De legercommandant, luit.-generaal D. C. Buurman van Vreeden begroet president Soe
karno op het paleis Koningsplein.
(Foto Boshouwers)
de Nederlandse vlag omlaag zeilde.
Dat ziè je tenminste, terwijl onze In
donesische broeders van al die rede
voeringen tenslotte net zo weinig snap
pen als wij, daar ze in Hoog-Maleis ge
houden werden, wat vrijwel niemand
hier verstaat. Er waren er bij ons, die
vreselijk beledigd waren over dat neer
halen van de vlag, maar het mooiste
van alles is wel, dat dit protocol door
Nederlanders is vastgesteld (waar
schijnlijk in navolging van wat de En
gelsen in India gedaan hebben). Trou
wens aan de Constitutie van de R.I.S.
hebben volgens een collega 6 Neder
landse juristen meegewerkt, mooi hè
Na afloop van de plechtigheid, zagen
we de "kijkers" naar huis gaan, vanaf
een afstand, want we mochten ze na
tuurlijk niet staan aangapen. Ze liepen
vreselijk degelijk en tam en we heb
ben uitgemaakt dat wij heel wat meer
lol zouden hebben gemaakt. Je kunt op
zulke momenten wel merken, dat de
Islam het drinken van alcohol verbiedt.
Onze dierbare landgenoten zouden al
lang op hun kop gestaan hebben van
de agitatie en de jenever. Maar niets
daarvan bij de Indonesiërs. Je zag wel
ontzettend veel rood-wit, als strikje op
de kebaja, of als vlag aan huizen,
fietsen enz. Alle opebare gebouwen
vlaggen nu natuurlijk ook met rood-wit;
alleen de militaire instanties behouden
het rood-wit-blauw. Als ik die vlag-
hijserij op het Paleis had moeten rege.
len, dan had ik van te voren de blauwe
baan vast een beetje losgetornd en
dan alleen het blauw laten zakken. Was
wel zo economisch geweest
De 27e 's avonds zijn we zoet gehou
den in de cantine met een film over
Johann Strauss, geheten de Onsterfe
lijke Wals. Ik geloof achteraf, dat ik
hem vóór de oorlog ook al eens ge
zien had, maar gezien mijn geheugen,
was dit geen bezwaar. Onze 40
"broers" (de K.L. jongens, die bij ons
ingekwartierd zijn om ons te bewaken)
waren natuurlijk ook van de partij,
evenals op Kerstavond na het diner
(dat K.L. en V.K. apart geconsumeerd
hebben). Het zijn beslist aardige jon
gens, in hoofdzaak "boeren" geloof ik.
Daar er geen baboe's en katjongs wa
ren, was het wel makkelijk om wat
manvolk "in huis" te hebben om water
te sjouwen enz. De Inwendige Dienst
moest zelf koken met assistentie van
vrijwilligers (d.w.z. blikken opwarmen).
Hoewel de verwachtingen niet hoog
gespannen waren, was het resultaat
overdonderend want het eten bleek
beter dan het ooit geweest is, zij het
zeer Hollands (hutspot, erwtensoep,
compote enz.).
Het was best gezellig, dat iedereen
thuis was en zo eens bij elkaar kwam
aanlopen. Gisterochtend heb ik nog
naar de intocht van Soekarno geluis
terd. 't Was gewoon een opluchting,
dat onze bruine vrienden nu ook eens
"normaal" het cordon verbraken, in
bomen en op auto's klommen enz.
Gisteravond had ik cantinewacht. Daar
het hele V.K. plus de K.L.-jongens
noodgedwongen thuis waren en er
geen personeel was om flessen open
te maken, snap je wel, dat ik na afloop
van de avond wel een tikkeltje kleve
rig was, om van mijn lamme handje,
dat zo'n 125 flessen bier en limonade
had opengemaakt, nog maar te zwij
gen. Op kantoor is het niemand dui
delijk of we nu eigenlijk nog bestaan
of niet, zodat we er dus de kantjes
maar wat aflopen.
Hartelijke groeten, Han."
J. DE KONING
27 December 1949, een dag die door
hen die in het voormalige Ned. Oost
Indië geboren zijn en daar hun jeugd
doorgebracht hebben, nooit vergeten
zal of kan worden.
Wij, die toen in Batavia woonden, wa
ren op deze dag weemoedig gestemd.
Dit ondanks het feit dat wij wisten dat
deze dag zou komen en ik, die als
lid van een vliegtuigbemanning enige
vluchten naar Linggajati gemaakt had,
waar de onafhankelijkheidsonderhan
delingen gevoerd waren, moest er ze
ker op voorbereid geweest zijn.
Echter, de gelegenheid om lang in een
weemoedige stemming te blijven kreeg
ik niet, want de volgende dag 28 dec.
1949 vlogen wij met de oude DC 3
PK-DPD, de eerste vlucht van de
GARUDA INDONESIAN AIRWAYS
naar Jogjakarta om President Soekar
no te halen en naar Jakarta te brengen.
Het vertrek uit Jogja was sober. Een
erewacht van de T.N.I. en een groot
bord waarop stond "Selamat Djalan",
waren bij het afscheid van de Presi
dent en zijn gevolg te zien.
De aankomst te Jakarta daarentegen
was geweldig. Om Kemajoran zag het
zwart van de mensen. Voor ons was
pas na de landing en daarmee de aan
komst van President Soekarno in Ja
karta, de overdracht een voldongen
feit geworden.
HETTY EICHHOLTZ
Kerstmis 1949, achtergrond Batavia,
was een belevenis vol weemoed. Het
was allemaal zo'n beetje afgelopen...
Over enkele dagen zou op het witte
Paleis aan het Koningsplein de Neder
landse vlag voorgoed omlaag gehaald
worden.
27 December 1949: ik herinner me die
dag alsof het gisteren was - mijn man
was een half jaar tevoren als Bestuurs
ambtenaar geplaatst bij het Departe
ment Binnenlandse Zaken, afdeling Po
litieke Inlichtingen en Poltiezaken - in
de vooravond moest mijn man met
honderden andere invité's op het Pa
leis Ir. Soekarno zijn gelukwensen aan
bieden. Ik zat thuis op Laan Trivelli bij
de radio: kolossaal gejoel toen de
Nederlandse vlag voorgoed omlaag
ging I
Tranen plengde ik zeker niet. Er was
in de afgelopen jaren al te veel ellen
de geweest, je was murw (Ademloos
en verbijsterd herbeleef ik dit alles
momenteel in de delen 11A van dr. L.
de Jong - zonder Tempo Doeloe senti
menten dit keer maar via een objek-
tieve geschiedschrijving waar we in
1984 goddank aan toe kunnen zijn!).
Mijn man werd voor deze Paleis-recep
tie opgehaald door een collega (diens
naam noem ik nu liever niet) die samen
met Soekarno op de H.B.S. in Sura-
24