Tamil in Australië We reden in de buurt van Innisfail. "hier ergens moeten die lui uit Indië wonen, die in Moesson genoemd werden. Kom, laten we gaan mampir, leuk om hun tropische vruchtbomen te zien". Zo gezegd, zo gedaan. Konden het huis eerst niet vinden. Vragen aan een Australiër die meteen wist waar "Dutchie" zat. Van de hoofdweg diep naar beneden een jungle in. "Ga jij maar eerst uitvinden zei mijn man, voordat ik die helling af ga". Verscholen tussen heel veel groen vond ik het huis en zag een vrouw druk aan het sapoe van de veranda. "Woont hier de familie Siefken?" Ik begon in het Engels natuurlijk, voor het geval ik fout was. "Yes" was het beetje vragende antwoord. "Are you Mrs. Siefken?" "Yes", nu een beetje meer geïnteresseerd. "Nou, dan zal ik maar Hollands spreken." Ik stelde me voor, had hun naam in Moesson gelezen, wilde even hallo komen zeggen, enz. Meteen werd haar man geroepen en door de enthousiaste begroeting en het druk praten, begreep mijn wederhelft dat we op het juiste adres waren en kwam terstond naar beneden. "Komen jullie helemaal uit West-Australië? Kom toch binnen, kom toch binnen." Kwamen we nou wel gelegen, misschien hadden ze net andere plannen? "Welnee, juist een goeie tijd, het gaat regenen, we kunnen niets doen, gezellig omongen, kom binnen. Koffie, ja?" We stonden meteen al paf van het huis en erf, net een ondernemingshuis in de goenoeng in Indië. Honden op de emper, bebeks, ganzen, kippen en kalkoenen in de tuin. Nou ja, tuin. Het is even een lapje grond van bijna 2 ha begroeid met hoge bomen en struiken en een variatie Je kunt het zo gek niet verzinnen of Hetty en Lex hebben het in hun tuin groeien. Eerst koffie drinken en praten, straks alles bekijken. Binnen oergezellig, rottan zitbanken met Flores of Soemba kleden bekleed, kussens, een orgel, muziekboeken over tafeltjes verspreid. Hetty gauw opruimen, hoeft niet voor ons, als maar gezellig. En dat was het. Onge twijfeld tjotjokten we meteen. Er werd veel verteld over en weer - emigranten moeten elkaar altijd vertellen hoe ze begonnen zijn - en gelachen dat we hebben. Lex is een komiek, kan heerlijk "petjo" praten als het te pas komt en zijn ervaringen in Australië werden dan ook extra smeuïg opgedist. Het was weer zo van "je lah je rot". Nou willen we ie landgoed bekijken, Lex, ook al moeten we een pajong ge bruiken (veel regen in die buurt). Mijn man vroeg om een pisangblad, om helemaal in de trant te blijven. Lex liep rustig in de regen. Droogt wel weer op. "Hetty, maak jij even roedjak, terwijl wij rondlopen", riep Lex nog. We kon den onze oren niet geloven. Roedjak? Daarover later. Wel een half uur dwaalden we over het drassige land en bewonderden de vele soorten pisangs, mangga's, nang- ka, doerian, ramboetan, boewa nonna, zuurzak, gambas, advocaat, soedah la, te veel om op te noemen. Zelfs koffie (bakken vol in de keuken klaar om te roosteren), peper en alle boemboe soorten. Als klap op de vuurpijl bracht Lex ons naar zijn "kali". Ja, een echte kali, hoor. Met grote stenen erin, en waar met kleinkinderen in autobanden in gezwommen wordt in de zomer. Ze moeten toch hetzelfde doen wat Opa vroeger deed Al deed hij het toen met gedebok pisang. Inmiddels was het harder gaan rege nen en liepen we werkelijk in de mod der. "Gelukkig maar jij hebt ketsschoenen Lex Siefken met een net geplukte papaja (de langwerpige soort). aan" merkte Lex op. We waren een moment stil en toen schaterden we het uit. "Ketsschoenen", een woord dat we meer dan 40 jaar niet meer gehoord hadden. Kostelijk. Terug bij het huis gekomen, riep Hetty: "Ajo Lex, haal even wat bangkwang voor de roedjak". En zowaar, Lex kwam met bangkwangs, ook alweer iets uit de verre historie voor ons. Nou, even later zaten we gevieren dje roek Bali en de genoemde bangkwang, een grote schaal vol, in de verrukke lijke roedjak saus te dippen. Pedes, maar net niet te. Wat was dat heerlijk, de vingers werden extra afgelikt. Een ware tractatie. Maar dat was nog niet alles. Er kwam nog een toetje. Papaja en kedongdong, alles natuurlijk uit eigen tuin. We voelden ons gewoon bevoorrecht dit mee te maken, dankzij deze lieve mensen. Maar nu wilden we hun toch niet langer ophouden. "Ben je mal, eerst nog wat koffie voor je vertrekt", zei Hetty. En Lex: "We hebben elkaar nog zoveel te vertellen, blijf nou nog wat". Het kostte ons geen moeite dit aan bod te accepteren, dit was wel zo uniek. Vooral om te horen hoe deze twee mensen ongeveer 9 jaar geleden hun hebben en houden in Sydney ver kochten, toen de kinderen waren op gegroeid, een stuk land kochten en besloten met hun eigen handen dit op te zetten wat ze nu bezitten, hun eigen Links: Hetty en Lex Siefken in hun zithoek met Pam Scaf. Rechts: Het huis van de Siefkens van boven gezien, links en rechts de tanks om het regenwater te verzamelen. 16

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1984 | | pagina 16