten. Welk een eerAlle denkbare, maar ons reeds bekende vouwbladen over Borobudur en Bali krijgen wij toe gestopt, maareen simpel platte- grondje van het huidige Bogor neeeuweuhisterniet. Ook kunnen wij een dergelijke plattegrond nergens ontdekken op de balie of tus sen de affiches, die de wanden van het lokaaltje sieren. Gedurende onze reis door West-Java hebben wij reeds vlug geleerd ons nergens over te verwonderen. Dat het klankenaccoord 'Laan-van-der-Wijck' en andere mij nog bekende straat namen uit die pre-historische, kolonia le periode onze jeugdige gastheren niets zeggen, zoiets ligt voor de hand. Maar dat een V.V.V. niet over een bij- den-tijdse plattegrond van eigen lem- boer (dorp) beschikt, daarvan valt mijn mond open. Het zij zo, voor mij zit er nu niet an ders op dan af te gaan op eigen ge heugen en te spelen voor de sado koetsier anno 1935. Het spoorwegstation vinden is perkara ketjil. Het in de zon blikkerende witte monument van weleer blijkt echter ver dwenen te zijn. Wat wij ter plekke ontwaren, is een grauw bouwwerk, grijs van louter ouderdom en verval, een bouwwerk dat om de kapoerkwast schreeuwt. Het laagste deel van de straatgevel gaat schuil achter een muur van kraampjes en trapfietsen. Ter andere zijde van de rijbaan staat een even hecht gesloten batterij van gelijksoortige makelij opgesteld. Voorwaar, voor de arriverende trein reiziger een commissie van ontvangst, die men uniek mag noemen. Op de ruimte voor de zuidvleugel van het station is zelfs een complete pasar verrezen. Direkt na aankomst kan een ieder zijn inkopen doen. Aan waroeng- kjes geen gebrek. Daar heeft de over heid goed voor gezorgd. Dat het pla veisel vergruizeld is en vol gaten zit, een druiloor en een stuntel, die hier over valt. Het parkje, dat ons reeds in de der tiger jaren welkom heette, lijkt onge schonden. Het heeft kennelijk de schokkende gebeurtenissen uit de laatste decennia goed doorstaan. De regenbomen zijn er nog, machtiger dan ooit, de weldadige schaduw van hun wijdwaaierende kroon schenkend aan kopers en kooplui. Maar waarom belet een hoge afrastering en het hangslot op het toegangshekje de entree tot dit uitnodigend plantsoen; waarom wordt bezoek angstvallig ge weerd? Ook de station-uitbouw is door hoge hekken afgesloten. Jammer! "Kinderen, dit is dus het station. Kom nu mee. Eerst links. Daarna rechts en dan moeten wij er zijn. Ten hoogste nog tien minuten lopen." (lees verder volgende pagina onderaan) 31

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1983 | | pagina 31