BIJ DE VOORPLAAT ER IS NIEMAND Iedere dag, op elk filmjournaal, op elk televisie station in de wereld komen beel den uit Ethiopië, te verschrikkelijk om waar te zijn. Maar omdat we aan vreselijke filmbeelden gewend zijn, is dit dus waar en echt. En vreselijk Minuten houdt de camera zonder enige gêne menselijk lijden vast, bewust ons gevoel voor men selijke eigenwaarde kwetsend. Stervende hoopjes kind gepresenteerd als schok- object. Zo erg is het, kijkt U zelf Want alleen schokken kunnen de verharde mensheid nog overhalen tot een "hebt Uw naasten lief". Dat Ethiopië al 12 jaar lijdt en bezig is te sterven door de genadeloze droogte en andere bijkomende rampzaligheden is tot nog toe alleen gesprekstof ge weest van duurbetaalde commissies en zich rijk kletsende heren. Een ver loren land, een verloren volk, kansloos geboren, genadeloos stervend. Zonder dat de wereld er daadwerkelijk en praktisch iets aan heeft kunnen of wil len doen. De ene helft van de wereld ontwikkelt en verrijkt zich, de andere helft, verteerd, verrot, gaat ten onder. Daar zijn duizenden wetenschappers, politici, geestelijken die het hoe en waarom hebben uitgelegd en het zul len blijven doen tot in de eeuwigheid of in ieder geval tot zolang het nodig is. Ik kijk niet meer naar de beelden uit Ethiopië, ik voel me een schaamteloze voyeur, menselijke ellende in die mate te bekijken, te weten dat met mij mil joenen anderen meekijken. Is dat mede-lijden? Een gevoel van ON- waarde overrompelt me. God schept de mens naar Zijn beeld. Mijn God, is dat Uw beeld? Mijn God, waarom heeft U deze schepselen verlaten, zoveel en zolang? Daar komen de geestelijken met het verlossende wijze woord. Het klopt niet, het klopt allang niet meer. Deze miljoenen verlorenen en met niemand om ze te herdenken, om klaagzangen voor aan te heffen, fak kels voor te ontsteken, herdenkingen te organiseren en Gedenkstenen op te richten. Geen oorlogsslachtoffers met recht op een herdenkingskruis. Zomaar schepselen Gods onder Gods hoede gestorven op een verdord, misdeeld gedeelte van de Schepping. De enige fout die hen aangemerkt mag worden is dat ze juist daar geboren werden en toevallig niet in Brabant. God, Geloof, Genade, Goedertieren heid, maar de enige dunne strohalm die het volk van Ethiopië heeft is de Giro. Mijn giroboekje en Uw giroboek je, een druppel op een vlammende plaat. Ik ben niet bezig aan een allite ratie-spelletje, noch aan een inzame- lings-actie, ik probeer alleen een ge voel van verbittering van mij af te zetten. Omdat ik toch iets goeds wil schrijven bij deze prachtige foto van Frits de Ceuninck van Capelle. Gezicht op Pengalengan. Dal van groene vrucht baarheid, een goeboeg, sawah's, de jonge sepatodea's, pisangbomen, en twee mensen bibit uit te zetten in hun sawah. Ze weten niets van Ethiopië, televisie is hun (hopelijk) nog bespaard gebleven, evenzo de noodzaak van een giroboek. Vreemde wereld, maar je wordt er geboren of je wilt of niet, en er is niemand die jevan tevoren de prettigste plek helpt uitzoeken L.D. Opgedragen aan Pauline (Lien) von Wiederhold-Noach ter ere van haar 78e verjaardag van al haar vrienden, familie en kennissen uit o.a. Amsterdam, Rijswijk, Nunspeet, Malaga, Sydney, Pittsburgh, Los Angeles, Adelaide, Vlijmen, Limburg, etc. etc. LIEVE LIEN, Met het verstrijken der jaren krijg je steeds meer grijze haren maar djangan takoet: als je innerlijk zo zonnig en vrolijk blijft als jij wordt je nooit oud en krijg je er steeds meer vrienden bij Happy birthday and may God bless you and keep you in good health Wij wensen je een heel fijne dag met al je kinderen, kleinkinderen en achterkleinkinderen en poekoel teroes hoor I VOLKSGELOOF UIT HET MALANGSE Wat de bewoners van Kampong Ke bondalem (bij Magelang) geloven. In Kebondalem woont een Javaanse vrouw, die daar eens iets griezeligs ondervonden heeft. (Kebondalem kampong in de desa Potrobangsan; onderdistr. Magelang). Op een middag tegen twaalf uur ging ze naar de kali, om haar gebleekte wasgoed uit te spoelen. Toen ze voor bij 't kerkhof kwam, werd ze bang. Ze hoorde daar de vogels fluiten en dat is altijd een teken van gevaar. Nog geen kwartier stond ze te was sen, of ze zag een grote slang aan de oppervlakte van 't water zwemmen. Dat zou de eigenaar van de kali wel zijn. Maar een paar minuten later was 't beest ook alweer verdwenen. De vrouw ging zo vlug mogelijk naar huis. Daar vertelde ze het aan haar man. "Dat is onmogelijk," zei die, maar an deren zeiden, dat 't gevaarlijk was bij de kali. Elke vrijdag kwamen een witte leeuw en andere dieren er baden. Men moest zéér voorzichtig zijn. De vrouw geloofde dat. Daarom ging ze er offeren. Dat doet ze nu nog altijd en daardoor is ze nooit in gevaar. SOERABAJA 1939 Ik heb het lief, als in de ochtenduren het werken op de werf begint. Als lange rijen koelies drommen of hurkend wachten op hun taak Wanneer de polsslag van 't bedrijf in gaat zetten en alles levend wordt: Door de geluiden van motoren doordringend klinken in het dok door het varen, rijden, spieren spannen door de stanken en de hitte die toeneemt tot alles trilt zoals de gloed boven een grote stad in nacht, gezien van ver uit zee. Zo trilt de arbeid op de werf en ik heb het lief BERS-BERS '39 IN DIT BLAD BIJDRAGEN VAN Maedy v.d. Meulen-v. Garling J. F. Berkhoudt Carel Teitler A .W. F. de Roock A. Devos Wim Baron Lily Gerrissen-Hofmeister R. F. Westerkamp Agus Daruch John Allein Richir Truus v. Reyn-Uhlenbusch 2

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1984 | | pagina 2