DE KOKKIE VAN MEVROUW KEYNER
"DROOMREIS INDONESIË"
"Bij het lezen van jullie artikel in Moesson over de malle,
gekke tekeningen in mijn tante's Keyner Kookboek 22ste
druk, stuur ik jullie een foto van mijn moeder met de kokkie,
die met mijn tante Mien Keyner het beroemde kookboek
gemaakt hebben. Het is misschien leuk voor de lezers van
Moesson te weten hoe die kokkie er uitzag
Toen mijn tante Mien stierf, erfden wij haar kokkie, ge
noten van haar kookkunst, zodat mijn moeder in de oorlog
rantangs met eten klaarmaakte en ik ze op de fiets bezorg
de, zó kwamen wij de oorlog door.
Ik herinner me dat ik, als vijfjarige, aan mijn tante's voeten
op een dingklik zat en ademloos naar haar "kookpraatjes"
luisterde, bij het opstaan om naar het fornuis te gaan,
struikelde ze vaak over me, maar ik kreeg de heerlijkste
dingen, zoals geurige, gekleurde ulevellen en haar ananas
koekjes waren overheerlijk, vooral als ze warm uit de oven
kwamen en dan op je tong smolten
De 100ste druk van Keyners Kookboeken zal ik wel niet
meer meemaken (ikzelf heb er eentje van 1927), maar ik
hoop, dat er nog vele generaties van Keyners Kookboek
zullen profiteren
MIRA MULLER
(Vervolg: "Strijd om Segeri")
assistent-resident van de noorderdis
tricten. Deze durfde het toch maar aan
deze jongeman al in mei 1855 te plaat
sen op een van de gevaarlijkste pos
ten van zuid-Celebes. Matthes, de taal
geleerde, die zelfstandig een grondig
onderzoek heeft ingesteld, maakt he
lemaal geen melding van dit soort be
zwaren tegen d'Escury.
Het enige concrete feit dat de gouver
neur noemt is dat d'Escury het hoofd
(sulewatang) van de kampong Botto
(welke plaats in ons verhaal een be
langrijke rol speelt) Daeng Sirua wilde
laten arresteren omdat zijn aandeel in
de grote weg niet in orde was. Een
feit is dat Daeng Sirua voortvluchtig
was en zich had aangesloten bij Daeng
Kalebu.
Zelfs maakt de gouverneur in zijn brief
d'Escury er een verwijt van dat hij er
met een bevolkingspatrouille op uit
trok toen hem bericht was dat zich op
de grens van de regentschappen Se
geri en Labakkang gewapend en ver
dacht volk had vertoond. Wat had
deze jonge ambtenaar dan moeten
doen? "Niets" zou de gouverneur on
getwijfeld zeggen. Hij had het goede
voorbeeld van het gouvernement moe
ten volgen dat ook niets deed toen
Daeng Kalebu in 1850 na enige scha-
kingsmoorden een hele kampong in
het regentschap Mandalle in de as had
gelegd en daarna jarenlang was door
gegaan met roven en moorden. Wel
vermeldt de gouverneur dat wijlen zijn
ambtsvoorganger het voornemen had
Daeng Kalebu uit zijn schuilhoek te
verdrijven "welk voornemen echter
nog gene uitvoering had gehad".
Wanneer de gouverneur niet zo laks
was geweest was het drama van Se
geri nooit voorgevallen. Dit is de enige
conclusie die te trekken valt uit het
rapport van de gouverneur. "Koloniën"
zal begrepen hebben dat de vader van
d'Escury die conclusie ook zou trek
ken en heeft misschien daarom de in
houd van het rapport niet doorgege
ven.
Typisch voor het rapport is ook dat
het d'Ecury niet de eer wil geven als
een man te zijn gestorven. De "aspi
rant" Platt kon met vrouw en kind de
rivier oversteken en het leven redden.
Collot d'Escury had echter geen ge
legenheid meer om te ontsnappen.
Ook hier luidt het verhaal van Matthes
volstrekt anders.
"Naar het schijnt zou d'Escury ook nog
tijd genoeg gehad hebben om te ont
komen, hetgeen niemand hem voor
zeker ten kwade zou geduid hebben,
aangezien de bevolking, om welke re
denen dan ook, hem nagenoeg geheel
aan zijn lot overliet." (Nagenoeg: de
regent van Segeri kwam nog met wat
volk aanzetten, maar werd door de
overmacht verdreven). "Doch de
heldhaftige geest, die hem volgens de
eenparige getuigenis van alle door mij
geraadpleegde Indonesiërs bezielde,
gedoogde niet, dat hij 's gouverne-
ments eigendommen zonder slag of
stoot aan de vijand prijs gaf."
Dat klinkt heel anders dan het flauw-
hartige en benepen rapport van de
gouverneur.
(slot volgt)
Noten:
Matthes, 1858, p. 6.
2) Volgens een brief van Matthes van
7 oktober 1852 lag de gouverne
mentsvestiging niet in het regent
schap Segeri, maar op de grens
daarvan in de kampong Panaikang.
Van den Brink, 1943, blz. 171. Het
huis van de regent van Segeri lag
aan de andere oever van de rivier.
(Van den Brink, 1943, blz. 307).
3) Eerst in onze tijd heeft de familie
door tussenkomst van een oud-be
stuursambtenaar, een fotocopie van
deze brief in handen gekregen.
4) De tegenstand van de regent van
Segeri was flauwhartig. Begrijpelijk
want de overvallers waren zijn naas
te familieleden. Naderhand werd
hem verweten dat hij met de opstan
delingen had geheuld. De man trok
zich dit verwijt zo aan dat hij nog
hetzelfde jaar zelfmoord pleegde.
Goedhart, 1920, blz. 189.
EEN MERKWAARDIGE LOOPBAAN
Herinneringen van een bestuurs
ambtenaar in Ned.-lndië/lndonesië
1932-1950
Een boeiend relaas over de grote
verscheidenheid aan standplaatsen
(Djokja, Blangkedjeren, Tapa Toean,
Meureudoe in Atjeh, Goenoeng Sitoli
op Nias, Tapanoeli en Kota Baroe
op Zuid-oost Borneo) waar de au
teur als B B.-ambtenaar diende.
Daarover en over vele andere zaken
die hij beleeft verhaalt de schrijver.
Prijs f 32,50 f 5,25 porto.
BOEKHANDEL MOESSON
De landelijke reünie comm. v. d. strijdkrachten LRCS organiseert in
samenwerking met Arke reizen de Droomreis een 25-daagse reis
naar Indonesië Vertrek op 22 oktober 1983.
Oktober - november is de vruchten tijd.
Het programma is in het kort als volgt.
Singapore: Singapore; Sumatra; Padang of Medan; Java; Djakarta;
Boger (Buitenzorg) Bandoeng; Djokjakarta; Semarang; Surabaya;
Tretes; Bali; Sanur en andere plaatsen.
In eerste klasse hotels op basis van logies met ontbijt en diner. Ver
lenging tot 45 dagen mogelijk met geringe bijbetaling. Inclusief lucht
haven belasting, visumkosten, reis bagage ziekte en ongevallen ver
zekering. Voor de prijs van slechts 4525,
Vraag voor deze unieke goedkope reis een prospectus aan.
Secretariaat J.A. Prinsstraat 13, 1785 BB Den Helder tel. 02230 - 34257.
30