em 125 jaar "Weltevreden" (slot] 1 Nauwelijks was het pensionaat geopend of van alle kanten van Java en Sumatra kwamen de kostkinderen. De ouders in de binnenlanden, die vroeger hun dochters voor de opvoeding naar Europa moesten sturen of een gouvernante nemen, begroetten met vreugde de opening van de Ursulinenscholen. Katholieken en andersdenkenden brachten met volle gerustheid hun kinderen bij de Zusters. In 1879 opende men een examenklas voor de hulpakte. Helaas stierf ook Zuster Odile, 41 jaar oud, in 1881 en werd op het kerkhof Tanah-Abang begraven. Batavia, 18 januari 1859 Onder haar opvolgster werden pen sionaat en scholen uitgebreid en een nieuw weeshuis op het achtererf ge bouwd. In 1886 werden er cursussen geopend ter verkrijging van de akten in de franse, engelse en duitse taal. In 1887 waren er meer dan 100 pensio- nairen en 320 kinderen bezochten de dagschool. Dat jaar stierf de overste, Mère Agathe, 39 jaar oud. Weltevre den telde 31 Zusters. Zuster Madeleine Westkamp werd tot Overste aange steld en bleef dit 21 jaar. De gebou wen van school en klooster werden voltooid en een grote kapel werd ge bouwd. In 1889 werd in de stadswijk Parapat- tan een lagere school begonnen en in 1893 een kunstambachtschool, waar de meisjes o.a. werden opgeleid voor het examen in de nuttige en fraaie handwerken en het weeshuis kreeg een naaischool. In 1891 kreeg de school in Weltevreden een hoofdakte cursus en in 1898 een driejarige Hoge re Burger School voor meisjes. Om in de nodige leerkrachten te voorzien waren er Zusters naar Amsterdam ge zonden om middelbare akten te halen. In 1904 kwam er een klas bij voor het boekhoudexamen. Op een uur afstand van het kleine klooster gelegen, kwam er nog een lagere school tot stand in Djatinegara. Toen het kleine klooster 50 jaar bestond waren er 94 Ursulinen, die aan meer dan 1400 leerlingen les gaven. In 1911 werden twee Zusters naar Ne derland gezonden om er een woning te zoeken en een studiehuis op te richten. Zij vonden in Halfweg een kleine woning die voorlopig gehuurd werd. Hiermee begint de geschiedenis van het Missiehuis Sint Xaverius. Er kwam ook een noviciaat, een fröbel en naaischool. Na de tweede wereld oorlog kwamen er gezinnen met kinde ren in Nederland terug. De ouders hadden veel zorg over die kinderen, die in de kampen praktisch geen on derwijs hadden gehad en nu geen aan sluiting bij de Nederlandse scholen vonden. Dit werd ongezocht het begin van een internaat voor gerepatrieerde kinderen van verschillende leeftijden. Zij vonden onderdak en onderwijs bij de Ursulinen totdat zij elders het ge wone onderwijs konden volgen. Half weg werd tenslotte ook weer te klein - Jakarta, 18 januari 1984 door Mère Francoise Boom, O.S.U. en de Zusters verhuisden naar Drie bergen, waar het Missiehuis nu onge veer vijftig Ursulinen herbergt. Laten wij nu terugkeren naar "Welte vreden", dat zich steeds meer uit breidde: Sukabumi, Cheribon, Pekalon- gan, Purwokerto en Bidara Tjina, waar een nieuw weeshuis werd gebouwd. Het waren niet alleen kinderen van de gegoede families die op de scholen werden aangenomen, maar ook de heel eenvoudige en arme mensen, zonder onderscheid van ras, stand en godsdienst. Katholieken, protestanten, boeddhisten, islamieten, dochters van ministers en van koeli's uit de haven zaten naast elkaar op de schoolban ken. In 1929 yiel een belangrijke be slissing. De Ursulinen zouden zich in het vervolg zoveel mogelijk wijden aan de opvoeding van de Indonesische jeugd en daarbij het werk ten dienste van het Europese kind geenszins los laten. Er kwamen Hollands-Inlandse, Hollands-Chinese en Hollands-Soen- danese scholen. Op de overval op Pearl Harbour door de Japanners op 8 december 1941 volgde een smartelijke periode van oorlog en bezetting. De Europese scholen werden gesloten. De meeste Europeanen werden in concentratie- Het wapen van de leerlingen van de scholen van de Zusters Ursulinen, met het devies "Serviam". (Ik zal dienen) kampen samengedreven, waar zij vele ontberingen, lijden en vernederingen te verduren hadden. Ook de Ursulinen deelden in de dwangarbeid die de Ja panners de vrouwen oplegden: patjol- len op het veld, bomen vellen, putten graven, straat vegen, sloten, riolen en beerputten reinigen, nachtwacht lopen Maar ook zorgden zij voor de vrouwen en kinderen en verzamelden zij hun lotgenoten voor het gemeen schappelijk gebed, als dat tenminste toegestaan was. Zij stonden heel wat mannen en vrouwen in het stervensuur bij, want in de vrouwenkampen waren geen priesters, wel doodzieke mannen, die de Zusters dan moesten verzorgen. Zeventig Ursulinen kwamen er om van honger, ziekte en ellende. Toen de Zusters in 1945/46 uitgeput uit de concentratie kampen kwamen, heb ben zij zonder enige rust te nemen, Tekening van de S.M.P. - S.M.A. "Santa Ursula" aan het voormalige Waterlooplein, toen heette de school H.B.S. "Prinses Juliana". 14

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1984 | | pagina 14