Oude Soendanese Tradities in een nieuw kleed Het bruidspaar in afwachting om de gelukwensen in ontvangst te nemen. "DAMAS", afkorting van "Djaja (streven) Mahasiswa Soenda" een vereniging van Soendanese studerenden, die gesteund wordt door invloedrijke Soendanezen, waaronder verscheidene ministers en ex-ministers, stelt zich ten doel om oude Soendase tradities en cultuuruitingen in stand te houden. Op instigatie van Damas, waarvan Boesje Sjafrudin lange tijd bestuurslid is geweest werd besloten om het huwelijk van twee Damas-leden Boesje Sjafrudin Taib (bruidegom) en Tiktik Soeryati Danaatmadja (bruid) te doen plaatsvinden in oude Soendase stijl, zoveel mogelijk getrouw aan het geschiedenisverhaal over Parahijangan en Soenda Kalapa. Hieronder volgt een oog- en oorgetuigeverslag van boven bedoeld huwelijk, gesloten te Jakarta (vroeger Djajakarta) in de maand Mauloed, op 14 maart 1976, 's morgens om 9 uur (dus vóór Lohor). Het jonge echtpaar verlaat na de huwelijkssluiting de misigit. Reeds in de vroege ochtend heerst een grote bedrijvigheid in de omgeving van het versierde paleis Soenda Kala pa (Jalan Solo 8) waar het gevolg van de bruid zich opmaakt om straks Tiktik Soeryati te begeleiden naar de misigit Soenda Kalapa waar het huwelijk offi cieel door de pengoeloe (hofpriester) zal worden gesloten. Het toestromend volk, verlangend om de bruid te zien verschijnen, wordt door de paleiswacht op een afstand gehouden van de paleispoort, welke versierd is met het embleem van de vorst van Soenda Kalapa. Hoofddoek dragende jonge lieden, voorstellend leden van de krijgsmacht, gekleed in mouwloze oranje hemden en zwarte kniebroeken, staan keurig opgesteld met de lans aan de voet aan weers zijden van de paleispoort, het gezicht gekeerd naar het hurkende volk van nieuwsgierigen. Drie zware gongslagen, gevolgd door gamelanmuziek uitgevoerd in toene mende crescendo, is het sein dat de bruid en haar gevolg op het punt staan het paleis te verlaten om zich naar de misigit te begeven. Er komt beweging in de paleiswacht. De krijgslieden in oorlogstenue staan nu tegenover elkaar en maken front naar de paleisuitgang en houden nu hun lans vlak voor de borst, een hor mat aan de bruid en haar gevolg. Honderden halzen rekken zich uit naar de toegangspoort, niemand wil iets van dit bijzondere schouwspel missen. Ja, daar verschijnt ze, de prinses van Soenda Kalapa, gekleed in een witte zijden kabaja omzoomd met borduur sel in goud, ze draagt een lichtgekleur de sarong, haar coiffure is omhangen met slierten van aaneengeregen melati- bloemen. Onder een gouden pajoeng steunt zij aan weerszijden op een arm van een hofdame. Langzaam voetje voor voetje, gevolgd door hofdignita- r ssen, schrijdt ze naar het gereed, staande voertuig dat haar naar de misi git Soenda Kalapa zal rijden. De hof functionarissen uit haar gevolg zijn al len uniform gekleed, dragen een hoofd doek en een korte getailleerde zwarte jas waarachter een kris zichtbaar is. Een schoudersjerp in kleuren van hun functie en rang, hangt strak over hun borst. Op het voorerf van de misigit Soenda Kalapa aangekomen stelt de stoet zich opnieuw op nadat de volgvoertuigen van haar gevolg zijn gearriveerd. Lang zaam betreedt de bruid en haar gevolg de vele trappen van de misigi. in af wachting van de bruidegom en zijn gevolg, die direkt zullen komen. Ja, daar is hij al. Gekleed naar de traditie van Parahijangan, begeeft hij zich on der een gouden pajoeng naar de trap van de misigit, onder geleide van zijn gevolg, dignitarissen van het rijk van Parahijangan. In sila-houding neemt hij plaats naast de bruid, aan een laag tafeltje waarop 7 kaarsen branden en waar zij straks de huwelijksakte zullen ondertekenen. Ook de pengoeloe heeft zijn plaats aan het tafeltje ingenomen. Een grote staande klok, waarvan het raderwerk door gewichten wordt gedreven, staat op 9 uur. Dit plechtige moment, dat het hart van ouders en naaste familieleden zo in tens beroert, wordt geopend door een kort gebed van de priester. Een achter de bruid zittende hofdame spreidt de bruidssluier uit over het hoofd van de bruidegom, als teken dat het huwelijk thans onder Allah's genade zal worden gesloten. Na het openingsgebed wijst de pengoeloe het bruidspaar op de strenge consequenties van het huwe lijk volgens Islamitische wetgeving. Na van bruid en bruidegom beurtelings hun belofte als gelovige en waardige echtgenoten voor de duur van het le ven te hebben afgenomen, tekenen beiden het hen toegeschoven trouw boekje. Met een dankgebed van de pengoeloe wordt deze ceremonie be ëindigd. Bij een vriendelijke ochtendzon als in- 12

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1984 | | pagina 12